tag:blogger.com,1999:blog-13222969391685106042024-03-13T01:57:20.376+01:00Bart Jan SpruytDit is het weblog van Bart Jan SpruytRedacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.comBlogger391125tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-62075202676407855862014-10-18T08:53:00.000+01:002014-10-18T08:53:27.063+01:00Zijn christenen kinderen?<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<o:p><span style="font-family: Baskerville Old Face;"> </span></o:p><br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Ik weet niet hoe het met uw intelligentie staat, maar ik heb
zeker, vrees ik, geen IQ van 200. John Stuart Mill had dat wel. Op het lijstje
van de grootste genieën aller tijden staat hij daarmee op de vijfde plaats.
Alleen Goethe (210), Leonardo da Vinci, Emmanuel Swedenborg en Gottfried
Wilhelm von Leibniz (allen 205) moet hij voor zich dulden. Maar Pascal staat
onder hem, met een IQ van 195.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Mill (1806-1873) was een Engels filosoof die één boek heeft
geschreven dat hem eeuwige roem heeft bezorgd en dat nog altijd wordt gelezen: <i style="mso-bidi-font-style: normal;">On Liberty </i>(<i style="mso-bidi-font-style: normal;">Over vrijheid</i>, 1859). Het is een vervoerend boek, waarin de
stelling wordt verdedigd dat het individu soeverein is, over zichzelf, over
zijn lichaam en zijn geest. Er is maar één grens aan dit principe gesteld: de
overheid mag de vrijheid van het individu alleen beperken wanneer dat individu
in de uitleving van zijn vrijheid anderen schade berokkent.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Baskerville Old Face;"> </span></o:p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhkooBZB9he7RcVUaEPPDX85ccUdjnfFbDbtNAPvmjVlYCAYL-PAe088wJAlXbkfRUlwo8SZuOXxQT9jheNolq7XPmQeiaXfpZS48wlC3KeUv6hxHCmhEb2qWpIkPN55Fs_GqOu8_lGNh_0/s1600/jsmill.png" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhkooBZB9he7RcVUaEPPDX85ccUdjnfFbDbtNAPvmjVlYCAYL-PAe088wJAlXbkfRUlwo8SZuOXxQT9jheNolq7XPmQeiaXfpZS48wlC3KeUv6hxHCmhEb2qWpIkPN55Fs_GqOu8_lGNh_0/s1600/jsmill.png" /></a></span></div>
<br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Mill sprak zich ook uit voor minderheden, en evenals zijn
tijdgenoot en vriend Alexis de Tocqueville (1805-1859) was hij bevreesd voor
een tirannie van de meerderheid. Maar er schuilt hier een akelig addertje onder
het liberale gras. Mill schrijft namelijk ook dat er categorieën van mensen
zijn aan wie we de individuele vrijheid niet kunnen toekennen. Hij noemt
kinderen en jongelui, achtergebleven samenlevingsvormen waarin het volk nog
onmondig is, en barbaren. Wanneer een ‘heerser vol hervormingsgeest’ hen op de
weg naar de vooruitgang wil voorthelpen, is de despotie een legitieme
regeringsvorm.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Mill was wel intelligent maar niet wijs. Deze manier van
denken heeft liberale regeringen – eigenlijk al vanaf de liberale minister Van
Maanen van Justitie die in 1837 de Afgescheidenen vervolgde – om zichzelf als
een verlichte voorhoede te beschouwen die het recht had anderen te dwingen tot een
manier van denken en doen die even verlicht was als de hunne. En daarmee dus
toch een tirannie van de meerderheid in te voeren.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">We hebben er de afgelopen jaren veel voorbeelden van gezien.
De kinderen en jongelui van de SGP werden gedwongen hun ‘vrouwenstandpunt’ aan
te passen. Achtergebleven ambtenaren werden gedwongen tegen hun geweten in te
gaan en homohuwelijken te bevestigen. De onmondige bewoners van de katholieke
kerk kregen na de ‘hostierel’ te horen dat we in Nederland weliswaar scheiding
van kerk en staat kennen en de overheid zich dus ook niet inlaat met het
interne leven van de kerk, maar dat die kerk tegelijkertijd moest begrijpen dat
de staat waarden en normen heeft die ook de kerk in ere moet houden. De joodse
en islamitische samenlevingen kregen te horen dat de rituele slacht in strijd
is met het recht van het dier op een even zachte dood als de mens. En de
barbaren van de reformatorische samenleving moeten nu eindelijk eens gaan
begrijpen dat het ontslaan van homoseksuele leerkrachten en het niet toelaten
van niet-christelijke kinderen op hun scholen in Nederland ‘niet meer van deze
tijd’ is. Alle geloof en religie zijn sowieso achterlijk en gevaarlijk. Leuk
voor achter de voordeur, maar in het publieke domein al snel gewelddadig en
daarom niet dan binnen strenge grenzen te tolereren.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Wij zijn dus kinderen, adolescenten, achtergeblevenen,
onmondigen, barbaren, in de ogen van onze liberale medemens, die inmiddels een
cultuur van seculiere, blanke mannen (James Kennedy) heeft gevestigd die weinig
geduld meer kent met al die mensen die zo halsstarrig achterblijven op de weg
naar vooruitgang en verlichting.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Dat is niet leuk. Het is ook gevaarlijk. Wie als een kind
wordt beschouwd, kan overvallen worden door een gevoel dat gemakkelijk tot een
complex uitgroeit: het Calimero-gevoel. ‘Zij zijn groot en ik is klein, en dat
is niet eerlijk.’ Het leidt tot verongelijktheid tegenover al dat
‘christenpesten’, dat zo maar tot een diep onbehagen met de huidige samenleving
uitgroeit – waarvan wij altijd dachten dat wij, calvinisten, er juist het hart
en bloed van waren.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Het is ook gevaarlijk, omdat dat gevoel ons kan verleiden
tot een hevige emancipatiedrang. Niemand vindt het immers leuk een soort
tweederangsburger te zijn of een soort tweederangs partij. We worden graag
serieus genomen en voor vol aangezien. Wat een trots kan ons dan ook overvallen
wanneer onze leiders door een onverwachte politieke constellatie ineens in het
centrum van de macht belanden en mogen meepraten met de grote jongens, en in de
dienstauto van de premier naar het ministerie van Economische Zaken worden
gereden. Natuurlijk is het goed en terecht wanneer we als politieke partij de
kans grijpen om invloed ten goede uit te oefenen. Maar het gevaar loert dan om
de hoek dat we daar zoveel aardigheid in krijgen dat we bereid zijn onze
principes even naar het tweede plan te verplaatsen – zelfs tegenover politieke
partijen die, terwijl we met hen aan tafel onderhandelen om ze aan een
meerderheid in de Staten-Generaal te helpen, ondertussen de vrijheid van
onderwijs (waarvoor de christelijke politiek ooit is ontstaan) inperken door
het schrappen van de ‘enkele feit’-constructie of de introductie van een
acceptatieplicht.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Niemand heeft deze verleiding beter onder woorden gebracht
dan de gereformeerde predikant J. C. Sikkel in zijn boekje <i style="mso-bidi-font-style: normal;">In heilige roeping </i>(1916), waarin hij zijn neo-gereformeerde
tijdgenoten voorhield:<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">‘De tijd is een andere geworden. De eenvoudige flinke
gereformeerde vaders van vroeger hebben nu knappe zonen, knappe koppen,
voortgebracht. Zonen, die relaties hebben en die erkenning vinden in de brede
kring van knappe mannen. Zonen, die geknipt zullen zijn voor ... de
levenspraktijk en de praktische politiek, zonder ook geheel de kerkgang na te
laten of zich voor een psalm te schamen. Deze knappe mannen zullen ook niet
zijn zonder Bijbel, en ze zullen ook wel enkele goede boeken uit de vroegere
periode in hun boekerij hebben; —maar weet ge, ze zullen knappe mannen zijn
zoals je-weet-wel dat verstaat... Sinds zagen wij er reeds honderden ten gronde
gaan, zonen en dochteren van gereformeerden huize, "gereformeerd"
gebleven misschien, maar principieel verloren; thuis geraakt in hogere zaken,
kringen en praktijken, en in hogere studiën, knap geworden en praktisch in een
denken en leven waarin geen gereformeerd beginsel geldt."(...) In deze
nood zijn wij allen! God zij ons genadig!’<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Je zou bijna gaan denken: ze hebben nog gelijk ook, die
liberalen. We zijn kinderen: calimero’s, parvenu’s.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Zou dat kunnen komen omdat wij kinderen in het geloof zijn
gebleven? Wij zijn bevindelijk-gereformeerd, en dat willen we blijven ook. Het
gaat immers om het hart, dat wedergeboren moet worden, eerlijk gemaakt moet
worden voor God en in Christus door het geloof geborgen moet zijn. Dat is de
onopgeefbare kern van ons reformatorisch belijden.<o:p></o:p></span></div>
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Maar vanuit die kern moeten wij ons geloof uitwerken tot een
doordachte levens- en wereldbeschouwing. Dr. W. Aalders, al weer bijna tien
jaar gelden overleden, heeft voortdurend gepleit voor een geloof dat mannelijk
zou zijn, in de zin van: zelfbewust, mondig, goed geïnformeerd en goed
onderlegd, weerbaar. En dat is ons niet gelukt.<o:p></o:p></span><br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Baskerville Old Face;"> </span></o:p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgN0cgLbplUprFkyabZbshFlHzt2gmDFNVOelDSs59mRo0Pv74jtNrDT7_WlGcyVTWl0bP_qcI6E7uoISd7ditxyFJp5phKJpqbgmzf1gmxMMAeOfmHw0ZwCzwcADaHNxl7w9lzcocJ78qh/s1600/waalders.png" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgN0cgLbplUprFkyabZbshFlHzt2gmDFNVOelDSs59mRo0Pv74jtNrDT7_WlGcyVTWl0bP_qcI6E7uoISd7ditxyFJp5phKJpqbgmzf1gmxMMAeOfmHw0ZwCzwcADaHNxl7w9lzcocJ78qh/s1600/waalders.png" /></a></span></div>
<br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Tegenover liberalen blijven we verongelijkt of onderdanig,
terwijl we ze tegemoet kunnen treden met een geheel eigen visie op tolerantie,
het belang van het christelijk geloof en christelijke waarden voor de
instandhouding van de democratische rechtsstaat. Ons land is geboren uit de
strijd om christelijke vrijheid. Hoe komt het toch dat wij dat niet meer kunnen
uitleggen? Tegenover de wetenschap duiken we weg in een houding van ontkenning
of uitvluchten, terwijl we het eindpunt zijn van een geloofstraditie waarbinnen
al 2000 jaar de goede vragen zijn gesteld en de goede antwoorden gegeven. De
denktank voor de gereformeerde gezindte, die er leek te komen, is helaas niet
uitgegroeid tot de leerhuizen waarbinnen we ons in onze eigen traditie kunnen
scholen.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Kortom, we worden niet alleen voor kinderen aangezien, maar
we zijn in menig opzicht ook inderdaad kinderen gebleven. Omdat we niet denken
vanuit een katholieke breedte die de traditie kent, bestudeert en zich eigen
maakt. We zijn al te vaak dwergen die op eigen benen willen staan, in plaats
van op de schouders van onze voorouders. <o:p></o:p></span></div>
</div>
</div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-10730976358055570962014-04-17T17:16:00.000+01:002014-04-17T17:16:34.491+01:00SGP verruilt principes voor 'doelmatigheid'<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij heeft <a href="http://www.refdag.nl/opinie/machtspolitiek_werkt_averechts_1_820276">gereageerd</a>
op het artikel waarin ik <a href="http://www.refdag.nl/opinie/sgp_en_cu_hadden_daad_moeten_stellen_1_819690">een kritische vraag stelde</a> bij het besluit van zijn
partij om te blijven onderhandelen met partijen die tegelijkertijd de vrijheid
van onderwijs drastisch inperken. Die reactie siert hem. Het is altijd goed
wanneer een politiek leider de moed heeft keuzes en koerswijzigingen te
verantwoorden. Alleen is die verantwoording tot nog toe wat halfslachtig.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">In een poging het dierbare begrip ‘fijngevoeligheid’ opnieuw
te definiëren herinnerde hij de lezers fijntjes aan mijn verleden vrijages met
het conservatisme (klaarblijkelijk in de hoop dat zij een serieus stuk dan niet
al te serieus zouden nemen) om daarna te concluderen dat ‘mijn politieke
positiekeus een andere is dan die van de SGP’. Dat hij mij (niet meer dan een
verweesde CHU’er) persoonlijk de maat neemt, laat ik aan hem. Als Van der
Staaij tegenwoordig veelvuldig van de vrijheid van godsdienst rept, herinner ik
hem toch ook niet aan zijn bewonderende doctoraalscriptie over de theocraat
Bilderdijk? Als de SGPJ zich van het conservatisme distantieert, herinner ik ze
toch ook niet aan de jaarrede van Van der Vlies waarin hij dat conservatisme
omhelsde? Maar Van der Staaij’s conclusie is in dit geval juist: ik kies een andere
politieke positie. Maar om een andere reden dan hij aangeeft.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Het hele betoog van Van der Staaij komt erop neer dat
doelmatigheid belangrijker is dan principes. Het is zoals een hoofdbestuurslid
van de SGP mij zaterdag mailde: ‘Er zijn nog hogere belangen dan we (als
SGP’ers) gewend zijn. Voorkomen van de chaos is ook een politiek doel.
Weliswaar hebben SGP’ers dat nooit hoog in het vaandel gehad, maar vandaag de
dag hoor je het bijna onbeschroomd gebruiken.’ Van der Staaij onderbouwt zijn doelmatige
keuze voor het ten koste van alles voorkomen van chaos met een verwijzing naar
een tekst uit Jeremia: ‘in de vrede van de stad zult gij vrede hebben’.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">In de huidige situatie zeg ik: de keuze van de Tweede Kamer
om de vrijheid van onderwijs in te perken door het instellingen als
reformatorische scholen onmogelijk te maken homoseksuele leerkrachten te weren
of te ontslaan (en dus onvoorwaardelijke loyaliteit qua belijdenis en
levensstijl met de grondslag van die instellingen te eisen) is zo’n pijnlijke
belediging dat je daarna niet meer gewoon weer met die partijen aan tafel kunt
gaan zitten om ze aan een politieke meerderheid te helpen en zo hun politieke
leven te redden. Er zijn grenzen. En het is goed die op uitgelezen momenten
duidelijk te markeren. Wie dat niet doet, vergeet waarom christelijke politiek
is ontstaan, en doet afbreuk aan de geloofwaardigheid van die politiek.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Van der Staaij daarentegen typeert zo’n markering als een ‘botte’
en ‘lukrake’ actie. Om zijn keuze voor doelmatigheid te rechtvaardigen, doet
hij zijn best de strekking van het initiatiefwetsvoorstel dat de vrijheid van
onderwijs op zo’n aangelegen punt inperkt, te bagatelliseren. We hebben te
maken met een langdurige maatschappelijke ontwikkeling, het had nog erger
gekund, en een ‘nee’ van de SGP zou de zaak niet verder helpen, betoogt hij. En
wie weet wat de rechter straks doet. Dat laatste getuigt, vrees ik, gezien de
secularistische voorkeuren van een meerderheid van de rechterlijke macht, van
een zelfde naïveteit als die van de VGS, waar men denkt dat een goed gesprek de
problemen wel zal oplossen.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Ik denk dat de stap die vorige week is gezet, veel
verstrekkender is dan Van der Staaij waar wil hebben. De ‘enkele
feit’-constructie, hoe ongelukkig ook in veel opzichten, bleek christelijke
instellingen in de praktijk nog ruimte te bieden voor een eigen beleid. Deze
instellingen is vorige week welbewust voorgoed de pas afgesneden. Er is bewust een
wissel omgezet (waarom zouden D66 en SP anders dit initiatief hebben genomen?).
Het oude ideaal dat ouders een school mogen hebben waarin de geest van thuis en
van de kerk ook aanwezig is, is een gevoelige klap toegebracht. Dan leef je in
een stad die geen vrede wil, maar een afrekening. In zo’n stad kun je zelf geen
vrede hebben – hoe aardig en constructief je je ook opstelt. Het voorkomen van
verkiezingen is niet belangrijker dan deze principiële afweging. Inderdaad is
mijn politieke positiekeus hier een andere dan die van de SGP.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Het gevaar bestaat bovendien dat die nieuwe doelstelling van
de SGP een soort mantra wordt, een tunnel waarin de blik op het oorspronkelijke
ideaal en de oorspronkelijke principes niet meer mogelijk is. Waarin een o zo
verleidelijke maar valse kameraderie met de goedlachse stadsbewoners dreigt, en
waarin alle koerswijzigingen met een beroep op die vrede en die constructieve
houding worden goed gepraat. Waarin wissels stilzwijgend worden omgezet – net
als bij het vrouwenstandpunt en de keuze voor tolerantie.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: Baskerville Old Face;">Die keuzes, en zeker de keuze voor doelmatigheid, vragen
meer verantwoording dan Van der Staaij met een pragmatisch beroep op vrede tot
nog toe bereid is te geven. Misschien dat het Wetenschappelijk Instituut van de
SGP hier ook meer zou kunnen betekenen?<o:p></o:p></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-30022151107296541742014-03-03T15:46:00.000+01:002014-03-03T15:46:01.501+01:00Jung-Stilling als bron van ds. J. T. Doornenbal<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">‘Wie heimwee hebben, komen thuis’. Deze
gevleugelde en bekende uitspraak wordt vaak aan ds. J. T. Doornenbal toegeschreven.
Maar ds. Doornenbal heeft deze zin niet gemunt. Hij citeerde een Duits leketheoloog
uit de achttiende eeuw, Johann Heinrich Jung-Stilling.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;"></span> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhLZUJjBiXdx4hGZY7dS56IhKScTX8nfmAmtDoOD5-PA1q3DRIdtVA-QWnNZuZRM5ECjjIJKZSAtQVyJerzrtrzPhgqUPXfbHj9pfHRX2rOCGMmuPvEqPVRqGitNi4nuI0jqeHB1mbwenv_/s1600/Doornenbalstreepje.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhLZUJjBiXdx4hGZY7dS56IhKScTX8nfmAmtDoOD5-PA1q3DRIdtVA-QWnNZuZRM5ECjjIJKZSAtQVyJerzrtrzPhgqUPXfbHj9pfHRX2rOCGMmuPvEqPVRqGitNi4nuI0jqeHB1mbwenv_/s1600/Doornenbalstreepje.jpg" height="240" width="320" /></a></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;"><o:p></o:p></span> </div>
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Dat de woorden direct met ds. Doornenbal (1909-1975)
worden geassocieerd, is niet verwonderlijk. Hij sprak ze regelmatig uit. Een toespraak
die hij in 1964 hield bij de begrafenis van ds. G. J. Zwoferink sloot hij
bijvoorbeeld af met dit citaat. Ds. Doornenbal gebruikte de woorden zo
geregeld, dat biografe Jeannette Donkersteeg haar boek zelfs deze woorden als
titel meegaf (“Die heimwee hebben, komen Thuis”, 1996).<o:p></o:p></span><br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Onlangs las ik een preek uit 1938 van ds. J. J.
Timmer. Tot mijn verrassing citeerde hij daarin ook deze zin, en schreef hij die
toe aan een ‘bekend godgeleerde’. Nu was ds. Doornenbal in 1938 nog geen dertig
jaar oud, en beginnend predikant in Woubrugge, en hij kon dus niet bedoeld
zijn. Blijkbaar waren de woorden van een andere theoloog afkomstig, en
algemener bekend.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Wie die theoloog was, kunnen we op het spoor
komen via een brochure van ds. S. van Dorp, getiteld “De stad Gods”. Aan het
einde van dit boekje citeerde hij ook de uitspraak over het heimwee en het
thuiskomen, en schreef hij die woorden toe aan een zekere Stilling.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Die Stilling blijkt Johann Heinrich
Jung-Stilling te zijn geweest. Jung-Stilling leefde van 1740-1817 en was een
veelzijdig man. Hij was medicus in Wuppertal-Elberfeld, oogchirurg, en doceerde
aan de universiteit van Heidelberg. Maar hij was ook econoom en gaf in dat vak
les aan de universiteit van Marburg. Als schrijver publiceerde hij een
uitvoerige autobiografie, en ook – en dat is hier vooral van belang – een
vierdelige roman “Das Heimweh”. John Bunyans “Pelgrimsreis” was zijn voorbeeld.
Alleen loopt de levensweg van de hoofdpersoon, Christian Eugenius von
Ostenheim, ruim 1000 pagina’s lang vooral langs ontmoetingen met verhuld
aangeduide contemporaine filosofen. Jung-Stilling zei dat hij het boek pas na
20 jaar van intellectuele twijfel had kunnen schrijven.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg3UCPB9IWp6mKcckp5TJcqSwocGjdhsJo2_Jg9SHv2ypBmsGhyGAHoN5D7WrVI0umWn8iSKo3ouZr2t700OV4d33r01v-7s41BT8xBs2AnpTlksTVmtCeoF_emBIHHLAxLYZTc2A9_qrdP/s1600/Jung-Stilling.png" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg3UCPB9IWp6mKcckp5TJcqSwocGjdhsJo2_Jg9SHv2ypBmsGhyGAHoN5D7WrVI0umWn8iSKo3ouZr2t700OV4d33r01v-7s41BT8xBs2AnpTlksTVmtCeoF_emBIHHLAxLYZTc2A9_qrdP/s1600/Jung-Stilling.png" /></a></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Hij wordt gerekend tot de piëtisten. Zijn
lijfspreuk was: ‘Zalig zijn zij die het heimwee kennen, want zij moeten thuis
komen’ (‘Selig sind die das Heimweh haben, denn sie sollen nach Hause kommen’).
De roman begint met deze zin, en zij was oorspronkelijk een inscriptie in het
vriendenalbum van een geestverwante student.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Het kan dat ds. Doornenbal het werk van
Jung-Stilling uit de eerste hand kende. Jung-Stilling was in Réveilkringen een
populair schrijver, en sommige boeken van hem zijn in de negentiende eeuw in
het Nederlands vertaald. Joseph von Eichendorff was Doornenbals
lievelingsdichter, en hij was een geestverwant van Jung-Stilling. Het kan
natuurlijk ook dat ds. Doornenbal het citaat uit de tweede hand kende, net als
ds. Timmer en ds. Van Dorp. Een interessante vraag is ook of de woorden in de
denkwereld van Jung-Stilling precies dezelfde betekenis hebben als binnen het
denken van Doornenbal.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Nadat het RD donderdag berichtte over mijn
zoektocht naar de bron van Doornenbals spreuk, kreeg ik verschillende reacties
van lezers, o.a. van ds. R. P. van Rooijen te Houten en van ds. M. van Kooten
uit Elspeet die mij op het citaat van ds. Van Dorp attendeerde. Dankzij al hun
aanwijzingen was het vervolgens niet moeilijk de bron vast te stellen.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Volgens Jung-Stilling betekent heimwee dat er
een thuisland is (‘Ein Heimweh muss doch eine Heimat haben’). Heimwee is geen
nostalgie, maar een verlangen naar het Vaderhuis. Zoals C. S. Lewis schreef in verband met zijn thema 'Joy': het verlangen blijft onvervuld, en op die lege stoel kan alleen God plaatsnemen. Natura nihil agit frustra.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;">Dat verlangen heeft ds. Doornenbal
ook herhaaldelijk verwoord, met woorden waarvan de herkomst nu duidelijk is.</span></div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhLZUJjBiXdx4hGZY7dS56IhKScTX8nfmAmtDoOD5-PA1q3DRIdtVA-QWnNZuZRM5ECjjIJKZSAtQVyJerzrtrzPhgqUPXfbHj9pfHRX2rOCGMmuPvEqPVRqGitNi4nuI0jqeHB1mbwenv_/s1600/Doornenbalstreepje.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"></a> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;"></span> </div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgiObwXPbkNXTyDlwINijJzs0erUzJ2_zZlvCCijY4VXnNL6qGyU3C7cjQXw6UsFN7Mh5xIER55WWhFq8votNG8Y33E6rK5cI1Qc-ftGyiRC4H2DooL3mUgtMJY2RdW0e6YJ2KIpJ-Yv8zw/s1600/boekdoornenbal.png" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgiObwXPbkNXTyDlwINijJzs0erUzJ2_zZlvCCijY4VXnNL6qGyU3C7cjQXw6UsFN7Mh5xIER55WWhFq8votNG8Y33E6rK5cI1Qc-ftGyiRC4H2DooL3mUgtMJY2RdW0e6YJ2KIpJ-Yv8zw/s1600/boekdoornenbal.png" /></a></div>
<h2 class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 8pt; text-align: left;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 107%;"></span> </h2>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-19381502874936780482013-12-18T17:34:00.004+01:002013-12-18T17:34:38.060+01:00Sybrand, of Arie en Kees?<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">De stof die het herfstakkoord deed opwaaien is
zo langzamerhand wel gaan liggen (zeker nu er ook overeenstemming over een woon- en pensioenakkoord is bereikt). De hoofdrolspelers hebben zelf al uitgebreid
op de resultaten terug gekeken en de tijd lijkt daarom rijp voor een
voorzichtige evaluatie: wie was er nu slimmer en wijzer, Sybrand van Haersma
Buma (CDA) die wegliep van de onderhandelingstafel, of Arie Slob (ChristenUnie)
en Kees van der Staaij (SGP) die bleven zitten en daarmee met D66 de coalitie
van VVD en PvdA aan een meerderheid hielpen?<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Buma heeft niet zo heel veel woorden nodig
gehad om uit te leggen waarom hij afhaakte. Een kleinere overheid,
lastenverlichting, anti-nivelleren, wil de CDA-leider. En toen dat niet
mogelijk leek beet hij het kabinet venijnig toe: ‘Dan zoekt u het zelf maar
uit’.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Het is Buma op scherpe verwijten komen te
staan. Werd het CDA als oude middenpartij niet wat rechts en, vooral,
oncoöperatief? En duidde dat niet op electorale paniek? Waarschijnlijker is dat
Buma zijn partij werkelijk terug wil krijgen bij haar wortels: als een partij
van de samenleving en dus met een gezond wantrouwen jegens de overheid. Het
legt hem vooralsnog geen windeieren: in de peilingen gaat het CDA weer omhoog
richting de 20 zetels.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Slob en Van der Staaij hielpen het kabinet aan
de benodigde bezuinigingen en haalden in ruil daarvoor het een en ander binnen.
Zo wordt Slob tegenwoordig gefêteerd als de redder van anderhalve kazerne, en
kreeg Van der Staaij een bloemenkrans omgehangen bij een werkbezoek aan een
instelling waarvoor hij een subsidie had veiliggesteld.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">De invloed van SGP en ChristenUnie logenstraft
de veel gemaakte opmerking dat de rol van de kleine christelijke politiek in
Nederland is uitgespeeld. Tegelijkertijd zijn beide partijen naar politieke
volwassenheid gegroeid: van marginale getuigenispartijen tot partijen die
zichtbaar voldaan en met genoegen afspraken over ‘zakelijke en pragmatische
pakketten’ maken (aldus Slob en Van der Staaij in de NRC van 19 oktober).<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Een nog belangrijker rol speelde de overweging
dat koste wat kost nieuwe verkiezingen moesten worden voorkomen, zo blijkt uit
uitspraken van Slob en SGP’er Elbert Dijkgraaf. Want bij verkiezingen hadden SP
en PVV wel eens uitbundig kunnen groeien en dan waren we nog verder van huis
geweest. Je hoeft die argumentatie niet in alle opzichten te delen om toch te
begrijpen, en te waarderen, dat SGP en ChristenUnie partijen zijn geworden die
het landsbelang boven het eigen belang kunnen stellen en daarbij risico’s
durven nemen.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Want het steekt natuurlijk wel een beetje, al
die welwillendheid, al die grenzeloze braafheid, om een kabinet in het zadel te
houden dat alle steun dankbaar incasseert maar ondertussen vrolijk door gaat
met het programma dat premier Mark Rutte een jaar geleden aankondigde: ‘vol gas
op de immateriële beleidsterreinen’. Het blasfemieverbod is inmiddels
geschrapt, het oprekken van de regels rond euthanasie en de modernisering van
de huwelijkswetgeving zijn inmiddels aangekondigd. En bij de behandeling van de
Algemene Wet Gelijke Behandeling bleek dat een Kamermeerderheid niet langer wil
dat scholen en andere instellingen onderschrijving van doel en grondslag mogen
eisen.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">SGP en ChristenUnie zijn, bij mijn beste weten,
nooit opgericht om een kabinet in het zadel te houden dat een voluit paarse
agenda wil gaan afwikkelen. De huidige welwillendheid steekt scherp af tegen de
oppositionele toon van, bijvoorbeeld, André Rouvoet ten tijde van de eerste
twee paarse kabinetten. Toenmalig SGP-leider Bas van der Vlies schoot helemaal
uit zijn slof en kondigde verontwaardigd aan dat zijn partij haar traditionele
rol van ‘crossbencher’ zou laten varen en voor een scherp oppositionele koers
zou kiezen.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Ter compensatie wordt er natuurlijk met enig
strooigoed gesmeten. Zo heeft Opstelten toch maar zijn handtekening gezet onder
een nieuwe Regeling Uitstapprogramma’s Prostituees. Tegelijk kun je volhouden,
zoals CU-senator Roel Kuiper onlangs deed, dat die steun aan het herfstakkoord
en de paarse agenda niets met elkaar te maken hebben. Wat mij een
gewetenssussertje lijkt.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpLast" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Persoonlijk ben ik het veel meer eens met de
oppositionele koers van het CDA tegenover dit kabinet. Maar dat laat wat mij
betreft onverlet dat SGP en CU zich nobel opstellen, dwars tegen het
eigenbelang in. Ze werken in feite mee aan de creatie van een samenleving die
hen en alles wat hun lief en dierbaar is, buiten spel zal zetten. Maar dan
kunnen ze de arena wel niet met de borst vooruit, maar toch met opgeheven hoofd
verlaten.<o:p></o:p></span></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-35291663072213589372013-12-10T10:12:00.000+01:002013-12-10T10:12:40.885+01:00Leven onderaan de trap<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormalCxSpFirst" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<b style="mso-bidi-font-weight: normal;"><span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"></span></span></b> </div>
<div class="MsoNormalCxSpFirst" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<b style="mso-bidi-font-weight: normal;"><span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">In het
moderne, evolutionaire denken staat de mens boven aan de trap met een duistere
afgrond aan zijn voeten. In het christelijke wereldbeeld staat die mens
onderaan de trap met uitzicht op het heiligdom van Gods heerlijkheid. Soms lijk
je daar een glimp van op te vangen.<o:p></o:p></span></span></b></div>
<br />
<div class="MsoNormalCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">‘Het leven kent ook zaligheên’, zoals Willem Bilderdijk
al wist: een echte cappuccino bijvoorbeeld, geconsumeerd onder het genot van
een kleine corona, een boekpresentatie, of een goede lezing.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNormalCxSpLast" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Recent gewerd mij de zegen van twee prachtige
lezingen op één dag. Zeker voor wie zelf regelmatig mag opdraven om een enkele
ziel te bezwangeren, is het luisteren naar anderen vaak bepaald aangenaam. Die
rare nervositeit die je een hele dag tot vijf minuten voor het begin van je
lezing kan verontrusten, ontbreekt, en je kunt je onderdompelen in de kennis en
de wijsheid van een ander.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Ik trof het zeer: ’s middags sprak mijn Franse
vriend Rémi Brague in Rotterdam, ’s avonds sprak mijn eerste leraar Tom Hage in
Gouda. Brague is classicus, Arabist en hoogleraar in Parijs. Hij sprak bij de
presentatie van de eerste Nederlands vertaling van een van zijn boeken (<i style="mso-bidi-font-style: normal;">Europa, de Romeinse weg</i>, een boek dat u
echt moet lezen) en had het over de Europese identiteit. Op volmaakt
Socratische wijze hield hij zijn gehoor drie vragen voor die leidden tot de
conclusie dat er geen doel is dat het voortbestaan van de mensheid
rechtvaardigt – tenzij wij durven nadenken over een hoger goed. Daarmee nodigde
hij zijn gehoor onnadrukkelijk uit de waarheid van het christelijk geloof weer
eens welwillend te overwegen.<o:p></o:p></span></span></div>
<a data-ved="0CAUQjRw" href="http://www.google.nl/url?sa=i&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=images&cd=&cad=rja&docid=Pqqw2Xx7rTleMM&tbnid=XuOMXIoVPlJn-M:&ved=0CAUQjRw&url=http%3A%2F%2Fwww.30giorni.it%2Farticoli_id_20535_l3.htm&ei=jdqmUvTpCe6k0AWZroHgCg&bvm=bv.57799294,d.d2k&psig=AFQjCNGKQ8GSHUfCSVynCe57UOgrzWGIjQ&ust=1386752970926562" id="irc_mil" style="border: 0px currentColor;"><img class="irc_mut" height="248" id="irc_mi" src="http://www.30giorni.it/upload/articoli_immagini_interne/1238417907610.jpg" style="margin-top: 73px;" width="300" /></a><br />
(Rémi Brague)<br />
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Het besef van dat hogere goed heeft de Europese
cultuur eeuwenlang doortrokken. Niet dat wij Europeanen dat zelf hebben
bedacht. De Europese christelijke cultuur is secundair, dat wil zeggen: heeft
weinig origineels voortgebracht maar is gevormd door twee steden buiten Europa:
Athene en Jeruzalem. In Rome zijn beide tradities een grootse synthese
aangegaan, die begint met de erkenning dat wij barbaren zijn die gevormd,
geheiligd, bekeerd moeten worden door bronnen die buiten onszelf liggen.</span></span></div>
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: Garamond; font-size: large;"></span> </div>
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"><o:p><a data-ved="0CAUQjRw" href="http://www.google.nl/url?sa=i&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=images&cd=&cad=rja&docid=yxHy-wwkK4IfTM&tbnid=I7zBg7PKfxAv5M:&ved=0CAUQjRw&url=http%3A%2F%2Fwww.suijs.org%2Fp%25202007.htm&ei=3dmmUqX2MY6e0wXMuYDoBA&bvm=bv.57799294,d.d2k&psig=AFQjCNEnJDBLXLpAVpyF7nHJzT-4qgRKkA&ust=1386752825084504" id="irc_mil" style="border: 0px currentColor;"><img class="irc_mut" height="393" id="irc_mi" src="http://www.suijs.org/image%20b%20dsc09472a.jpg" style="margin-top: 0px;" width="295" /></a></o:p></span></span></div>
(Tom Hage)<br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"></span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Tom Hage sprak aan de Driestar over C. S. Lewis
als mediëvist. Hij had het o.a. over het Middeleeuwse wereldbeeld dat een kern
bevat die elke christen anno 2013 nog altijd deelt: de gedachte nl. dat niets
voor niets is, dat alles in een goddelijke orde een aangewezen plaats heeft, en
dat er dus ook een vervulling van onze verlangens moet zijn, anders zouden wij
die verlangens niet hebben.<o:p></o:p></span></span><br />
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Hage herinnerde er ook nog maar eens aan dat
ons beeld van het middeleeuwse wereldbeeld niet klopt. De Middeleeuwer geloofde
niet dat de aarde plat was en het centrum van het heelal. Het universum was als
een kathedraal, met sferen van muziek en orde, waarin men vanaf de uiterste
rand naar boven keek. In het moderne, evolutionaire denken staat de mens boven
aan de trap met een duistere afgrond aan zijn voeten. In het christelijke
wereldbeeld staat die mens onderaan de trap met uitzicht op het heiligdom van
Gods heerlijkheid.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Zo’n onderdompeling kan verootmoedigen. Wij
mensen leven aan de uiterste rand van het universum, in een ondermaanse dat
door vergankelijkheid en vergetelheid wordt geregeerd. En in dat ondermaanse
zijn wij bewoners van een barbaars continent dat is aangeraakt door een geloof
dat dat continent eigenlijk vreemd is, maar dat stukje aarde eeuwenlang toch
heeft gevormd – alhoewel wij nu aan het staartje van die Traditie bungelen.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Dankzij die Traditie worden wij omringd door
ouders, leraren en instituties die zorg besteden aan ons zielenheil. Maar hoe
precair is ons geloof. Zoals George Herbert al dichtte: één listige boezemzonde
kan dat alles in één keer wegblazen.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Daags na deze lezingen was ik in Amsterdam voor
de doop van een vriend uit de kring van de Edmund Burke Stichting. Na veel
gezoek en getwijfel had hij – evenals enkele andere vrienden uit die kring, en net
als hij niet kerkelijk of randkerkelijk opgegroeid – de keuze voor het
christelijk geloof gemaakt. Zijn doop en vormsel ontving hij in de Krijtberg in
Amsterdam. Hij had het protestantisme geprobeerd, schreef hij mij, maar de hervormden
waren daar in Amsterdam vooral bezig met ‘meditatiecursussen voor daklozen’
(dat klopt waarschijnlijk niet, maar zo’n observatie geeft te denken). Ik kon
niet nalaten hem te herinneren aan een uitspraak van de vorige paus, die in
zijn boek over Paulus heeft gezegd dat de zaligheid nooit beter onder woorden
is gebracht dan door Maarten Luther toen hij het had over de ‘vrolijke wissel
en ruil’.</span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"><o:p></o:p></span></span><br />
<img alt="" class="fancybox-image" src="http://www.refdag.nl/polopoly_fs/2013_12_07_pkopi1_bijspruyt_5_fc_web_1_789770!image/2273098563.jpg" /><o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Het was een mooie dienst. Een jonge
intellectueel, bezig met een proefschrift over Ortega y Gasset, beloofde de
strijd aan te gaan tegen ‘alle bekoring van zonde en onrecht’ en ‘God de Heer
alleen te dienen’. Een mens, getrokken uit de slavernij van de zonde tot de
vrijheid van het geloof van de Kerk. <o:p></o:p></span></span><br />
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpLast" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">We stonden in deze kathedraal in hartje
Amsterdam, en keken naar boven en zagen daar, onderaan de trap, iets, meende
ik, van ‘het heiligdom waarvan de aarde de buitenste grens is’.<o:p></o:p></span></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com2tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-75023970516052215172013-09-16T06:35:00.000+01:002013-09-16T06:35:35.686+01:00Toekomst christelijke politiek<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
De EO belegt volgende week donderdag 26 september (s.c.J.) een <a href="http://www.eo.nl/radio5/nieuws/detail/artikel/andries-radio-symposium-monnik-of-missionaris/">congres </a>over de toekomst van de christelijke politiek in Nederland. Afgelopen zaterdag interviewde Andries Knevel mij over dit onderwerp in zijn programma AndriesRadio op Radio5. Wie dat wil terugluisteren, kan hier terecht:<br />
<a href="http://www.eo.nl/radio5/programmas/andriesradio/aflevering-detail/andries-radio-fffa245c4f/"><span style="color: #0563c1; font-family: Calibri;">http://www.eo.nl/radio5/programmas/andriesradio/aflevering-detail/andries-radio-fffa245c4f/</span></a><o:p></o:p><br />
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-76420511960514478862013-09-14T12:49:00.000+01:002013-09-14T12:49:39.902+01:00Discussie over de Ipadscholen<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
In het Filosofisch Elftal van het dagblad Trouw ben ik in discussie gegaan over de zogeheten Ipadscholen. De introductie van Ipads in het onderwijs lijkt mij een hoogst ongelukkig plan. Via onderstaande link kunt u de discussie in trouw lezen:<br />
<br />
<a href="http://www.trouw.nl/tr/nl/6926/Filosofisch-elftal/article/detail/3508976/2013/09/13/iPad-onderwijs-en-of-Homerus.dhtml">http://www.trouw.nl/tr/nl/6926/Filosofisch-elftal/article/detail/3508976/2013/09/13/iPad-onderwijs-en-of-Homerus.dhtml</a><br />
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-88758750335298157142013-09-07T17:08:00.000+01:002013-09-09T06:18:18.506+01:00De hoge prijs van dubbelzinnigheid<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"> </span></span><br />
<div class="MsoNormalCxSpLast" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Stel, u zet maandag de radio aan, stemt af op een
publieke nieuwszender, en u hoort een sonore mannenstem u de vraag stellen of u
gelukkig bent. Nee, hij bedoelt niet of u wel vaart, hij wil weten of u echt
gelukkig bent. En vervolgens zou hij u voorhouden dat er een blij vooruitzicht
is dat Gods volk streelt, dankzij de verlossing op Golgotha. Als u,
nieuwsgierig geworden, een week later weer op de toespraken van deze man
afstemt, vraagt hij u of u gisteren wel naar de kerk bent geweest. En of u, als
u bij wijze van spreken helemaal voorin gezeten hebt, niet alleen een hoorder
maar ook een dader van het Woord bent.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpFirst" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Anno 2013 is zoiets niet meer goed
voorstelbaar. Ik citeerde uit de radiotoespraken die ds. Jac. Van Dijk
(1913-1984) in de jaren zestig voor de NCRV verzorgde. Zou je hieruit kunnen
concluderen dat er bij de NCRV een halve eeuw geleden meer ruimte was voor
orthodoxie dan nu bij de EO? Aan de andere kant was er bij de orthodoxie, zeker
zoals uitgedragen door ds. Van Dijk, ook meer ruimte. Het is omgekeerd immers nauwelijks
voorstelbaar dat een bevindelijk-gereformeerde dominee nu nog zoveel boeken en films
ter sprake zou brengen als Van Dijk destijds.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Maar Van Dijk was ‘een bijzondere en aparte
man’, zei ds. W. Chr. Hovius in 2007 in een interview met het blad <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Oude Paden</i> (datzelfde blad publiceerde
eerder dit jaar een uitgebreide levensschets van Van Dijk, en de auteur
daarvan, ds. M. van Kooten uit Elspeet, werkt aan een heuse biografie, wat mij
iets lijkt om naar uit te kijken). Van Dijk was een begaafd predikant.
Aanvankelijk was hij vrijzinnig. In de oorlog kwam hij wonderlijk vrij, toen
hij op het punt stond naar Dachau te worden afgevoerd. Hij las daarna een preek
van Smytegelt, en toen ging het, naar eigen zeggen, ‘sneller dan de bliksem’. Erg
veel meer heeft hij over zijn bekering nooit kunnen vertellen. Hij werd een
orthodox-bevindelijk predikant (voor een proeve beluistere men op internet de
preek over Jesaja 55:6), die bij velen zeer geliefd was. Hij genoot groot
vertrouwen. Als hij op de preekstoel Jules de Corte citeerde (‘Waar blijft de
tijd?’), wist zijn gemeente zeker dat Jules de Corte een degelijke oude
schrijver was.</span></span></div>
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"><o:p></o:p></span></span> </div>
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjq3xsXKWZah2HiwQeZFv4QX6bRZ3CbR2vZHUSKPg_cRcS6a4Vpjj7gDhtrG8J5rNvLtqVdXd-wdTzUfDEkT9y_hQI04Jb3E_1eFXKZsR4dd-wOfrJHWsTTRFKIk-cucpKRPcFeag6GjUsI/s1600/ds.+jac.+van+dijk.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="234" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjq3xsXKWZah2HiwQeZFv4QX6bRZ3CbR2vZHUSKPg_cRcS6a4Vpjj7gDhtrG8J5rNvLtqVdXd-wdTzUfDEkT9y_hQI04Jb3E_1eFXKZsR4dd-wOfrJHWsTTRFKIk-cucpKRPcFeag6GjUsI/s1600/ds.+jac.+van+dijk.jpg" width="320" /></a></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Hij werd in 1946 in het hoofdbestuur van de SGP
gevraagd, en in 1948 en 1952 stond hij zelfs vierde op de lijst voor de
Kamerverkiezingen. Maar de band met de SGP was geen gelukkige. Hij bedankte al
in 1946 voor zijn stoel in het hoofdbestuur, trad een jaar later toch weer toe,
maar werd in 1952 uiteindelijk geroyeerd als lid (wat de SGP bij de Statenverkiezingen
in Gelderland in 1954 en later duizenden stemmen kostte). Daarop schreef hij de
brochure <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Staatkundig Gereformeerd</i>? Wat
hij daarin schrijft, is in het licht van de actualiteit voor organisaties als de
SGP nog steeds interessant.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Het vreemde van het geval was dat Van Dijk een
echte SGP’er was, die ook na zijn royement veelal op deze partij is blijven
stemmen. Aanvankelijk was het vertrouwen groot in hem. Het was niemand minder
dan ds. P. Zandt die hem vroeg om tot het hoofdbestuur toe te treden. Hij deed
het, uit achting voor Zandt en uit protest tegen de Doorbraak. Dat hij
hetzelfde jaar nog bedankte, was het gevolg van de dubieuze rol die uitgeverij
De Banier in de Tweede Wereldoorlog had gespeeld – een rol die ‘staatkundig
geraffineerd’ werd toegedekt.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Het was uit ‘liefde en vriendschap’ tot ds. G.
H. Kersten dat hij toch weer toetrad en zelfs het circuit van de tijdredes
inrolde. Maar hij ging zich steeds meer ergeren aan de kloof tussen theorie en
praktijk. Officieel was de SGP tegen sociale wetgeving, maar duizenden SGP’ers
profiteerden ervan. Officieel was de SGP tegen vrouwenkiesrecht, maar duizenden
vrouwen stemden SGP. Ds. Zandt was het met het officiële standpunt niet eens,
zei dat ook in vertrouwelijke gesprekken, maar alles bleef zoals het was. En zo
ging het ook met vaccinatie en assurantie: officieel tegen, maar in de praktijk
stilzwijgend geaccepteerd. Kon dat niet, zo vroeg Van Dijk zich af, wat
ruiterlijker?<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Uit protest tegen de ‘waardeloosheid van het
systeem van de doofpot’ schreef hij een vertrouwelijke circulaire aan enige
vrienden. Hij werd daarop als SGP-lid geroyeerd. Ter verdediging verscheen de
brochure, die ds. Van Dijk op een achternamiddag, in drieëneenhalf uur, schreef.
Ook daarom werd hij bekritiseerd. Maar voor het hoofdbestuur en in <i style="mso-bidi-font-style: normal;">De Banier</i> kreeg hij de kans niet zijn
standpunt toe te lichten. En het voorbeeld van zijn royement maakt op
onovertroffen wijze duidelijk hoe groot de prijs is die op dubbelzinnigheid staat
- op alle pogingen, met andere woorden, om het verschil tussen theorie en
praktijk vromelijk te maskeren in plaats van ruiterlijk te bespreken.<o:p></o:p></span></span></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpMiddle" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<o:p><span style="font-family: Garamond; font-size: large;"> </span></o:p></div>
<br />
<div class="MsoNoSpacingCxSpLast" style="margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">Tussen ds. Zandt en ds. Van Dijk persoonlijk is
het overigens weer tijdig goed gekomen.</span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"></span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"></span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;"></span></span><br />
<span style="font-size: large;"><span style="font-family: Garamond;">[Verschenen in Reformatorisch Dagblad van zaterdag 7 september 2013.]<o:p></o:p></span></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-73259426996282365832013-07-12T18:17:00.001+01:002013-07-12T18:19:24.385+01:00Mazelen en de biblebelt<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"><o:p> </o:p></span><br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Het zal niemand zijn ontgaan: de mazelen
heersen, een beetje in het antroposofische wereldje, maar vooral in
bevindelijk-gereformeerde kringen in bepaalde regio’s op de zogeheten Bible
Belt. Dat heeft de nodige discussie opgeroepen: hoe verantwoord is het om deze
groep van refo-ouders te laten begaan, en hoe consequent zijn zij eigenlijk zelf
als ze in de auto wel een gordel omdoen of een airbag hebben? Dat is toch ook
een preventieve maatregel, die net zo goed in strijd met het beleden geloof in
de voorzienigheid van God is?<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Ik heb het idee dat in alle discussies van de
afgelopen weken een belangrijk punt wordt gemist. Refo’s (een vreselijk woord,
maar ik gebruik het even voor de duidelijkheid) presenteren hun standpunt als
gehoorzaamheid aan het gebod van God zoals dat in de Bijbel tot hen komt. De
anderen nemen dat op hun woord aan, en beginnen discussies over de aard en
implicaties van dat geloof. Maar ik denk dat er iets anders aan de hand is.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Refo’s kleden zich ook anders. Waarom? Omdat
God heeft gezegd, zeggen zij, dat vrouwen zich niet mogen kleden als mannen
(Deuteronomium 22:5). Zou het waar zijn? Zou het niet eerder zo zijn dat de
omringende cultuur op een gegeven moment is veranderd (bevallige dames die
pantalons gingen dragen en een sigaretje opstaken), dat die verandering is
geïnterpreteerd als iets van een opstand tegen een heilige en dierbare orde, en
dat het verzet tegen die opstand tot een bepaald gedrag heeft geïnspireerd, dat
daarna Bijbels gerechtvaardigd is?<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Neem een ander voorbeeld, dat deze redenering
alleen maar sterker maakt. In refo-kringen treft men zelden mannen met snorren
en baarden aan (hier en daar is het zelfs censurabel). Waarom niet? Er is toch
weinig verbeeldingskracht voor nodig om ons de profeten en apostelen met
behaarde aangezichten voor te stellen, en menig oudvader blijkt hen daarin te
hebben nagevolgd. Toch volgen de refo’s deze voorbeelden niet. Waarom niet? Dat
heeft ongetwijfeld te maken met de jaren zestig, toen een opstandige jeugd het
scheermes van pa liet voor wat het was en de natuur op wang en bovenlip zijn
gang liet gaan. Die begroeiing werd geassocieerd met de geest der revolutie en
daarom afgewezen, zelfs bij ontstentenis van een Bijbeltekst waarmee deze keuze
kon worden gerechtvaardigd. (Wat dus bewijst dat het verzet tegen bepaalde
maatschappelijke ontwikkelingen een sterkere motivatie voor bepaalde keuzes is
dan een duidelijke Bijbeltekst.)<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Zo is het ook, denk ik, met het verzet tegen
vaccinaties. Wie de geschiedenis van dat verzet bestudeert (laten we zeggen
vanaf Abraham Capadose in de negentiende eeuw), zal zien dat er naast het
medische argument – inentingen waren toen nog gevaarlijk – één argument steeds
weer in stelling is gebracht: de overmoed van de moderne mens, die met zijn
kennis en wetenschap de natuur denkt te kunnen beheersen en God niet meer nodig
heeft. Dat lijkt mij nog altijd de diepe, religieuze inspiratie van het huidige
verzet. Voor de duidelijkheid wordt er dan een casuïstisch argument bijgehaald
in de vorm van een Bijbeltekst, bijvoorbeeld wanneer Christus zegt dat alleen
zieke mensen een medicijnmeester nodig hebben maar zij die gezond zijn niet.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Vandaar ook dat al die argumenten van airbags
en autogordels (zoals geventileerd door premier Rutte en oud-minister Borst) geen enkele indruk maken. Zij gaan immers aan de kern voorbij.
Het gevoel van afhankelijkheid – of beter: de erkenning van het gebod dat wij
ons in alles van God afhankelijk moeten weten – leidt tot de keuze om kinderen
niet te vaccineren. Alle kinderachtige discussies over verwrongen casuïstiek,
die in alle orthodoxe kringen het gevolg is van het schuren van pre-moderne
waarden met het moderne leven, vloeien hieruit voort.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Dat betekent dus ook, dat al die keuzes (voor
rokjes en geschoren aangezichten, en tegen vaccinatie) vooral om bepaalde
religieuze waarden draaien. De waarde van de onderscheidenheid van man en
vrouw, de keuze tegen de geest van 1968, de keuze tegen de waan van de
beheersbaarheid. Dat zijn natuurlijk volstrekt legitieme keuzes. Het probleem
begint alleen op het moment dat uit die waarden normen worden afgeleid die
vervolgens sacrosanct worden verklaard.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Het komt mij voor dat we dan de wereld van de
christelijke vrijheid verlaten waarin de ruimte bestaat om elkaar te verdragen
in het maken van afwijkende normatieve keuzes. En waarin broeken, baarden en
snorren en een prik niet direct mogen worden uitgelegd als een knieval voor de
geest die men wil bestrijden en tegen de waarden die men hoog wil houden.<o:p></o:p></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-48147994288043544272013-02-23T12:39:00.000+01:002013-02-23T12:41:09.288+01:00'Een zekere fataliteit'<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt; text-align: left;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">J. L. Heldring in gesprek met André Spoor over
hun eeuw<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Een jaar geleden zette J. L. Heldring (1917)
een punt achter zijn carrière als columnist bij NRC Handelsblad, de krant
waarvan hij tussen 1968 en 1972 hoofdredacteur was. Ruim vijftig jaar lang had
hij met ijzeren regelmaat – aanvankelijk zelfs drie en twee maal per week –
zijn bijdragen geleverd, vanuit een invalshoek die hij zelf (in een tijd dat
daarvoor nog moed nodig was) ‘conservatief’ noemde. Eind vorig jaar verscheen
de laatste selectie van zijn columns bij zijn vaste uitgever Van Oorschot in
druk. In het voorwoord op </span><a href="http://www.vanoorschot.nl/component/content/article/38-auteurs/9667-heldring.html"><i style="mso-bidi-font-style: normal;"><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"><span style="color: blue;">Dezer dagen</span></span></i></a><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">
schreef hij met deze bundel afscheid te nemen van de publiciteit. Maar nu ligt
er toch weer een boek met Heldrings naam op de titelpagina. Het boek biedt een
verslag van de vier uitgebreide gesprekken die hij in de zomer van 2012 voerde
met zijn oud-collega van de NRC en vriend André Spoor (1931-2012). De
gesprekken zijn opgetekend door historicus John Alexander Jansen. Zij gaan over
de Koude Oorlog, de Dekolonisatie en Europa, over de eeuw dus van de
gesprekspartners.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"><o:p></o:p></span> </div>
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiOOYANCAzVw3KZhWgz4GziacaU6RUFbyRLeVPin6GPFY62gF2jWjCKK2qW6rS_baZJzcRI69Kj_K-mbzO3XW0LMrKIvfVSNLHXSYmJ_Dk9vrgamSQJtO3BIvOTAxyu1L5rJuQ8hfwZYACg/s1600/heldringX.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiOOYANCAzVw3KZhWgz4GziacaU6RUFbyRLeVPin6GPFY62gF2jWjCKK2qW6rS_baZJzcRI69Kj_K-mbzO3XW0LMrKIvfVSNLHXSYmJ_Dk9vrgamSQJtO3BIvOTAxyu1L5rJuQ8hfwZYACg/s1600/heldringX.jpg" height="207" width="320" /></a></div>
<br />
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Hoe is dit boek tot stand gekomen? In het najaar van 2011 lag Heldring in een
verpleeghuis te herstellen van een operatie. André Spoor kwam hem daar wel eens
opzoeken en nam op een keer wat te lezen mee, het boek </span><a href="http://www.faz.net/aktuell/feuilleton/helmut-schmidt-mit-fritz-stern-fangen-sie-an-fritz-1938026.html"><i style="mso-bidi-font-style: normal;"><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"><span style="color: blue;">Unser Jahrhundert</span></span></i></a><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">,
een verslag van gesprekken die oud-bondskanselier Helmut Schmidt en de
Duits-Amerikaanse historicus Fritz Stern met elkaar hadden gevoerd over de
jaren die zij – de een als politicus en bewindsman, de ander als waarnemer –
hadden meegemaakt. Heldring genoot van het boek, en toen Spoor later bij hem
thuis kwam en suggereerde om in Nederland een soortgelijk boek uit te geven,
ditmaal met hen beiden als gespreksgenoten, ontstond <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Onze eeuw: J. L. Heldring en André Spoor in gesprek</i>. Het boek had
eigenlijk het verslag van vijf gesprekken moeten bevatten, maar dat heeft het
plotselinge overlijden van Spoor op 18 september vorig jaar verhinderd. De
bijdrage van Spoor aan het gesprek zijn door historicus Hermann von der Dunk
gecorrigeerd en aangevuld. Heldring haast zich overigens in zijn ‘Woord vooraf’
om de lezer te behoeden voor de gedachte dat hij en Spoor zich menen te kunnen
meten aan Schmidt en Stern. ‘Wij waren slechts waarnemers geweest, hadden aan
de zijlijn gestaan, terwijl Schmidt in elk geval beslissingen had genomen en
verantwoordelijkheid gedragen, als staatsman bovendien van een land dat meer
gewicht in de wereldschaal legt dan Nederland. Sterns kennis van de historische
achtergronden waartegen het drama van onze eeuw zich afgespeeld had – een
kennis overigens die ook bij Schmidt allerminst ontbrak – pretendeerden wij
niet te evenaren.’<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Het boekje (142 bladzijden), dat een dezer
dagen zal verschijnen, biedt aangename lectuur. Twee oude, erudiete heren, die
als journalist getuige zijn geweest van de naoorlogse geschiedenis, praten er
met oordeel en kennis van zaken aangenaam op los, en de lezer voelt zich bevoorrecht
mee te mogen luisteren.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Maar valt er een rode draad te ontwaren in die
toch vreselijke eeuw – een eeuw van oorlog en koude oorlog, van dekolonisatie
en Europese integratie, van chaos en desintegratie en van pogingen daarin orde
en eenheid aan te brengen?<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">In het laatste gesprek doet Heldring daartoe
een interessante poging. Hij spreekt van ‘een zekere fataliteit’ die in de
thema’s dekolonisatie, Koude Oorlog en Europa te ontwaren is. Wat bedoelt
Heldring met die fataliteit? Hij spreekt over de in 1947 afgekondigde
Trumandoctrine, waarmee Amerika zichzelf verplichtte om alle democratieën waar
ook ter wereld te hulp te schieten wanneer zij van binnenuit of van buitenaf
door het communisme werden bedreigd. Daarmee zette Amerika een nieuwe stap in
zijn geschiedenis, want tot op dat moment waren de Amerikanen ‘helemaal niet
gewend om buitenlandse politiek te bedrijven, ze waren juist lange tijd
neutraal geweest’. In die nieuwe universele ideologie ontwaart Heldring
‘schijnheiligheid’. Een verheven ideologie (‘to make the world safe for
democracy’) moest verhullen dat het hier natuurlijk gewoon om machtspolitiek
ging. Daarmee bestijgt Heldring een stokpaardje dat wij uit zijn columns kennen,
de gedachte dat het in de politiek, zeker in de buitenlandse, om macht gaat en
dat we niet net moeten doen alsof dat niet zo is: ‘Of het nu christelijke of
andere idealen zijn die de mensen koesteren, de wereld is anders en voldoet
daar niet aan.’ Als voorbeeld noemt hij ook George Bush jr., die een gewenste
Realpolitik inwisselde voor de neoconservatieve droom van democratische
maakbaarheid.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Wat is dus die fataliteit? Macht gedreven door
een ideologie. Die combinatie is gevaarlijk, fataal zelfs. In Nederland leidde
het tot de gedachte dat we een moreel verheven gidsland waren en zagen we na de
oorlog niet in dat de dekolonisatie een onvermijdelijk proces was – met een
militair avontuur als gevolg (170.000 Nederlandse soldaten zijn naar Indonesië
gestuurd) dat ‘historisch gezien krankjorum’ was.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Eenzelfde fataliteit ziet Heldring in Europa.
Na de Tweede Wereldoorlog zijn overal in Europa verzorgingsstaten ontstaan, die
de mensen meer dan voorheen aan de nationale staat als ‘de bron van alle
voordelen’ binden. Dat belang stuit nu op de drang naar politieke integratie en
de bezuinigingen die nodig zijn om elkaar aan de befaamde drieprocentsnorm te
houden. Fataliteit schuilt ook in het concept van democratie zelf. Iedere
democratie kan zichzelf ondermijnen doordat ze de mogelijkheid geeft om ook
antidemocratische of revolutionair-democratische beginselen te incorporeren.
Ook het populisme is een kind, zij het een bastaardkind, van de democratie.
Vooral de combinatie van een economische crisis die alle vooruitzichten
wegneemt, en een politieke (die, anders dan zich in de zomer van 2012 liet
aanzien, bij de laatste verkiezingen nog lijkt te zijn afgewend) kan fatale
gevolgen hebben.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Maar ja, hufterdom is een essentieel onderdeel
van de Nederlandse cultuur. We vinden onze mening belangrijk en achten het een
deugd om alles recht voor zijn raap te zeggen – tot bevreemding van het
buitenland. ‘We zijn allemaal hufters!’, roept Heldring uit, en Spoor spreekt
hem niet tegen. Tot slot valt het woord ‘zondigheid’, oftewel ‘het menselijk
tekort’. De mens deugt niet, en daarom is alles wat hij bedenkt op z’n minst
gebrekkig – zeker als hij daar, wat bij ideologieën nu eenmaal het geval is,
geen rekening mee houdt.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">En zo eindigt de samenspraak tussen beide heren
in mineur. De vreselijkste misdaden zijn – over fataliteit gesproken – begaan
door landen die allemaal mensenrechtenverdragen hebben ondertekend. ‘Wat dat
betreft eindigen we ons gesprek met een pessimistische noot’, aldus Heldring.
‘De socialisten zongen vroeger dat de mens goed was, maar daar geloven ze nu
ook niet meer in. Waarschijnlijk kennen ze ook van de Internationale de woorden
niet eens meer’.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Wie voor zulke conclusies niet terugschrikt,
zal zich verheugen in dit erudiete commentaar op de vorige eeuw, dat zich laat
lezen als een noodzakelijke les in goor realisme.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span> </div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgRiqdFfJ3FkCVU-2tiPh1X2cJaWyx_Ja2OzcLRyWecKTGh4mxzuJ4MhphPhMVMF4OEcKz94fX4E-35n6JoKZ5tUdtE8oxki27rkpzihUWvR6Y-QbfF7YSWORHYrX1UeFRZ1LlP97O0DxWf/s1600/HeldringY.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgRiqdFfJ3FkCVU-2tiPh1X2cJaWyx_Ja2OzcLRyWecKTGh4mxzuJ4MhphPhMVMF4OEcKz94fX4E-35n6JoKZ5tUdtE8oxki27rkpzihUWvR6Y-QbfF7YSWORHYrX1UeFRZ1LlP97O0DxWf/s1600/HeldringY.jpg" height="236" width="320" /></a></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt; text-align: left;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"><strong><em>N.a.v.: Onze eeuw. J. L. Heldring en André Spoor in gesprek (Amsterdam: uitgeverij Van Oorschot, 2013) </em></strong></span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-28244227802998949772013-02-18T16:33:00.001+01:002013-02-18T18:38:44.754+01:00Roken en geloven<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<strong>In het boek <em>Een gereformeerde jongen</em> (uitgeverij Prometheus), een bundel artikelen over historicus A. Th. van Deursen, publiceerde ik onderstaand artikel. Het gaat over Van Deursen als columnist, en gaat o.a. in op zijn uitspraken over roken en dreigende rookverboden.</strong><br />
<strong></strong><br />
<strong></strong><br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg5ww49sTgqjCZBoOll4UdJuhzUmkhmTM3sQUt412MOXIsDdOtPlGoHwj8GL1D0lw4a124p-aApUHyvuitCjEOvgtM3GEdN3LRBkMacxf0tF84ckw8LDHxOw6ERAg4Vlfv9piYaXAnZREKE/s1600/VanDeursen2.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg5ww49sTgqjCZBoOll4UdJuhzUmkhmTM3sQUt412MOXIsDdOtPlGoHwj8GL1D0lw4a124p-aApUHyvuitCjEOvgtM3GEdN3LRBkMacxf0tF84ckw8LDHxOw6ERAg4Vlfv9piYaXAnZREKE/s1600/VanDeursen2.jpg" height="320" width="208" /></a></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">
</span></div>
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Behalve
vele opiniërende bijdragen in kranten, tijdschriften en boeken publiceerde Van
Deursen ook vaste columns. Tussen juli 1996 en december 2002 schreef hij een
maandelijkse column in zijn <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Nederlands
Dagblad</i>. Van oktober 2009 tot en met januari 2011 vulde hij een kolom in <i style="mso-bidi-font-style: normal;">De Waarheidsvriend </i>(orgaan van de
Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland), en van januari 2010
tot mei 2011 deed hij dat in het <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Reformatorisch
Dagblad</i>.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Afgezien
van een kortstondige, tweemaandelijkse reeks in het <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Nederlands Dagblad</i> in 1990, is Van Deursen zijn regelmatige
journalistieke werk dus begonnen na zijn pensionering in juni 1996. Zijn naam
en reputatie waren toen natuurlijk al lang gevestigd. Het boek waarmee hij naar
een groter publiek doorbrak, het boek over het dorp Graft in de zeventiende
eeuw (<i style="mso-bidi-font-style: normal;">Een dorp in de polder</i>), dateert
van 1994. Blijkbaar heeft Van Deursen zich pas op zijn 65<sup>e</sup> op vaste
voet beschikbaar willen stellen voor deze journalistieke schrijverij, of is hij
er niet eerder voor gevraagd. Het was in ieder geval verstandig het niet eerder
te doen. Een nadrukkelijk christelijk profiel helpt immers niet bij het
vestigen van die reputatie.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Van
Deursen heeft het geregeld schrijven van die stukjes vijftien jaar vol
gehouden. Hij schreef zijn columns voor uitgesproken christelijke bladen. En
hij had geluk: ‘paars’ (het eerste kabinet-Kok, gesteund door PvdA, VVD en D66)
was intussen twee jaar op weg, dus er viel altijd wel iets te mopperen.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Een
van de eerste columns die Van Deursen in het <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Nederlands Dagblad</i> schreef (op 28 september 1996), is eigenlijk al
direct exemplarisch voor de stukken die hij zou gaan schrijven. Het artikel
gaat over ‘De doelgroep van Margarethe’. Die Margarethe is een zekere
Margarethe Schreinemakers, over wie Van Deursen tijdens zijn zomervakantie in
de <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Stuttgarter Zeitung</i> had gelezen.
Zij maakte een wekelijks televisieprogramma waarin zij allerlei boodschappen
aanprees voor kijkers tussen de 14 en 49 jaar. Van Deursen schreef dat er haast
nog nooit een krantenstuk was geweest dat hem zo had opgemonterd als het
bericht over Margarethe. Hieruit bleek immers dat het verstand dan toch met de
jaren kwam en dat mensen zich vanaf hun vijftigste niet meer door de
suggestieve aanprijzingen van Margarethe lieten verleiden. Vervolgens past Van
Deursen dit inzicht toe op de politiek, waar propaganda een ander woord voor
reclame is. Ook daar zijn de ouderen niet meer te verleiden, in dit geval tot
een andere stem dan de stem die ze altijd hebben uitgebracht. Ze behoren dus
niet meer tot de doelgroep van de politieke partijen. Of ze zijn al lid en
stemmen toch al op je, die oudere kiezers, of ze doen dat niet en zullen dat
ook nooit doen. Een partij hoeft zich dus ook weinig aan hen gelegen te laten
liggen. Het beleid is afgestemd op de doelgroep van Margarethe, en de bevolkers
van de Tweede Kamer waren in 1994 in meerderheid (96 van de 150 afgevaardigden)
jonger dan 50 jaar. De ouderen zijn dus ondervertegenwoordigd in de Kamer, maar
het zijn wel de AOW’ers en de gepensioneerden die in tijden van bezuinigingen
telkens de rekening gepresenteerd krijgen. Vandaar dat er ten tijde van het
eerste paarse kabinet ineens ouderenpartijen in de Kamer waren opgedoken.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Als
de naam van Van Deursen niet boven zijn columns had gestaan, hadden we ze
gemakkelijk als van zijn hand herkend. Elke column begint met een paar
feitelijke vaststellingen of een anekdote, trekt daaruit een eerste conclusie,
dan volgt een beargumenteerd betoog, scherp en helder in die inmiddels
befaamde, laconieke, broodnuchtere zinnetjes, en dan volgt een grotere
conclusie. Die gaat in dit geval over een genegeerde onrechtvaardigheid: een
grote groep van mensen (50-plussers) die niets fouts hebben gedaan (ze zijn
zichzelf gebleven maar wel ouder geworden) en die niet meer interessant zijn
voor de (politieke) markt, en daarom stilzwijgend worden gediscrimineerd, een
rekening gepresenteerd krijgen. Zo’n onrechtvaardigheid is eigenlijk het grote
thema, de rode draad in Van Deursens columns gebleven. <o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Zoals
er 50-plussers zijn, zo zijn er ook de rokers. Van Deursen was lange tijd een
van hen. Terwijl de rokers rustig en tevreden bleven roken, was een groot deel
van de samenleving dat opsteken van sigaret of sigaar(tje) inmiddels als een slechte
gewoonte gaan beoordelen en was de jacht op de roker geopend. Niet omdat roken
schadelijk voor de gezondheid was, want er waren zoveel andere schadelijke
gewoonten waar geen haan naar kraaide. Ook niet omdat rokers het anderen lastig
maken, want daarin vormen zij bepaald geen uitzondering. Ook niet omdat die
arme rokers door die gewetenloze tabaksindustrie worden verleid. Dergelijke
acties worden immers niet ondernomen tegen minstens zo gewetenloze producenten
van ander riskant en gevaarlijk genot. De werkelijke reden is dat een
rookverbod het vijgenblad van ons moreel bankroet is. Nederlanders zien tal van
dingen die eigenlijk niet goed zijn maar willen tegelijkertijd niet de schijn
van onverdraagzaamheid op zich laden. De overheid mag niet betuttelend
optreden. Gelukkig is er dan nog wel het roken als een kwaad dat wel bestreden
mag worden. De meeste niet-rokers zijn bovendien ex-rokers, bekeerlingen die
wraak nemen op hun eigen verleden. Iedere maatregel tegen het roken stelt de
bekeerling in staat de behaalde overwinning op zijn vroegere fouten opnieuw te
beleven. Bij een bushalte moet je, aldus Van Deursen, met je rug naar de
reclameborden gaan staan, de radio moet je regelmatig uitdraaien omdat een
verslaggever of politicus alweer een vloek laat horen, en een willekeurig
televisieavondje levert een overdaad aan ‘lasterlijke spot en goedkope
prikkeling’ op. Maar ja, ga daar nu eens wat van zeggen. Maar als iemand in
zo’n tv-uitzending een sigaret opsteekt dan trekt de niet-rokersvereniging
direct aan de bel. En met groot zelfvertrouwen in de publieke steun voor haar
zaak want een klacht van die vereniging leidt als vanzelf tot nieuwe wettelijke
maatregelen. Wie daarentegen de overheid om maatregelen tegen die
reclameborden, vloeken of gewelddadige tv-programma’s vraagt, weet bij voorbaat
zeker dat hij nul op het rekest zal krijgen (Nederlands Dagblad, 22 februari
1997).<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Maar
meer nog dan op de trouwe 50-plusser en de tevreden roker was de jacht geopend
op de christenmens, vooral van gereformeerde en reformatorische signatuur. In
een veranderende, seculariserende en ontzuilende samenleving waren zij zichzelf
gebleven. Ze waren trouw naar de kerk blijven gaan en in een voorgegeven morele
orde blijven geloven in plaats van in het axioma dat de mening van een
toevallige meerderheid per definitie – tot op den duur het tegendeel blijkt -
ook de ware mening is. Ondanks al hun verdiensten in verleden en heden mochten
zij zich bij een groeiende meerderheid niet meer in een grote populariteit
verheugen. Hun positie werd zelfs bedreigd, hun publieke leven - beschermd door
rechten en vrijheden - waren zij zelfs niet langer zeker.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Nederland
was een land van een verschuivende moraal geworden. Enquêtes speelden daarbij
een belangrijke rol. Zij zijn een middel om grenzen te verleggen. Wanneer je de
bevolking stelselmatig ongepaste vragen stelt en deze vragen regelmatig
herhaalt – zoals de vraag: wilt u in geval van dementie euthanasie of niet? –
dan komt vroeg of laat het moment dat een standpunt dat weinigen aanvankelijk
durven in te nemen, natuurlijk en vanzelfsprekend wordt. Eerst wordt de
schaamte overwonnen omdat steeds meer mensen ineens die gedurfde mening blijken
te hebben, en als de schaamte overwonnen is, heeft de zonde vrij spel
(Nederlands Dagblad 28 februari 1998).<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">In
die omgeving kwam de godsdienstvrijheid steeds meer onder druk te staan. Dat
was het directe gevolg van een staatsgeloof dat, zoals Groen van Prinsterer in
de negentiende eeuw al had voorspeld, zich kon vestigen binnen de kaders van de
godsdienstloze staat die de liberalen in de negentiende eeuw wilden. De
vrijheid die zij zelf namen, wilden zij niet aan anderen toestaan. Het paarse
kabinet was bezig zijn geloofsartikelen in bindende maatregelen aan iedereen op
te leggen. Zodra die maatregelen waren opgelegd en het staatsgeloof zichzelf
dus in een positie had gemanoeuvreerd waarin het een voorkeursbehandeling
kreeg, bepaalde het staatsgeloof dat mensen de juistheid van die maatregelen
ook niet meer mochten betwisten. Ze hadden hun recht van spreken verloren. In
een samenleving waarin gelijkheid het grote ideaal is, mag een
christen-politicus als Leen van Dijke niet meer zeggen dat hij het betreurt dat
homoseksualiteit in zijn christelijke achterban voor een grotere zonde doorgaat
dan diefstal. Want hij beoordeelde homoseksualiteit daarmee als een zonde, in
overeenstemming met een bepaalde uitleg van de Bijbel, en dat mocht niet meer,
zo bepaalde de heer Van Zaltbommel van de Haagse rechtbank. ‘Reclamespotters,
televisieprogramma’s, musicals, krantencolumns, studentenbladen en
radio-uitzendingen’ hebben het christelijk geloof bespot, maar in geen enkel
proces wegens smaad en belediging is ooit een veroordeling uitgesproken. Het is
dus duidelijk: christenen mogen beledigd worden en het voeren van een proces
heeft geen enkel nut. Maar anders dan christenen vormen homoseksuelen wel een
groep in de samenleving die rechtsbescherming voor zichzelf kan opeisen.
Waarom? Omdat, aldus rechter Van Zaltbommel, Van Dijke rekening had moeten
houden met gevoelens en denkbeelden in de samenleving. De samenleving kan het
niet schelen wanneer christenen worden gekwetst, en daarom mogen christenen
beledigd worden. Maar diezelfde samenleving bruist op van woede wanneer
homoseksuelen worden beledigd, en daarom moest Van Dijke hangen. ‘Wat het
Nederlandse volk niet wil horen, wordt afgestraft. Is de belediging echter
geadresseerd aan een groep die zich niet in de volksgunst mag verheugen, dan
komt de samenleving niet in beweging, en de rechtbank evenmin […]. Uitslagen
van NIPO-enquêtes kunnen beslissen over recht en onrecht’ (Nederlands Dagblad,
31 oktober 1998).<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Bij
het einde van paars en het aantreden van de eerste kabinetten-Balkenende,
raakte Van Deursen niet veel hoopvoller gestemd. Voor Pim Fortuyn en de LPF
koesterde hij op z’n best wantrouwen en op z’n slechtst onverholen afkeer. Ook
VVD’ers zijn volgens Van Deursen niet te vertrouwen. Ze hebben christelijk
onderwijs geaccepteerd omdat ze wel moesten, als een noodzakelijk kwaad. Maar
sinds de christelijke partijen in 1967 hun meerderheid in het parlement hebben verloren,
hebben de liberalen voortdurend pogingen gedaan aan de uitkomsten van de
Pacificatie van 1917 te morrelen. Want de vrijheid van onderwijs is niet
heilig, zei bijvoorbeeld minister Zalm in 2002. Het heeft geen zin de hoop op
het CDA te vestigen, schreef Van Deursen in zijn laatste column in het
Nederlands Dagblad. ‘Die partij geeft er geen blijk van, dat zij de rechten van
het bijzonder onderwijs onvoorwaardelijk zal eerbiedigen. Zij wil regeren, en
dat betekent voor haar, dat concessies gedaan kunnen worden op elk gebied. Zo
heeft Van Agt ons een abortuswet geschonken, en Lubbers een Algemene wet
gelijke behandeling. […] Toen ik ruim zes jaar geleden deze maandelijkse
bijdragen begon, was Nederland nog betoverd door de paarse droom. Paars is nu
weg, maar het CDA heeft niet aan geestelijke kracht gewonnen. Van een
CDA-kabinet verwacht ik dan ook geen wezenlijke verbetering. Het zal er voor
alle Veluwebewoners niet gemakkelijker op worden’ (Nederlands Dagblad, 28
december 2002).<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Zo’n
nieuwe constellatie kun je als feit vaststellen, ze kan je ook met enige
bitterheid vervullen. De hoon is dan niet ver weg. Hoon over het paarse,
nieuw-heidense of vrijzinnige onbenul, over een samenleving die een diagnose en
een medicijn krijgt aangereikt, maar dat medicijn niet meer lust en die je tot
slot daarom alleen nog maar prettige kerstdagen kunt toewensen (slot van Van
Deursens Huizingalezing uit 1994). <o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">‘Bestaan
er domme Kamerleden?’, vroeg Van Deursen zich in het RD af. ‘Ik weet wel een
antwoord op die vraag, maar ik houd dat liever voor me, want ik wil niet
beschuldigd worden van haatzaaien. Dus zal ik ook niet zeggen dat Boris van der
Ham (D66) en Jeanine Hennis-Plasschaert (VVD) domme mensen zijn. Maar ik vind
wel dat ze eigenaardige vragen hebben gesteld aan minister Hirsch Ballin’ (11
september 2010).<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Als
historicus zag Van Deursen het als zijn taak om het liefdegebod dat voor alle
christenen geldt, toe te passen op de mensen uit het verleden en hen dus zo
eerlijk mogelijk te behandelen, hen recht te doen, of ze nu Veluwebewoners
waren of niet. Om die reden heb ik Van Deursen kort na zijn overlijden
getypeerd als de historicus van het liefdegebod (Reformatorisch Dagblad, 22
november 2011). Maar volgens George Harinck gold die liefde van Van Deursen
toch in de eerste plaats de ‘huisgenoten des geloofs’, de gereformeerden dus,
en anders niets. De uitgestoken hand aan het slot van de Huizingalezing leek
meer bedoeld om de afstand tussen hem en zijn hoorders te benadrukken dan om
die afstand te overbruggen. ‘De dragers van de cultuur van zijn eigen tijd
bejegende hij minder liefdevol’, aldus Harinck (Nederlands Dagblad, 3 december
2011). Zo riep de contemporaine cultuur bij Van Deursen associaties op met een
‘publiek toilet tegen sluitingstijd’.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Harinck
heeft natuurlijk een beetje gelijk, voor de helft zelfs. Als historicus en
vakman heeft Van Deursen geprobeerd aan personen uit het verleden recht te
doen, ze te begrijpen en ze weer te geven zoals ze zichzelf begrepen. Aan dat
liefdegebod mat hij ook het werk van anderen af, en dat is denk ik ook de reden
waarom hij het boek van Jeroen Koch over Abraham Kuyper (2006) zo onbarmhartig
fileerde. Kochs boek, een ‘libertijns pamflet’, was mislukt omdat de auteur
niet werkelijk tot zijn onderwerp was doorgedrongen en erop uit was geweest
anderen expres te kwetsen. Zo’n boek konden we gevoeglijk ongelezen laten.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Maar
een columnist of opinievormer is er niet om zijn tegenstanders omzichtig en
genuanceerd - liefdevol - tegemoet te treden. Een columnist met een
taakopvatting als Van Deursen, een christelijk columnist in paarse en
populistische tijden, is partij in een geschil. Hij ziet hoe een samenleving
verandert, de machtsverhoudingen verschuiven, en traditionele rechten en
vrijheden voor de minderheid waartoe hij behoort, met behulp van sofistische
argumentaties worden bedreigd. Die nieuwe, seculier-liberale cultuur eist
volgens Van Deursen niet alleen passieve onderwerping maar ook, het voorbeeld
van de gewetensbezwaarde ambtenaar maakt dat duidelijk, actieve medewerking van
iedereen. Het recht beschermt de zwakke niet langer tegen de sterke. En dat is
nu precies het kenmerk van een totalitair regime (‘Iets over de tweede helft
van de twintigste eeuw’, <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Nexus</i> 24
[1999] 125-140). Het wezenlijke kwaad van zo’n regime is de vernietiging van de
geestelijke vrijheid. Want voor deze nieuwe cultuur is het christendom niet
alleen iets wat er niet meer toe doet (zoals de groep van 50-plussers) of een
kansloos alternatief, maar ook de vijand die moet worden overwonnen, zoals de
ex-rokers wraak op hun eigen verleden hebben genomen met de vreugdevolle
uitstoting van hardnekkige door-rokers uit het publieke domein.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="line-height: normal; margin: 0cm 0cm 0pt; text-indent: 35.4pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 12pt;">Die
constatering kan een enkele vileine formulering in de pen geven. Maar rancuneus
is Van Deursen niet geworden. Wie veel te mopperen heeft, zal vroeg of laat de
neiging tot een zekere verongelijktheid in zichzelf vaststellen. Er is dan
zelfrelativering en humor nodig om die verleiding te weerstaan. Gelukkig bezat
Van Deursen beide deugden in hoge mate.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif";"><o:p> </o:p></span></div>
<br />
<br />
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-20710862219914946012012-11-06T10:29:00.002+01:002012-11-06T10:33:32.591+01:00Rémi Brague<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<br />
Goed nieuws over de Franse filosoof Rémi Brague. Ik hoorde vanmorgen dat er een Nederlandse vertaling gaat verschijnen van zijn meesterlijke essay over de Europese (Romeinse) cultuur. Brague publiceerde zijn boek <a href="http://www.amazon.fr/Europe-voie-romaine-Brague-R%C3%A9mi/dp/2070408779/ref=sr_1_6?s=books&ie=UTF8&qid=1352193623&sr=1-6">in 1992 in het Frans</a> (<em>Europe, la voie romaine</em>). Een <a href="http://www.amazon.com/Eccentric-Culture-Theory-Western-Civilization/dp/1587312158/ref=sr_1_1?s=books&ie=UTF8&qid=1352193756&sr=1-1&keywords=Brague">Engelse vertaling</a> kwam tien jaar later uit (<em>Eccentric Culture: A Theory of Western Civilization</em>). Ook in andere talen is het boek inmiddels vertaald, maar in het Nederlands nog niet. Over een jaar komt die vertaling er alsnog. Emeritus hoogleraar Koos de Valk tekent voor de vertaling, die bij uitgeverij Klement zal verschijnen. Het boek wordt, D.v.e.f., gepresenteerd op het afscheidscolloquium van de Tilburgse hoogleraar Donald A. A. Loose, die op vrijdag 22 november 2013 met emeritaat gaat. Bij die gelegenheid komt ook Brague zelf naar Nederland voor een lezing.<br />
<br />
<br />
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgI_d3S0RAPkcj6IhtNZYRfHIfe7wRS8qtRgEEuTaH8_lx8BgR5zRpthX1f6xsx5hndjCbe5AWRtYGshSrbpy_3Y9XkQH8ROl7fEhogXcjc8suRb9l3VQ9HZBdBGFDOuHN_Bz0q4knU3Oza/s1600/Brague2.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="128" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgI_d3S0RAPkcj6IhtNZYRfHIfe7wRS8qtRgEEuTaH8_lx8BgR5zRpthX1f6xsx5hndjCbe5AWRtYGshSrbpy_3Y9XkQH8ROl7fEhogXcjc8suRb9l3VQ9HZBdBGFDOuHN_Bz0q4knU3Oza/s320/Brague2.jpg" width="320" /></a></div>
<br />
<br />
<br />
Waarom ik dit boek van Brague zo waardeer, heb ik vorige week duidelijk gemaakt in mijn rubriek in <em>Elsevier</em>. Hieronder de tekst van dat stukje.<br />
<br />
<br />
<h2 class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt; text-align: left;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Een vingerhoed vol<o:p></o:p></span></h2>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Het is ongelijk verdeeld in de wereld, ook wat
betreft de aandacht die filosofen krijgen en verdienen. Een filosoof die in
Nederland veel bekender zou moeten zijn dan hij is, is de Parijse denker Rémi
Brague (65). In zijn eigen land is hij, als voormalig hoogleraar aan de
Sorbonne, wel geëerd. Zo kreeg hij de Grote Prijs voor de Filosofie van de
Académie Fran</span><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%; mso-bidi-font-family: Calibri; mso-bidi-theme-font: minor-latin;">ç</span><span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">aise en maakt hij daar inmiddels deel uit van
de prestigieuze Académie des sciences morales et politiques. De paus heeft hem
vorige week de Ratzingerprijs voor Theologie toegekend.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Maar in Nederland zijn z’n optredens tot nog
toe beperkt gebleven tot een enkele bijdrage aan een bijeenkomst van het Nexus
Instituut en een groot interview in <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Opinio</i>
zaliger. Geen van zijn vele boeken is ooit in het Nederlands vertaald. Waarom
verdient hij beter?<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Ik heb Brague enkele keren ontmoet. Een kleine,
beweeglijke man, met een te grote bril, zonder een zweem van iets dat naar het
modieuze neigde. Hij trof mij vooral door zijn gevoel voor humor en
voortdurende betuigingen van nederigheid. En die betuigingen waren nog niet
gespeeld ook. Brague weet zoveel, dat hij – vergeeft u mij het cliché, maar in
het geval van Brague is daar geen sprake van – vooral ook heeft leren inzien wat
hij allemaal nog niet weet.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Zijn boeken op het terrein van de filosofie van
de Oudheid en Middeleeuwen getuigen van een duizelingwekkende belezenheid in de
primaire bronnen. Brague studeerde eerst klassieke talen en filosofie, en
daarna ook nog (na zijn dertigste) Arabisch. Hij kreeg beide disciplines
voldoende onder de knie om aan de Sorbonne zowel Griekse en Romeinse als
Arabische filosofie te doceren. Maar het liefst had hij de naam willen dragen
van zijn Amerikaanse uitgever Bruce Fingerhut. Een vingerhoed, daar kan niet
veel in. Zo meende Brague zelf maar een klein beetje kennis en wijsheid in zich
opgenomen te hebben.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Zijn bekendste, en voor een breed publiek
belangrijkste boek is een studie over de essentie van de Europese cultuur. In
het Frans heet dat boek <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Europe, la voie
romaine</i> (Europa, de Romeinse weg), in het Engels is het vertaald als <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Eccentric Culture</i> – ‘excentriek’ in de
letterlijke zin van buiten het centrum liggend. Het boek is al in meer dan tien
talen vertaald, maar nog niet in het Nederlands.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">De essentie van de Europese cultuur ligt buiten
of aan de marge van het continent. Twee steden hebben Europa geschapen:
Jeruzalem en Athene. In de hoofdstad van het oude Europa, Rome, bestond het
besef dat er een norm buiten haar was waartoe iedereen zich moest verheffen. Er
was een cultuur waarin Europeanen moesten assimileren, het geloof en de cultuur
van de Joden en Grieken. En er was een barbarij die iedereen moest bedwingen –
de eigen barbarij. De Europese cultuur is een cultuur die zichzelf door de
eigen bronnen voortdurend laat corrigeren. Alle renaissances in de Europese
geschiedenis zijn er het bewijs van. De Renaissance van de vijftiende en
zestiende eeuw was, bijvoorbeeld, een geslaagde poging om het verval in kerk en
samenleving te corrigeren door de Bijbel en de klassieken te herontdekken.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">In dit opzicht verschilt de Europese,
christelijke cultuur wezenlijk van de islamitische, Bragues tweede terrein van
onderzoek. De Islam assimileert niet maar eigent zich iets toe, sluit het
andere in zichzelf in zonder het nog langer als iets vreemds te erkennen.
Gebruikte bronnen worden vernietigd, en worden niet gecultiveerd als een soort
‘tegenover’ dat moslims tot renaissances dwingt, tot een correctie van het
eigen denken en geloven aan andere, ‘vreemde’ bronnen.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Daarom zal de Islam in het moderne Europa
altijd een lastig verschijnsel blijven. Moslims geloven dat hun religie de beste
van de wereld is, het geloof dat alle andere geloven overbodig heeft gemaakt en
dat daarom dient te domineren. Maar de werkelijkheid in het Midden-Oosten
bewijst eerder het tegendeel. Woede en rancune zijn het gevolg, zoals de
geweldsuitbarstingen naar aanleiding van een recent anti-islamfilmpje op
internet duidelijk maakten. Filosofie en een scheiding van kerk en staat laat
zich binnen de islam niet denken. Als de Koran het onveranderlijk Woord van God
is, dient de werkelijkheid zich aan dat boek aan te passen. Niet andersom.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Baskerville Old Face","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Bij Brague berust dat oordeel op kennis en niet
op een vooroordeel ingegeven door angst voor het andere en vreemde.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhwIZ1KgJm2gqhRgN1qf_2j0izvKGs7A974T7f3rUEJk5dpbLHYo67ur45NAgm2PblIXEiScZoQclo39SsgekKKnxWsU3crSB-fRQNUpPdQFSoUk1MDbjKWiWRC1e733PjF8i_k7gvBgPFQ/s1600/Brague1.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="212" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhwIZ1KgJm2gqhRgN1qf_2j0izvKGs7A974T7f3rUEJk5dpbLHYo67ur45NAgm2PblIXEiScZoQclo39SsgekKKnxWsU3crSB-fRQNUpPdQFSoUk1MDbjKWiWRC1e733PjF8i_k7gvBgPFQ/s320/Brague1.jpg" width="320" /></a></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com2tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-75813624519809726702012-10-31T21:48:00.000+01:002012-10-31T21:48:17.391+01:00Elsevier-column over 'paarse' Rutte uit juli 2010<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span><br /></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Enkele jaren geleden, in 2005, hebben (aspirant-)politici enkele
zondagen in het geheim bij elkaar gezeten in een bijeenkomst die zij zelf het
Veere beraad noemden. Jort Kelder, de oud-hoofdredacteur van <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Quote</i>, was erbij, evenals
oud-PvdA-politicus Rob Oudkerk, wiens carrière toen net gebroken was door
onthullingen over zijn prostitutiebezoek. Ook Mark Rutte deed mee, de
VVD-aanvoerder die nu met Job Cohen, Alexander Pechtold en Femke Halsema een Paars-plus
kabinet wil formeren.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">We weten nu pas van dit Veere beraad omdat Rob Oudkerk het
vorige week in een interview met het weekblad <i style="mso-bidi-font-style: normal;">HP/De Tijd</i> heeft onthuld.<span style="display: none; mso-hide: all;">P/HP
H<span style="mso-spacerun: yes;"> </span></span><span style="mso-spacerun: yes;"> </span>De heren kwamen bijeen omdat ze graag een
‘progressieve volkspartij’ wilden oprichten. Rutte – ‘mijn lieve Mark’ zoals
Oudkerk hem noemt - wilde uiteindelijk niet mee doen, omdat hij de plannen voor
een progressieve volkspartij binnen de VVD wilde realiseren. Nu Rutte de
verkiezingen heeft gewonnen, zit hij op de positie waar hij in 2005 van
droomde, en daar maakt Oudkerk ‘een diepe buiging’ voor.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Vanuit een journalistiek oogpunt is zo’n interview met
Oudkerk natuurlijk erg interessant. Maar het is ook schokkend, inhoudelijk.
Rutte heeft zich in de laatste verkiezingscampagne nadrukkelijk geprofileerd
als een rechts politicus. Hij sprak strenge taal over immigratie en integratie.
Kansarme mensen kwamen wat hem betreft het land niet meer binnen. Net zo
kritisch waren zijn uitspraken over ontwikkelingssamenwerking, en vooral, over
de noodzaak om te bezuinigen. Bezuinigingen waren eigenlijk alleen bij de VVD
in goede handen. Zeker niet bij de PVV, de partij van Geert Wilders die op
sociaal-economisch terrein eigenlijk heel erg links was geworden. En al
helemaal niet bij de PvdA, de partij die een verkiezingsprogramma schreef dat
volgens Rutte eigenlijk ‘de langste zelfmoordbrief uit de geschiedenis’ was.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Met dat rechtse programma heeft Rutte de verkiezingen
gewonnen. Rutte zei daarna dat hij het liefst een kabinet over rechts wilde
gaan leiden, met de PVV en het CDA dus. Tot inhoudelijke onderhandelingen is
het echter niet gekomen. CDA-leider Verhagen zei dat VVD en PVV het eerst over
belangrijke rechtsstatelijke kwesties eens moesten zijn voordat hij wilde
aanschuiven. Rutte heeft toen niet verder aangedrongen. Tijdens het Kamerdebat
over de verkiezingsuitslag nodigde hij Wilders publiekelijk tot zeven maal toe
uit om alsnog de gesprekken te openen. Maar Wilders was natuurlijk niet zo dom
dat hij daarop in ging. Hij bleef zitten en heeft sindsdien gezwegen. Wilders
heeft namelijk nog maar één doel, en dat zijn de volgende verkiezingen. Al
denken Rutte en Verhagen en alle anderen dat ze het spel slim hebben gespeeld
en dat de schuld voor het mislukken van een rechtse coalitie bij Wilders ligt.
Niet in de optiek van (potentiële) PVV-stemmers.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">De kansen van Wilders om de volgende verkiezingen te winnen
nemen alleen maar toe nu Rutte de grote zwenking heeft gemaakt en is overgestapt
naar het kamp van Paars-plus. ‘Laten we wel wezen: als Paars-plus er komt,
hebben we over anderhalf jaar een premier met een blonde kuif’, zegt ook
Oudkerk in genoemd interview.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Maar is er eigenlijk wel sprake van een grote zwenking bij
Rutte of volgt hij in de keuze voor paars gewoon zijn hart, dat partijpolitiek
nogal lichtzinnig is?<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">De onthullingen van Oudkerk roepen herinneringen op aan
eerdere uitspraken van Rutte. Toen Rutte zich in maart 2006 als de nieuwe
(kandidaat-)lijsttrekker presenteerde, nam hij nadrukkelijk afstand van het
traditionele beeld van de VVD als de partij voor Wassenaarse dames met
parelkettingen. De VVD moest ook de partij van de Marokkaanse buurtvaders
worden. Hij bepleitte nog in 2004 een fusie met D66, en vond nog in 2000 dat de
VVD onder (nota bene) Joris Voorhoeve te rechts en te populistisch was. Rutte
is in 2007 een week gasthoofdredacteur van het (ter ziele gegane) weekblad <i style="mso-bidi-font-style: normal;">Opinio</i> geweest. Nadat de onderwerpen
voor het nummer waren vastgesteld, vroeg een redacteur zo langs zijn neus weg
of Rutte niet iets kwijt wilde over immigratie en integratie. Dat was helemaal
niet nodig, zei Rutte, want met personen als Bolkestein en Rita Verdonk wist de
kiezer wel wat hij wat dat betreft aan de VVD had. De opmerking van de
redacteur dat die kiezer hem op dit onderwerp wellicht vooral met Hans Dijkstal
associeerde, werd lachend weggewuifd.<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">Zijn campagneteam heeft Rutte begin dit jaar waarschijnlijk
uitgelegd dat hij toch iets moest doen met dat onderwerp. Nu Rutte weer wat
vrijer is, blijken zijn rechtse uitspraken een uit het hoofd geleerd lesje te
zijn geweest. Een lesje waarmee de kiezer die een fatsoenlijk rechts beleid
wilde, in de val van sociaal-liberale stagnatie is getuind.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;"></span> </div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: "Garamond","serif"; font-size: 14pt; line-height: 115%;">[Oorspronkelijk verschenen in Elsevier, week 28, 2010]</span></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-30588975538339997852012-10-26T08:27:00.001+01:002012-10-26T08:27:16.483+01:00De Volkskrant over het Christelijk Conservatief Beraad<div dir="ltr" style="text-align: left;" trbidi="on">
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<b><span style="font-family: Calibri;">Conservatief Beraad: aarzel toch niet over die 'C' van
CDA<o:p></o:p></span></b></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: Calibri;">VAN ONZE VERSLAGGEVER RON MEERHOF − 26/10/12, 00:00 <o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<span style="font-family: Calibri;">DEN HAAG - Of de duvel ermee speelt: belegt het Christelijk
Conservatief Beraad (CCB) een van haar zeldzame bijeenkomsten, congresseert op
dezelfde dag enkele tientallen kilometers verderop het CDA! Jammer, heel
jammer, zegt CCB-voorzitter Eddy Bilder. 'Wij zouden juist nu, júíst voor het
CDA iets kunnen betekenen.'<br />
<br />
Het CDA gaat het zaterdag in Rotterdam hebben over de zoveelste
verkiezingsnederlaag, hoe dat komt en wat eraan te doen is. Maar de echte
antwoorden zullen te beluisteren zijn in de voormalige synagoge in Gouda,
verwachten Bilder en zijn geestesgenoten. Eerst en vooral: Hou eens op met dat
geaarzel over die 'C' van CDA. Die staat voor christelijk en voor niks anders.<br />
<br />
Het CDA moet daar weer voor uit durven komen, betoogt bijvoorbeeld Bart-Jan
Spruyt, mede-oprichter en bestuurslid van het CCB. 'Het CDA moet zich opnieuw
oriënteren op de christelijke wortels en op het conservatisme. Straal uit dat
de eigen natie boven Europa gaat en dat de eigen identiteit verkieslijk is
boven een multiculturele samenleving. Dat soort dingen. Langs zo'n weg kan het
CDA weer de fatsoenlijk rechtse, conservatieve volkspartij van weleer worden.'<br />
<br />
Journalist, publicist en dwarsdenkend intellectueel Spruyt is al jaren een luis
in de pels van rechts en confessioneel Nederland. Tien jaar terug richtte hij
de Edmund Burke Stichting op, met als doel het gedachtengoed van die aartsvader
van het conservatisme te verspreiden. De ambitie om dat ideaal ook politiek te
verwezenlijken leidde tot een flirt met Geert Wilders die al snel in desillusie
eindigde.<br />
<br />
De presentatie van een boek van zijn hand over de Veluwse dominee Doornenbal,
Wie eenmaal heeft liefgehad, leidde in 2009 tot het CCB. 'Er kwamen zomaar 300
mensen opdagen!', zegt Spruyt. 'De sfeer was zo goed dat we besloten dat we
vaker bij elkaar wilden komen.' Politieke ambities heeft het beraad niet, zegt
Spruyt. Maar invloed uitoefenen middels goede ideeën is bepaald niet verboden.
Daar zou het CDA zijn voordeel mee moeten doen, vindt Spruyt.<br />
<br />
'Zoals de naam al zegt: we beraden ons', zegt Bilder. 'In huiskamers en één tot
tweemaal jaarlijks op een congres. Een kerk vol mensen, tussen de honderd en de
tweehonderd, die discussiëren over de rol van christenen in de samenleving en
wat het betekent conservatief te zijn. Moeten we ons terugtrekken in de eigen
kring, zoals de gereformeerde gezindte vaak geneigd is te doen, en dan onze
waarden in relatieve afzondering voorleven in de hoop dat dit navolging vindt?
Of moeten we ons actief mengen in de samenleving om die actief van de waarde
van ons gedachtengoed te overtuigen? Dat soort vragen.'<br />
<br />
Sprekers zijn zaterdag onder anderen dominee Huib Klink, tweelingbroer van de
voormalige CDA-minister Ab Klink, CU-Kamerlid Gert-Jan Segers en CDA-Kamerlid
Sander de Rouwe. 'Maar die laatste heeft zojuist moeten afzeggen', zegt Bilder
spijtig. 'Hij moet écht aanwezig zijn op zijn eigen congres. Er is niks aan te
doen. Er zit geen kwaaiigheid achter. Het CDA was nu eenmaal erg laat met het
vaststellen van een datum.'<o:p></o:p></span></div>
<br />
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 10pt;">
<o:p><span style="font-family: Calibri;"> </span></o:p></div>
</div>
Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-76095766396770864762012-01-31T22:02:00.003+01:002012-01-31T22:08:53.662+01:00Studiedag over 'Gezin en beschaving'De Edmund Burke Stichting <a href="http://www.burkestichting.nl/">organiseert</a> op zaterdag 11 februari a.s. een bijeenkomst over het thema <em>Family and Civilization</em>, naar het bekende boek van de Harvard socioloog Carle Zimmerman (dat is uitgegeven door onze vrienden van <a href="http://http://www.isi.org/books/">ISI</a>). De bijeenkomst staat open voor studenten, promovendi en young professionals. Aanmelden door toezending van brief en CV aan info@burkestichting.nlRedacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-87530259459220520222012-01-30T09:22:00.008+01:002012-01-30T09:44:15.550+01:00Ds. L. Kievit in Putten (1945)De razzia die het Veluwse dorp Putten in oktober 1944 zo heeft geschonden en ontredderd, is een van de meest tragische gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog. Het verzet pleegde in de nacht van zaterdag 30 september op zondag 1 oktober 1944 een aanslag op een passerende auto met Duitse militairen. Eén Duitse officier kwam daarbij om het leven. De Duitsers namen diezelfde nacht nog wraak door Putten te omsingelen en daarna meedogenloze vergeldingsmaatregelen te treffen. Ruim honderd woningen werden in brand gestoken, zes mannen en een jonge vrouw doodgeschoten, en 660 mannen werden vanuit de hervormde Oude Kerk afgevoerd naar het concentratiekamp Neuengamme, waarvandaan zij naar verschillende andere kampen werden getransporteerd. <br /><br />Na de oorlog, die voor Putten op 18 april 1945 eindigde, keerden slechts 48 mannen naar Putten terug, van wie er vijf kort daarna alsnog overleden. Het dorp rouwde om 552 doden, en telde 308 weduwen en 667 weeskinderen. Hoe hun mannen en vaders aan hun einde waren gekomen, wisten de nabestaanden vaak niet eens. ‘Er is zoveel geleden in Putten, dat achterbleef na de oorlog als een dorp van weduwen’, schreef ds. J. T. Doornenbal. ‘Als een akker is Putten geploegd geworden’ (<em>Overpeinzingen van een pelgrim</em>, 3e dr., 1995, p. 276).<br /><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj4A6hyphenhyphen6TOWTvWr77FCouYXrKw-MrY8gpsVu-uuyksKe6ZYXjpfRqd1Bw2h6K5QTIYeTahPY6Ipa1GGFc3TSxXU-giCErKXXoWH0171stTm_DErTfCS5BFvnDk-1gprJ-dfx6g3sc7wJ0Gj/s1600/Putten1944.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 240px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj4A6hyphenhyphen6TOWTvWr77FCouYXrKw-MrY8gpsVu-uuyksKe6ZYXjpfRqd1Bw2h6K5QTIYeTahPY6Ipa1GGFc3TSxXU-giCErKXXoWH0171stTm_DErTfCS5BFvnDk-1gprJ-dfx6g3sc7wJ0Gj/s400/Putten1944.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5703338261702819506" /></a><br /><br /><br /><br />Putten was een hervormd dorp. Tachtig procent van de bevolking behoorde tot de Nederlandse Hervormde Kerk, de Christelijk-Historische Unie was de grootste partij. In oktober 1944 was de hervormde gemeente vacant. Ds. C. B. Holland (1878-1948) had zich in 1930 aan de gemeente verbonden, en was in mei 1944 (tegen zijn zin) met emeritaat gegaan. Hij bleef hulpprediker maar kreeg lange tijd geen opvolger. Holland stond op 10 mei 1945, Hemelvaartsdag, voor de zware opgave om een eerste dodenlijst met 187 namen in een halfduistere dorpskerk voor te lezen aan een wanhopige schare die sinds 1 oktober 1944 niets meer over het lot van de weggevoerden had vernomen. In de dagen daarna bezocht hij vele families en gezinnen, tot het hem fysiek te zwaar werd en hij in de herfst van 1945 zijn hulppredikerschap om gezondheidsredenen moest neerleggen.<br /><br />Putten had inmiddels een nieuwe herder en leraar gekregen in de persoon van ds. Leendert Kievit (1918-1990), die in augustus 1945 door zijn vader, ds. Izaäk Kievit, aan de gemeente was verbonden. Kievit jr. kwam van Schoonrewoerd. Enkele jaren na het overlijden van ds. Holland verscheen er een bundel preken van hem in druk, met een voorwoord van ds. L. Kievit. Hij prees zijn voorganger daarin als een man wiens uitspraken ‘even kras als raak’ waren geweest, ‘zonder iemand te sparen en recht op de man af. Zijn woorden hadden het gewicht der waarheid en nooit zwichtte hij voor menselijke weerstand’. Ds. Holland had voor het Woord gebeefd en uit dat Woord geleefd (Licht en leiding, 1950).<br /><br />L. Kievit (1918-1990) zal voor vele lezers van <em>Ecclesia</em> geen onbekende zijn. Bij zijn overlijden hebben dr. W. Aalders en dr. M. Verduin hem in deze kolommen met sympathie en waardering herdacht. Verduin haalde vooral de levendige, reformatorische prediking van Kievit naar voren, waarbij de ‘trouw van God in de geslachten’ centraal stond en de hoorders ‘zonder omhaal van woorden oog in oog werden gezet met Christus’. Kievit was een belezen theoloog met een uitzonderlijk taalgevoel, en tegelijk een ‘man met een diepe pastorale bewogenheid’. Aalders tekende hem als een ‘fijnzinnig en artistiek mens’, ook als ‘de man uit Baarn’, de gentleman uit het oude villadorp, ‘de uitwonende, weggetrokken uit de idylle van zijn jeugd, uit zijns vaders huis, uit zijn land en maagschap.’<br /><br />Zijn vader Izaäk Kievit (1887-1954) was sinds 1923 tot aan zijn emeritaat in 1952 predikant in Baarn en was een grote in het kerkelijke Israël. Hij had eigenlijk, als professor Hugo Visscher zijn zin had gekregen, moeten promoveren op de relatie tussen de filosoof René Descartes (1596-1650) en de gereformeerde theologie, en als hij dat had gedaan had Kievit sr. zijn grote gaven van hoofd en hart ongetwijfeld op een leerstoel kwijt gekund. Maar hij werd predikant. Wel heeft hij in Baarn jarenlang een contio geleid, waarbij hij theologische lezingen verzorgde voor een groep jonge predikanten die daar voor de rest van hun leven door gevormd zijn. Die kring was ontstaan doordat Kievit jr. en zijn jeugdvriend P. C. (Piet) Kuiper, de later zo beroemd geworden psychiater, als Utrechtse studenten vrienden mee naar huis namen om met Kievit sr. over tal van onderwerpen van gedachten te wisselen. Als gymnasiasten hadden Kievit jr. en Kuiper al onder leiding van Kievit sr. het werk van de filosoof Immanuël Kant gelezen, en als student in de geneeskunde (psychiatrie) heeft Kuiper meer dan eens bijdragen aan de bijeenkomsten geleverd over onderwerpen op het raakvlak van psychologie en theologie.<br /><br />Tot de bezoekers van de maandelijkse Baarnse contio’s behoorde ook de bekende, reeds genoemde ds. J. T. Doornenbal (1909-1975). Hij beschouwde zich als een geestelijke zoon van ds. I. Kievit en was levenslang bevriend met ds. L. Kievit, die hij vooral bewonderde om zijn manier van preken. Nadat hij de preek had gehoord waarmee Kievit jr. ds. C. Balke in 1956 als zendingspredikant bevestigde, schreef Doornenbal: ‘zoals hij ’t kan, kan niemand het, zo fris en levendig en tegelijk zo zuiver. Mijn oude, dorre hart wordt altijd verkwikt onder zijn woord en verwarmd door het vuur van zijn geest. Hij weet de dingen zo treffend te zeggen en zo helemaal op zijn eigen manier: “Vader Balke heeft vier zoons, en hij moet er minstens één afstaan. God heeft maar één Zoon en Hij gaf Hem …”’ (<em>Pastorale pennevruchten</em>, 1994, pp. 38-39).<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg1H-HIPOuPumZO-o0Og8pT3MJSWExLc3CdJRbZ5-fLftWjM4finKWVsMz4NWfDc5qifiHzBQ5nwhJcZ7bYGDvbeuLddp99Dkx-v1q6diSSaCafQtTTxxgH0rNlXh_bWTAphSV6NBfgXBgx/s1600/Putten1944dsLKievit.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 218px; height: 350px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEg1H-HIPOuPumZO-o0Og8pT3MJSWExLc3CdJRbZ5-fLftWjM4finKWVsMz4NWfDc5qifiHzBQ5nwhJcZ7bYGDvbeuLddp99Dkx-v1q6diSSaCafQtTTxxgH0rNlXh_bWTAphSV6NBfgXBgx/s400/Putten1944dsLKievit.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5703340998428570738" /></a><br /><br /><br />Maar goed, dit is allemaal gezegd en geschreven over de man ds. Kievit, die na zijn periode in Putten (1945-1952) nog predikant is geweest in Woerden, opnieuw Putten, Leiden en Gouda. Toen hij zich in augustus 1945 aan de gemeente van Putten verbond, was Kievit een jonge man, 27 jaar oud, en stond hij voor de taak een getraumatiseerde gemeente en gemeenschap te troosten en te leiden door de verkondiging van het Woord van God. Hoe kun je in die situatie het heil en de troost van het Evangelie uitdragen, zonder de genade door clichés en dooddoeners goedkoop te maken? Jaren later erkende Kievit in een interview met het opinieweekblad <em>De Tijd </em>(6 januari 1978) dat hij het er erg moeilijk mee had gehad. ‘Ik moet eerlijk zeggen: ik had er natuurlijk geen woorden voor. Het is onmogelijk in die omstandigheden aan te komen met: het zal wel ergens goed voor zijn, je zult het wel verdiend hebben, of: na regen komt zonneschijn. Het worden allemaal banaliteiten.’ Velen vonden in Putten steun in hun geloof in God, zoals ook de weggevoerde Puttenaren die hadden gevonden. ‘Eén overlevende zei: Je had in het kamp maar één keus: je moest je vasthouden aan God of aan het prikkeldraad’. Maar er waren ook Puttenaren die met hun vuist op tafel sloegen en met de kerk braken. Kievits eigen dienstmeisje verliet de kamer wanneer Kievit uit de Bijbel begon voor te lezen. ‘Ze had een broer verloren en zei: “dat kan ik niet meer horen dominee”.’ Voor Kievit zelf was het ‘een worsteling’ geweest. Dat betrof niet alleen de herdenkingsdiensten die hij in oktober 1945 moest leiden, zo kort na zijn bevestiging in Putten, maar ook de jaren daarna, toen hij iedere avond om zeven uur via eenzelfde route door het dorp liep om de vaderloze kinderen naar binnen en naar bed te jagen.<br /><br />Bovendien moest hij natuurlijk pastorale bezoeken afleggen aan vrouwen die hun man en/of hun zoons hadden verloren. Zijn ‘verschrikkelijkste ervaring’, de ontmoeting die de diepste indruk op hem maakte, was een huisbezoek dat hij samen met een ouderling aflegde. (Kievit heeft niet alleen in <em>De Tijd </em>van dit voorval verhaald, maar ook in een herdenkingstoespraak die hij op 2 oktober 1984 in Putten heeft gehouden en die in De Waarheidsvriend van 11 oktober 1984 is gepubliceerd). De naam van die ouderling was Dirk Schuitemaker en hij had zijn twee zoons verloren, Cornelis van 20 jaar oud en Gerrit van 22 jaar oud. Bij de onthulling van het standbeeld van de vrouw van Putten op 1 oktober 1949 was deze Schuitemaker voorgesteld aan koningin Juliana, die hem had gevraagd hoe hij door zoveel leed had kunnen doorkomen. Schuitemaker had geantwoord dat hij dat nooit had gekund wanneer hij niet had geweten dat God de Heere Zijn toevlucht en troost was geweest. Om daar in liefde tegenover de getroffen koningin de vraag aan toe te voegen of zij daar nu zelf ook iets van mocht kennen.<br /><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgkDrfxfUsAiRRig3kemqNtolLpQTnGlAGyoUvwahhp0xWE9Vq0uFYF9f_OAoZoRM-FlIa2Z21TYdYqT7Yk1a9OUaRF1dr0VVdlpbfl_Ebe1u-itV0cQnXqbs289NdkHs7x_WQ0VwbcKhG_/s1600/PuttenvrouwtjeJuliana.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 186px; height: 271px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgkDrfxfUsAiRRig3kemqNtolLpQTnGlAGyoUvwahhp0xWE9Vq0uFYF9f_OAoZoRM-FlIa2Z21TYdYqT7Yk1a9OUaRF1dr0VVdlpbfl_Ebe1u-itV0cQnXqbs289NdkHs7x_WQ0VwbcKhG_/s400/PuttenvrouwtjeJuliana.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5703342296804118850" /></a><br /><br /><br /><br />Met deze man ging Kievit op huisbezoek. In sommige straten moesten ze hun bezoeken huis aan huis afleggen. Ze kwamen ook bij een vrouw die haar man kort voor de oorlog had verloren, van wie één zoon ver weg was gegaan en van wie nog één zoon bij haar thuis woonde. Tijdens het bezoek sloeg zij plotseling het vloerkleed weg, liet een luik zien, en zei: ‘Hieronder zat mijn zoon verscholen. Ik heb hem er haast aan z’n haren moeten uittrekken. Ik heb hem gezegd: je moet je melden en doe het nu maar, want de Duitsers hebben gezegd dat ze het hele dorp platbranden en dan verbrand je hier levend. Hij is gegaan en ik heb hem nooit meer teruggezien. Het huis is niet afgebrand. Kunnen jullie zoiets begrijpen?’, riep ze. ‘Ik hoor haar nog schreeuwen’, zei Kievit dertig jaar later in het interview met <em>De Tijd</em>.<br />Ds. Kievit probeerde wat te zeggen maar de vrouw zei tegen hem: ‘Och man, je bent nog zo jong en je hebt niks meegemaakt.’ Schuitemaker had tot dan gezwegen, maar nu boog hij zich wat voorover en zei voor het eerst wat. ‘Vrouw, heb ik ook niks meegemaakt?’ ‘Ja Dirk’, zei ze, ‘jij bent ook een jongen kwijt.’ ‘Ja twee’, zei hij toen. ‘En hoeveel had je er?’ ‘Twee.’ ‘O Dirk’, zei ze, ‘dat is haast nog erger. Twee jongens en twee kwiet, kun je dat begriepen?’ Toen zei Schuitemaker: ‘God had één Jongen en Hij wilde Hem kwijt voor jou en voor mij, voor jouw en mijn kinderen. Kun je dat begrijpen?’ <br /><br />Schuitemaker kon dat zeggen, omdat hij zelf immers zijn twee zonen had verloren. Als Kievit het had gezegd, ‘had dat niets betekend’, zei hij zelf. Bovendien had hij zelf ‘aan zoiets natuurlijk ook veel steun’. ‘Ik ben dat antwoord nooit vergeten, want Schuitemaker richtte zomaar het kruis op in het midden van het gesprek, in het midden van de nood en in het midden van de zorg. En dat alleen het kruis van de Heere Jezus Christus troost en rust kan bieden. En die vrouw, die nog nooit had kunnen huilen, een jaar later nog niet, barstte in snikken uit en zei: “Daar heb ik niet aan gedacht”.’ Zoals uit het hierboven gegeven citaat van ds. Doornenbal bleek, gebruikte Kievit het beeld van een vader die zijn zoon moest afstaan zelf ook in de bevestigingsdienst van ds. C. Balke als zendingspredikant. ‘De Heere had er Zijn Zoon voor over. En Hij had er maar één. Vader Balke heeft er vijf. Hij heeft er één voor over, gelukkig, om de zaligheid Gods bekend te maken onder de heidenen. Maar God had er, in geheel eenige zin, Zijn eigen lieve Zoon voor over. En u weet wel wat dat gekost heeft. Daar kunnen wij ons geen voorstelling van maken’ (<em>Gods weg met de heidenen</em>, pp. 259-260; Doornenbal had zich dus één zoon verrekend).<br /><br />Voor het interview met <em>De Tijd </em>uit januari 1978 was een concrete aanleiding. De VARA had kort daarvoor een TV-documentaire over de gebeurtenissen van oktober 1944 uitgezonden (Putten op de Veluwe, het spoor terug naar de tragedie van 1944). Die documentaire was niet geheel onverdienstelijk, maar had een bedenkelijke leidraad: dat zoveel Puttenaren in de kampen om het leven waren gekomen, kwam door hun kerk en geloof. De gepredikte lijdzaamheid was een voedingsbodem van berusting en fatalisme geweest en had daarmee aan hun ondergang bijgedragen. Puttenaren geloofden dat alles was voorbeschikt, dat alles ging zoals het moest gaan en dat het daarom geen enkele zin had je tegen je lot te verzetten.<br /><br />De Puttenaren waren nogal ontstemd over de documentaire. Niet alleen omdat oude wonden werden opengereten, maar vooral vanwege de verkeerde voorstelling van zaken, die, dachten ze, vanuit een anti-kerkelijk vooroordeel moest zijn gegeven. Kievit riep tegenover deze beeldvorming in herinnering dat Putten zich in de oorlog alles behalve passief had opgesteld. Putten had vele onderduikers geherbergd, er waren hier wapendroppings vanuit Engeland geweest en Putten had meegewerkt aan vluchtlijnen voor Engelse vliegers. En van het ‘stomme lot’ had hij nooit gesproken. ‘Wanneer je ervan uitgaat dat het van God komt, kun je er tenminste nog iets mee doen, meer dan met dat stomme lot. Tot God kun je bidden, je kunt met Hem praten, je kunt Hem zoeken. Er blijft natuurlijk iets raadselachtigs in, Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Een ander kun je niet aanpraten dat zoiets van God komt maar het is natuurlijk wel een Bijbels gegeven. God slaat en God straft en dan worden veel mensen boos.’<br /><br />Hoezeer de houding van Kievit verschilde van het beeld dat in de documentaire werd geschetst, blijkt vooral uit de preken die hij in 1945 in Putten heeft gehouden, met name uit zijn intredepreek over Jesaja 61:2c (26 augustus 1945) en de twee preken over Job 5 die hij een jaar na de deportatie heeft uitgesproken (2 oktober 1945). In deze preken is geen spoor van valse lijdelijkheid. Het Evangelie is er niet om ‘alle noden en zorgen op de bodem van een weemoedig hart te laten liggen’. En de preken zijn al evenmin een filosofische poging om een theodicee (rechtvaardiging van het Godsbestuur) in elkaar te knutselen. ‘In het boek Job gaat het niet om de oplossing van een raadsel, doch om de onthulling van het Heilige.’ De preken zijn pastoraal en ontdekkend tegelijkertijd, en doen precies wat Schuitemaker deed in het gesprek met die weduwe: zij richten het kruis op in het midden van alle vragen, nood en zorg, en wijzen de weg naar de troost en rust in de Heere Jezus Christus.<br /><br />In de intredepreek stelde Kievit de vraag aan de orde waarom God hem naar het geteisterde, in leed en rouw gedompelde Putten had gezonden. ‘Wat trekt mij aan in u, wat beweegt de Heere tot u?’ Het was, met het woord uit Jesaja, om de treurigen te troosten. Maar helaas is onze troost vaak niet meer dan ‘een doek van ijdele woorden’ die over de put van de smart wordt gespreid, terwijl die smart daaronder nog even zwart blijft gapen. Onze troost is onmachtig, ‘een spiegelgevecht met de smart. Meer niet.’ Troosten kan daarom niet anders zijn dan de Knecht des Heeren, de Messias, die in deze wereld gezonden is om de treurigen te troosten, aan de gemeente voor te stellen.<br /><br />In de eerste preek over Job (hoofdstuk 5, vers 8-9) benadrukt Kievit dat God het was die Putten heeft bezocht. ‘Hij schreed door uw midden, onaantastbaar in majesteit, schrikkelijk in gerichten, omfloerst door donkerheid.’ Het komt erop aan onder dat ‘hoge bezoek’ te buigen, en dan niet alleen ‘onder God maar ook bij God’ te komen. ‘Wat gij opkropt, dat knauwt u voortdurend. Het geeft zulk een opluchting als ge er eens over praat. Welnu, praat er eens met de Heere over, zo raad ik u. Beter adres is er immers niet.’ De God van het Woord is niet de afgod van de stugge stilte waartegenover slechts stomme gelatenheid past.<br /><br />In de tweede preek over Job (hoofdstuk 5, vers 17-18) gaat het over het geluk van de mens die door God wordt bestraft. Want God doet smart en Hij verbindt, Hij doorwondt en Zijn handen helen. Niets is zo erg als wanneer God niet meer spreekt en Zijn hand aftrekt. Daar hebben we het wel naar gemaakt. Maar nu straft Hij nog om te behouden. God is geen zachte heelmeester, aldus Kievit. ‘Hij doet smart aan, Hij doorwondt. Ja, dat wordt niet verdoezeld, het is smartelijk. Wij worden niet slechts lichtelijk gekwetst, maar vreselijk doorkerfd, letterlijk verbrijzeld. Bloedig gaapt de wonde, uiteengereten is het hart, niets minder. De Almachtige is niet zachtzinnig, de smart vlijmt door de ziel. Hij hanteert het mes meesterlijk, zonder aarzeling. Een ruw handwerk, dat opereren? Ach nee, iedere hardvochtigheid is Hem vreemd. De Almachtige is Israëls Heelmeester. Het móet. Zijn hand beeft niet, maar Zijn hart trilt van ontferming. Hij, Hij doet smart aan en doorwondt, Hij de Heelmeester. Dat maakt het draaglijk, dat geeft kracht, dat geeft verwachting. Zijn kastijding is nooit ten dode, doch ten leven. Zij is nooit onverdiend of overbodig, zij is nooit zonder einde en zonder doel. Wie Hij onder handen neemt, zal Hij behandelen, en daarin willen wij Hem loven.’<br /><br />Deze enkele citaten laten duidelijk genoeg zien op welk een geestelijke en pastorale wijze ds. Kievit in die moeilijke periode gezouten woorden van heil en troost vanuit het Evangelie aan de rouwende Puttenaren heeft mogen spreken. Blijkbaar heeft deze prediking ook een helende uitwerking gehad, kracht geschonken aan de Puttenaren om door te gaan en hun leven te herpakken, hun identiteit te hervinden en te behouden. Enkele jaren later maakte een groep van Puttenaren een reis naar de plaats in Duitsland waar veel afgevoerde mannen om het leven waren gekomen. ‘Toen wij in 1950’, vertelde Kievit in De Tijd, ‘voor het eerst een reis naar het kamp in Duitsland maakten en in Ladelund een gezamenlijke kerkdienst hielden met de Luthers-Evangelische kerk, die veel had gedaan voor het begraven van de slachtoffers en voor de registratie van de namen, zeiden sommige Puttenaren tegen me: u moet niet het Onze Vader bidden, want vergeven kan ik niet. Maar ze groeiden er toch naar toe en toen kon het wel. Zeer velen vonden juist in die tijd veel steun in hun geloof in God. De meesten zijn ook behoorlijk door al dat leed heen gekomen, ook al door de grote saamhorigheid en burenhulp over en weer.’<br /><br /><br /><strong>Ieder jaar worden de gebeurtenissen uit oktober 1944 in Putten herdacht. De thema’s uit de preken die Kievit zijn bovendien tijdloos – het lijden en het mysterie van Gods beproevingen en kastijdingen. Er is dus altijd goede reden om hierop terug te zien. Maar er is nu een extra reden, en die is gelegen in de publicatie van een theologische scriptie over de preken van ds. Kievit uit 1945. Deze sciptie, geschreven door de heer M. G. M. Mudde, biedt niet alleen een nieuwe editie van de drie belangrijke preken van ds. Kievit (over Jesaja 61 en Job 5) maar ook een analyse van de inhoud en een toelichting van de historische omstandigheden. Het boekje, dat van harte kan worden aanbevolen, heeft inmiddels al zoveel aftrek gevonden dat een tweede druk in voorbereiding is, dit keer met een bijdrage van prof. dr. W. Balke, die een goede vriend van zowel Kievit sr. als Kievit jr. is geweest. Wie het boekje wil bestellen kan zich in verbinding stellen met de auteur via dit emailadres: mudde-kievit@solcon.nl.</strong><br /><br />N<em><strong>.a.v. M. G. M. Mudde, Een goede raad en een grote troost. Onderzoek naar de preken van ds. L. Kievit na de Puttense razzia (1945-1952).</strong></em><br /><br /><br />Dit artikel is eerder verschenen in het blad <a href="http://www.ecclesianet.nl/begin">Ecclesia</a>.Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-33531409345263602632012-01-23T07:03:00.004+01:002012-01-23T07:19:03.289+01:00Om de ziel van het kindVoorspellingen zijn altijd moeilijk, vooral vooraf. Wie had vroeg in 2002 kunnen denken dat ons land tien jaar lang in de ban zou raken van een ‘nieuwe politiek’ van rechtse populisten, die aanvankelijk werden weggelachen maar nu dan toch een blijvende positie in het Nederlandse parlement bemachtigd lijken te hebben? Ik kan me nog herinneren dat ik politieke journalisten tien jaar geleden in perscentrum Nieuwspoort weddenschappen zag afsluiten over de vraag wie de nieuwe premier zou worden: Dijkstal (VVD) of Melkert (PvdA). Korte tijd later waren ze definitief weg.<br /><br />De komende jaren zullen ongetwijfeld vooral in het teken van de economische crisis staan. Maar daarnaast is er een thema waarvan ik denk – als ik mij eens aan een voorspelling mag wagen – dat het in de komende tijd een belangrijke rol gaat spelen in de maatschappelijke en politieke discussies in Nederland. En dat is het kind.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEh4FYhhzWdD5Fdllm-LBxWvxJIhJGFvikuULq-RDrkOPeJaDGOCdaIy9f0zxXAlAeE7hKzSwqaPobFAr-4oZp6pdDL9jEDmAGM9Bipk2nIUONIt242pLXguUc5BlbU_htoVLCn_0tNmYH3I/s1600/kindopschool.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 276px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEh4FYhhzWdD5Fdllm-LBxWvxJIhJGFvikuULq-RDrkOPeJaDGOCdaIy9f0zxXAlAeE7hKzSwqaPobFAr-4oZp6pdDL9jEDmAGM9Bipk2nIUONIt242pLXguUc5BlbU_htoVLCn_0tNmYH3I/s400/kindopschool.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5700705973199496002" /></a><br /><br /><br />Een eerste teken was de prille discussie, vorig jaar voorjaar en zomer, over de rituele slacht en de besnijdenis. Eerst verscheen er een wat wild opiniestuk in <em>de Volkskrant</em>, geschreven door een voormalig fractiemedewerker van de VVD. De teneur van dat artikel was dat we nu eindelijk het barbaarse ritueel van de onverdoofde slacht hadden afgeschaft (dachten we toen nog) en dat we dan nu maar gelijk moesten doorpakken en de barbarij van de jongensbesnijdenis moesten verbieden.<br /><br />Opmerkelijk genoeg kreeg dat stuk een vervolg in een opinieartikel van het artsengenootschap KNMG in <em>Trouw</em>, waarin eveneens de afschaffing van de jongensbesnijdenis werd <a href="http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/2906400/2011/09/14/Tijd-om-het-besnijden-van-jongens-de-wereld-uit-te-helpen.dhtml">bepleit</a>. Het opmerkelijkst was de <a href="http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/archief/article/detail/2920767/2011/09/21/Dan-ook-de-doop-maar-verbieden.dhtml">argumentatie</a>. Het verbod moet er niet alleen komen omdat besnijdenis een vreselijke fysieke verminking is, maar ook omdat die in strijd is met de rechten van het kind (zoals vastgelegd in het kinderrechtenverdrag van de VN). Wie heeft het recht, welke vader of moeder, welke kerk heeft het recht om een kind vanaf de geboorte een identiteit op te leggen die dat kind levenslang met zich meedraagt en waarvoor het zelf niet heeft gekozen? (Uit een recent artikel in de <em>Jerusalem Post </em> wordt duidelijk dat leden van de Knesseth zich zorgen maken over de dreigende verboden op de rituele slacht en de besnijdenis in Europa).<br /><br />De kwestie wat volwassenen met kinderen kunnen uitvreten en ze kunnen aandoen, heeft natuurlijk een gruwelijke urgentie gekregen door de weerzinwekkende smeerpijperij in sommige delen van de Rooms-Katholieke Kerk. Hoe kwetsbaar zijn kinderen! Waar zijn zij eigenlijk nog veilig?<br /><br />In een vraaggesprek met Antoine Bodar, eind vorige maand uitgezonden, vertelde tv-presentator Paul Witteman waarom hij afscheid van zijn roomse jeugd heeft genomen. Op een gegeven moment maakte Witteman zich boos over dingen die in de naam van God in de dagelijkse praktijk gebeuren. Bodar dacht toen dat hij het over het seksueel misbruik had. Maar nee, zei Witteman, ‘ik bedoel dat kinderen vanaf hun zesde jaar worden volgestampt met ideeën, met de catechismus. We weten allemaal hoe dat later doorwerkt. Juist op die jonge leeftijd word je volgestampt met ideeën over God. Met plaatjes van een mooie man met lange haren of een heel lieve Maria die als moeder is afgebeeld. In mijn ogen krijg je dan een heel verwrongen beeld van hoe het leven, hoe de onderlinge menselijke verhoudingen in elkaar zitten. Daar heb ik later last van gehad. Ik vind dat je moet oppassen met kinderen, ze moeten zich in vrijheid kunnen ontwikkelen.’<br /><br />Vergis ik mij of is dit een manier van denken, denken vanuit het recht van het kind op de keuze voor een eigen identiteit, die de komende jaren steeds meer zal worden ingebracht tegen de vrijheid van de religieuze opvoeding? Komt er een conflict om de ziel van het kind?<br /><br />In een liberale opvoeding kies je zelf en kies je voor jezelf. Je hoeft nergens dankbaar voor te zijn en je nergens voor te schamen. In een christelijke opvoeding gaat het om de ziel van het kind dat tot het kwade geneigd is en dus moet leren dat er wel heel veel is om dankbaar voor te zijn en ook heel veel om je voor te schamen. De opvoeding is er om de ziel in te wijden in de liefde tot God, karakter en geweten te vormen, gematigdheid, wijsheid, zelfbeheersing bij te brengen.<br /><br />In de christelijke traditie is hier prachtig over geschreven, door fijnzinnige geesten als F. W. Foerster en W. Aalders bijvoorbeeld. Maar hoe overtuigend is dat verhaal in een situatie waarin liberalen zich sterk maken voor de rechten van het kind tegenover een kerk die kinderzielen heeft verwoest?<br /><br />(Deze column stond vrijdag 13 januari j.l. in het <em>Nederlands Dagblad</em>)<a href="http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/archief/article/detail/2920767/2011/09/21/Dan-ook-de-doop-maar-verbieden.dhtml"></a>Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-64124831608674535092011-12-27T19:45:00.003+01:002011-12-27T20:38:23.483+01:00Kerstfeest met het CDA in Rotterdam<strong>Vorige week bezocht ik een Kerstbijeenkomst van het CDA in Rotterdam. Hierbij het verslag dat ik schreef voor de website van Binnenlands Bestuur:</strong><br /><br /><br /><br />Het ontbrak er nog maar aan dat er sneeuw lag, maar verder was de idylle bijna compleet: een haventje met grachtenpanden die in de donkere avond heel gedistingeerd pittoresk stonden te wezen, en een oude, monumentale kerk waarvandaan de Pilgrim Fathers in 1620 naar Amerika vluchtten. Deze avond is de Pelgrimvaderskerk in Delfshaven gehuurd door het CDA Rotterdam voor een kerstviering.<br /><br />Een oud-klasgenoot had er mij op geattendeerd. Na vele jaren hadden we samen geluncht en dierbare herinneringen opgehaald, en op de terugweg realiseerde ik mij dat ik dan toch echt met een heuse ARP’er had zitten eten. Afkomstig uit de Alblasserwaard van Aantjes, houdt hij in een mooi pak met manchetknopen als advocaat kantoor in het Groothandelsgebouw aan het Stationsplein, en spuwt hij zijn soep bijna uit wanneer de naam van Maxime Verhagen valt.<br /><br />Zijn Rotterdamse CDA had de afgelopen jaren Iftarmaaltijden georganiseerd om de islamitische, vooral Turkse bewoners van de stad aan de partij te binden. Muzafter Cetin stond vijfde op de lijst maar is toch met voorkeurstemmen in de driemansfractie aan de Coolsingel gekozen. De sociaaldemocratische burgemeester Aboutaleb had de CDA’ers voor de vuist weg geattendeerd op de mogelijkheid om als christelijke partij niet alleen islamitische feesten te eren, maar bijvoorbeeld ook eens een Kerstbijeenkomst te beleggen. Ach ja, nu hij het had gezegd. De viering was vervolgens georganiseerd en ik was van harte welkom.<br /><br />Het CDA in Rotterdam wil dus niet alleen openheid naar de (beoogde) islamitische achterban laten zien door Iftarmaaltijden te organiseren, maar ook de omgekeerde weg bewandelen: moslims uit Rotterdam uitnodigen om de traditie waaruit de christendemocratie is voortgekomen, de traditie van het christelijk geloof, te leren kennen.<br /><br />De kerk was vol, dinsdagavond, en iedereen blij. Er was een kinderkoor dat vrolijke liedjes zong en een indrukwekkende gospelzangeres die een spetterende vertolking van <em>Go tell it on the mountain </em>ten beste gaf. De tekst werd al zingend enigszins aangepast: het was vooral de boodschap van het CDA die moest gaan schijnen, en wel ‘in your neighbourhood’.<br /><br />Die boodschap van het CDA moet algemeen religieus begrepen worden. Het kerstverhaal staat niet alleen in de Bijbel maar ook in de Koran, speecht wethouder Hugo de Jonge. De kracht van dat verhaal schuilt in de boodschap van hoop en omzien naar elkaar, tegenover een helaas ook krachtig en aanstekelijk verhaal van cynisme en onverschilligheid dat zowel in Den Haag als aan de Coolsingel velen in zijn greep heeft. Maar met Obama moeten wij zeggen dat we are the ones we have been waiting for, om zo de boodschap van Kerst met elkaar waar te maken.<br /><br />De vice-voorzitter van de partij, Leen La Rivière brengt hetzelfde verhaal. Kerst is het verhaal voor herders, dat wil zeggen voor maatschappelijk uitgestotenen. Het Kerstkind is geboren in een stal, als goddelijke handreiking aan de minder bedeelden die ook nu nog karig behuisd zijn. De drie wijzen vertegenwoordigen alle culturen op aarde. En als kind al moest Jezus met Zijn ouders naar Egypte vluchten, om ons daarmee te leren dat wij vluchtelingen moeten helpen. De boodschap is er dus één van vrede voor mensen die van goede wil zijn, en dat zijn wij toch, zo vraagt Leen de schare. En ze zijn het. Gospelzangeres Joany Muskiet hoeft de aanwezigen nauwelijks aan te moedigen om te gaan staan en haar klappend en heupwiegend te begeleiden.<br /><br />Je kunt je niet goed voorstellen dat veel Rotterdamse CDA’ers een jaar geleden voor het gedoogakkoord met de PVV hebben gestemd.<br /><br />De religieuze boodschap is bewust gekozen, vertelt fractievoorzitter Wubbo Tempel. Voorzitster Monique Vogelaar had het nog voorzichtig over de grondslag van christelijke waarden en normen en de zoektocht naar trefpunten met andere geloven en culturen. Maar Tempel benadrukt dat alle schroom deze avond afgegooid is en dat het CDA zich bewust wil profileren als een religieuze partij. Anders dan de broeders en zusters in Den Haag, waar wethouder Karsten Klein een gewetensbezwaarde ambtenaar heeft ontslagen. Het CDA Rotterdam heeft landelijke acties ten gunste van de rituele slacht ondersteund en vorige week nog het boek God in de stad aan burgemeester en wethouders en collega-raadsleden aangeboden. Want mensen vragen om identiteit, en het CDA wil die duidelijkheid op dit punt geven, zegt Tempel.<br /><br />Het was een mooie, vreugdevolle avond, maar wie om zich heen keek zag vooral autochtone Rotterdammers en mensen afkomstig uit migrantenkerken. Onder de paar honderd aanwezigen waren er zeker niet meer dan vijf moslims. <br /><br />Je zou er bijna cynisch van worden, als je dat durfde net na de speech van Hugo de Jonge. Een partij die door een PvdA-burgemeester van Marokkaansen huize aan haar wortels moet worden herinnerd strekt haar handen uit naar een geloofsgemeenschap die daar blijkbaar helemaal niet op zit te wachten.<br /><br />Tempel stelt het zelf teleurgesteld vast. Het CDA wil een brug zijn, maar zij komen er niet overheen. De deceptie is begrijpelijk. Vooral omdat je je niet kunt voorstellen hoe het CDA zich in een alles behalve pittoresk Rotterdam als volkspartij kan handhaven zonder voor deze weg van algemene religiositeit te kiezen.Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-3231608077068520232011-11-02T11:07:00.007+01:002011-11-02T11:22:29.658+01:00Derde bijeenkomst Christelijk Conservatief Beraad<strong>Op zaterdag 19 november a.s. belegt het Christelijk Conservatief Beraad zijn derde bijeenkomst, in de voormalige synagoge in het centrum van Gouda, met Gerrit Holdijk als hoofdspreker en een sessie over onderwijs als vorming.</strong><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi-TxriEjbQGFHX32cQbtY2CGXgUO0422xpBMfXfJEd6gNBEiqbiLQdP1xZ57XC7VdLkQ6L2dVWGPvBSV8VyqqYhoSgl9Eg-81uEIWhqiaAHHrqpe7ZM1MRkhL44yJ2kqyyIRvs3tr6mnR3/s1600/gerritholdijkendepers.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 226px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi-TxriEjbQGFHX32cQbtY2CGXgUO0422xpBMfXfJEd6gNBEiqbiLQdP1xZ57XC7VdLkQ6L2dVWGPvBSV8VyqqYhoSgl9Eg-81uEIWhqiaAHHrqpe7ZM1MRkhL44yJ2kqyyIRvs3tr6mnR3/s400/gerritholdijkendepers.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5670340206272576626" /></a><br /><br /><br /><br />Hij is misschien wel de meest invloedrijke politicus van Nederland, mr. Gerrit Holdijk van de SGP. Zijn stem bepaalt immers of voorstellen van dit minderheidskabinet door de Eerste Kamer komen en uiteindelijk dus kracht van wet krijgen. Maar wie is hij eigenlijk, deze bedaarde, erudiete en eigenzinnige pijproker uit Uddel, die al enkele decennia op en rond het Binnenhof rondloopt zonder dat veel mensen hem hebben leren kennen? En hoe denkt hij precies, wat zijn zijn opvattingen en waardoor wordt hij geïnspireerd?<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjTLNuNlEA0gOtDEikzBcl5jDOkmtJYGRrKP_1SIw492vLAMpb7OSixLsHbwLn2snWsLjMtRypGO1J_Yfk779mgU8VVXEO5VYR7w0UjuSVAv_z5f9jvV4bmQiL0oqh6wOJZ1HWcOnjqnU7F/s1600/gerritholdijkinuddel.png"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 266px; height: 190px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjTLNuNlEA0gOtDEikzBcl5jDOkmtJYGRrKP_1SIw492vLAMpb7OSixLsHbwLn2snWsLjMtRypGO1J_Yfk779mgU8VVXEO5VYR7w0UjuSVAv_z5f9jvV4bmQiL0oqh6wOJZ1HWcOnjqnU7F/s400/gerritholdijkinuddel.png" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5670339826165081586" /></a><br /><br /><br />Het Christelijk Conservatief Beraad is er trots op dat Gerrit Holdijk op DV zaterdag 19 november a.s. de hoofdspreker op onze derde bijeenkomst wil zijn en zijn visie op politiek, recht en samenleving zal ontvouwen. Holdijk, die recent heeft gezegd dat hij zich het meest thuis voelt in de wereld van het christelijk conservatisme, zal spreken over het conservatisme, en daarbij vooral ingaan op de relatie tot het cultuurrecht.<br /><br /><br />Na de hoofdlezing van Holdijk is er een sessie over een onderwerp dat voor conservatieven van het grootste belang is. Conservatisme gaat over het culturele en morele fundament van de samenleving. Dat fundament bestaat uit waarden en deugden, die mensen door opvoeding en onderwijs worden bijgebracht. Onderwijs is dus niet zozeer het bijbrengen van kennis en vaardigheden, maar vorming. Maar wat bedoelen we nu precies wanneer we dat zeggen? Waarin bestaat die vorming, en hoe geef je daar gestalte aan in de onderwijspraktijk van alledag? Drie sprekers, mensen van de theorie en van de praktijk, zullen dit onderwerp behandelen: Ewald MacKay (Driestar), Henk Dijkgraaf (Universiteit Twente) en Richard Toes (Wartburg College).<br /><br />We nodigen iedereen van harte uit deze gevarieerde bijeenkomst met ons mee te maken.<br /><br /><strong>Wat?</strong> Derde bijeenkomst Christelijk Conservatief Beraad, met lezing van Gerrit Holdijk (SGP) en sessie over onderwijs als vorming<br /><strong>Wanneer?</strong> Zaterdag 19 november 2011, ’s morgens vanaf 10.00 uur tot ca. 15.00 uur<br /><strong>Waar?</strong> Gouda, Turfmarkt 23-25 (voormalige synagoge)<br /><strong>Aanmelden</strong> christelijkconservatief@gmail.comRedacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-67354410147561776572011-10-24T20:40:00.006+01:002011-10-24T20:51:06.363+01:00Voetbal, vis en volle kerken<strong>In het gemeentehuis van Katwijk is op 10 oktober j.l. het nieuwste boek van de historicus A. Th. van Deursen (1931) gepresenteerd. Dat boek behandelt de geschiedenis van Katwijk in de periode 1940-2005 en is getiteld: <em>In Katwijk is alles anders: een christelijk dorp ontmoet de wereld, 1940-2005</em>. Hieronder volgt de iets uitgebreide toespraak die B. J. Spruyt bij deze gelegenheid heeft gehouden. Deze toespraak is <a href="http://www.ecclesianet.nl/?page=17677817">eerder gepubliceerd </a>in het tweewekelijkse blad <em>Ecclesia</em>, het orgaan van de Vrienden van Kohlbrugge.</strong><br /><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi7ia9bUYWkyMqjDzUHVZ_Hsu4j5_OmtJrTS9IyzAByYAtSjRRqIyUIHUlFNBvjmJHe5gO6VDltMzYJr4_wUDlF5LwaImqHyzvVgZ43CL5VLxoMPuvOGjH0JFCy5s1djfvT8iyq-EPb_UiA/s1600/Katwijk.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 275px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi7ia9bUYWkyMqjDzUHVZ_Hsu4j5_OmtJrTS9IyzAByYAtSjRRqIyUIHUlFNBvjmJHe5gO6VDltMzYJr4_wUDlF5LwaImqHyzvVgZ43CL5VLxoMPuvOGjH0JFCy5s1djfvT8iyq-EPb_UiA/s400/Katwijk.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5667147132056535474" /></a><br /><br /><br />Professor Van Deursen is een internationaal gerenommeerd specialist op het gebied van de Nederlandse geschiedenis in de zestiende en zeventiende eeuw. Bij zijn naam denken we aan de Republiek en de Gereformeerde Kerk, aan bavianen, slijkgeuzen en stadhouders, aan het Binnenhof en aan Graft, aan de generaliteitskamer en de raad van State, aan mensen van klein vermogen en aan grote mannen als de Zwijger, Maurits en Michiel de Ruyter. Alhoewel zijn proefschrift over de Hugenoten in het Frankrijk van na de herroeping van het Edict van Nantes (1685) ging, heeft Van Deursen zich in zijn professionele leven aan maar één grote uitstap buiten het Nederland van de zestiende en zeventiende eeuw gewaagd: een geschiedenis van zijn Vrije Universiteit. En nu ligt er dit boek over de geschiedenis van Katwijk in de periode 1940-2005, vanaf het begin van de Tweede Wereldoorlog tot de vereniging met Rijnsburg en Valkenburg. Synodale acta en Algemeen Rijksarchief hebben in de noten plaats gemaakt voor het gemeentearchief en de Katwijkse Post.<br /><br />We mogen dankbaar zijn dat dit boek er is. Het boek is in een aantal opzichten <em>vintage</em> Van Deursen, een Van Deursen op zijn best. Dat betreft in de eerste plaats de methode, het vakmatige en ambachtelijke: het verzamelen van een hoop losse gegevens, het aanbrengen daarna van structuur en samenhang, met als resultaat een beeld dat voorheen niet bestond.<br /><br />Dat betreft ook de stijl, die dunne, bijna laconieke, korte zinnen die op de bladspiegel liggen te knisperen. Misschien geeft die stijl in dit boek wel meer dan in eerdere boeken uiting aan een onbekommerde vrolijkheid. Dat heeft ongetwijfeld met het onderwerp te maken. Van Deursen heeft eens gezegd dat hij best in het zeventiende-eeuwse Graft had willen wonen. In Katwijk is hij in 2006 komen wonen, en dat is hem ongetwijfeld goed bevallen. Dit dorp moet voor Van Deursen immers een ideale samenleving zijn, met toeristen die op regenachtige dagen bij de VVV kwamen vragen waar ze een sjoelbak konden lenen, en een zwembad dat zondags maar een paar uur open is om de kerken niet lastig te vallen.<br /><br />Misschien dat die vereenzelviging ook de reden is waarom Van Deursen zich in dit boek meer persoonlijke ontboezemingen laat ontvallen dan voorheen. Als je in het buitenland een kerkdienst bezoekt, profiteer je daarvan het meest door mee te zingen, adviseert Van Deursen. We weten nu ook dat hij in de jaren zestig in Voorschoten woonde en dat daar in de kelder onder de gereformeerde kerk een danslokaal werd ingericht, en de manier waarop hij daarover schrijft doet ons niet vermoeden dat die vernieuwing zijn instemming had. Als hij over het cabaret in de grote zaal van Tripodia schrijft, voegt hij daaraan toe dat het hem moeite kost een rolverdeling weer te geven die hij niet anders dan als godslasterlijk kan beoordelen. Dat het Katwijkse dialect dreigt uit te sterven, vindt hij jammer. Hij verhaalt hoe hij met vijf Katwijkse mannen koffie drinkt en hoe zij hun interpretatie van het nieuws in de woorden van een christelijk lied gieten. En hij schrijft dat hij in dit raadhuis eens de woorden opving dat een huwelijk de afsluiting van acht jaar verkering was, en dat die bijna ontroerende woorden hem altijd zijn bijgebleven.<br /><br />Dit boek is ook een Van Deursen op zijn best omdat het wordt doorgloeid door de liefde: liefde tot een geloof en een cultuur, en liefde tot mensen die onze nabije of verre, nog levende of al gestorven naasten zijn en aan wie dus recht moet worden gedaan. Het oeuvre van Van Deursen is het oeuvre van het liefdegebod. Aan dat gebod mat hij ook het werk van anderen af. Toen de Utrechtse germanist Jeroen Koch in 2006 een biografie over Abraham Kuyper publiceerde, schreef Van Deursen een vernietigende recensie van dat boek, dat hij typeerde als ‘een libertijns pamflet’. Het boek was mislukt omdat de auteur niet werkelijk tot zijn onderwerp was doorgedrongen en erop uit was geweest anderen expres te kwetsen. Zo’n boek kunnen we gevoeglijk ongelezen laten.<br /><br />Valt er dan niets te zeuren over dit boek van Van Deursen? Jazeker, in het notenapparaat worden twee afkortingen gebruikt die niet in de lijst van afkortingen worden verklaard. Maar daar staat weer tegenover dat een foto van Maribel aan de Boulevard als het ware ter compensatie twee keer is afgedrukt.<br /><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEga9VEaJdlQDU0xI2R7XeNApC3gbuWdxiUodN8JF6G9ON4fxLBjbL7jZIxgyUPimVu746xglQOie0wWRYUc9Mvg55o9BsSRz3WYGxJs6lZok7fsCRIHkBL9RzeyChVO-poAz7X5b6MpkQNk/s1600/VanDeursen.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 267px; height: 400px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEga9VEaJdlQDU0xI2R7XeNApC3gbuWdxiUodN8JF6G9ON4fxLBjbL7jZIxgyUPimVu746xglQOie0wWRYUc9Mvg55o9BsSRz3WYGxJs6lZok7fsCRIHkBL9RzeyChVO-poAz7X5b6MpkQNk/s400/VanDeursen.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5667147390053587890" /></a><br /><br /><br /><br /><br />Katwijk, dat is het dorp van voetbal, vis en volle kerken, zoals de plaatselijke arts J. H. ten Hove eens opmerkte. Vis, dat is hard werken en economische groei, de ontwikkeling van Katwijk van een wandeldorp tot een fietsdorp en tot een dorp met auto’s en snelle wegen. Die volle kerken waren vooral hervormde kerken en stonden garant voor een lange politieke dominantie van de CHU. De hervormden vielen uiteen in confessionelen en Gereformeerde Bonders en die maakten ruzie met elkaar, zozeer zelfs dat zij zich wel eens hebben afgevraagd of zij na afloop van een vergadering nog wel samen een dankgebed konden uitspreken. Die toestand heeft bestaan tot de komst in 1960 van ds. W. L. Tukker, die misschien wel de bisschop van de Hervormde kerk zou zijn geweest als die kerk een episcopale structuur had gehad. Nadat hij voor het eerst een vergadering van de kerkenraad had bijgewoond, kon hij al danken voor ‘de prettige sfeer en goede harmonie’. De komst van Tukker leidde ook tot groei van de SGP, die nog werd versterkt door het ontstaan van het CDA waarin de CHU minder goed zichtbaar werd. Aan de confessionele meerderheid deed dit natuurlijk geen afbreuk, en uit Van Deursens verhaal wordt vooral duidelijk hoe het CDA als verantwoordelijke middenpartij tussen SGP en VVV door gelaveerd heeft om alle vernieuwingen en ontwikkelingen in goede banen te leiden.<br /><br />Vis en geloof, dat zijn zaken die we in een boek van Van Deursen verwachten. Maar hier verzeilen we ook, en dat is toch nieuw, in de sfeer van de jongensboeken van J. B. Schuil over <em>Katjangs</em> en <em>A.F.C.’ers</em>, wanneer Van Deursen drie pagina’s lang uitweidt over de ongekende prestaties van een zekere, nog heel jonge ‘Dicky Kuyt’ van de E1 van Quick Boys, die hun wedstrijden eind jaren tachtig ineens met een doelpunt of tien verschil begon te winnen. Kuijt verliet Katwijk voor grote profclubs en het Nederlands Elftal maar kwam terug om zijn huwelijk met Gertrude van Vuuren door ds. P. J. Stam te laten bevestigen.<br /><br />Echt Van Deursen is tot slot de centrale vraag die hij in zijn boek aan de orde stelt. Hij beschrijft hoe een christelijk dorp de wereld ontmoet heeft, en vraagt zich af hoe christelijk Katwijk zal blijven nu het oude isolement doorbroken is, de secularisatie binnenkruipt, en vooral: nu die omringende wereld zich steeds nadrukkelijker met het leven in Katwijk zal bemoeien. Dat is onder de kabinetten Kok al begonnen, toen ook Katwijk een naaktstrand en bordeel moest toestaan. ‘Het werd Katwijk niet vergund een christelijke enclave te vormen op het grondgebied van een heidense natie’, stelt Van Deursen vast.<br /><br />Katwijk heeft altijd een christelijke meerderheid gehad die met zijn minderheden zo goed mogelijk heeft willen omgaan – zoals ook Van Deursen zelf in zijn boek beide partijen aan bod heeft willen laten komen. Een rechtstaat is er immers om het zwakke tegen het sterke te beschermen. Nu de geestelijke vrijheid in Nederland steeds meer in het geding is, dat wil zeggen: nu een traditionele, door christelijke waarden gedragen tolerantie steeds meer moet inschikken voor de opgelegde uniformiteit van een seculiere gelijkheidsideologie, nu zullen de kerken, scholen en verenigingen in Katwijk steeds meer met Den Haag te maken krijgen. Er is op het Katwijkse gemeentehuis altijd één ambtenaar beschikbaar om een homohuwelijk te sluiten, en daarmee voldoet Katwijk aan de wet. Maar het is natuurlijk de vraag of dat voor een nieuwe paarse meerderheid genoeg zal zijn.<br /><br />Van Deursen besluit zijn boek optimistisch: in Katwijk is niet meer alles anders, maar veel is toch anders gebleven. En zolang de Katwijkse gelovigen elke zondag op meer dan twintig plaatsen samenkomen, zal er zeker iets en misschien wel heel veel van het oude bewaard worden. Het boek van Van Deursen is dus de grote anti-Geert Mak. Geert Mak publiceerde in 1996 het boek Hoe God verdween uit Jorwerd, een boek over de modernisering van een dorp en de teloorgang van het christelijk geloof. Ik denk dat Van Deursen de titel van diens boek over Jorwerd waaruit God verdwenen zou zijn, al blasfemisch zal vinden. God verdwijnt niet, het is hooguit zo dat mensen Zijn aanwezigheid niet meer of steeds minder erkennen. In Katwijk gebeurt dat niet. Van Deursen heeft een boek geschreven over Hoe God in Katwijk aanwezig blijft.<br />Daar is veel geestverwantschap voor nodig. Van Deursen kent die gave in grote mate, al is hij van huis uit niet hervormd (al kerkt hij tegenwoordig wel hervormd) maar gereformeerd. Dat milieu was leergierig en ambitieus. De moeder van Van Deursen kwam uit een afgescheiden milieu in Friesland en bezocht alleen de lagere school. Maar toen de achtjarige Van Deursen haar eens vroeg of er nog keizers in de wereld waren, gaf ze onmiddellijk als antwoord: ‘Je hebt de keizer van Japan, de keizer van China is afgezet maar regeert nog over Mantsjoekwo, en de koning van Engeland voert de titel van keizer van India’. Hij vond dat toen vanzelfsprekend, maar later vervulde het hem met respect.<br /><br />Nu is Van Deursen geen acht maar tachtig en ernstig ziek. Wat er dan nog valt te zeggen is door Van Deursen zelf gezegd in het interview uit 2006 waarin hij ook over zijn moeder vertelde. Gevraagd naar zijn geloof antwoordde hij: ‘Een kleine twee jaar geleden merkte ik dat ik er met mijn gezondheid niet zo goed aan toe was. Dan denk je: Ik ben op jaren gekomen, en moet nu het einde onder ogen zien, maar kan ik dat wel? Toen dacht ik aan Paulus’ brief aan de Filippensen: Ik verlang heen te gaan en met Christus te zijn, want dat is verreweg het beste. Dat kon ik hem nazeggen, en dat zeg ik nog, als het er echt op aankomt.’Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-72718013538193347742011-10-15T11:50:00.005+01:002011-10-15T11:57:50.704+01:00Het kleine belang van de eigen kleine kring<strong>Onderstaande column stond gisteren in het Nederlands Dagblad, en is geschreven n.a.v. het 40-jarig bestaan van het Reformatorisch Dagblad.</strong><br /><br /><br />Het <em>Reformatorisch Dagblad </em>bestaat 40 jaar. Dat is natuurlijk een felicitatie waard, zeker van mij, voor wie het RD altijd meer dan een krant is geweest. Halverwege de jaren zeventig bezorgde ik de krant, in Boskoop, zo’n veertig stuks waarvoor dagelijks meer dan 10 kilometer moest worden gefietst. Het was toen al een klein hoopje, zogezegd. Erg kerks was het hervormde gezin waarin ik ben opgegroeid toentertijd niet, maar het verhaal in de Kerstbijlage van 1975 maakte zo’n diepe indruk op ons dat we daarna zijn gaan kerken in het naburige Waddinxveen, bij ds. W. Verboom, die later heel beroemd zou worden. Dit is echt gebeurd. Er zijn zelfs onlangs foto’s teruggevonden van de Kerstavond met moeder en kinderen en grootouders rond de krantenbijlage.<br /><br />Later heb ik bij het RD gewerkt, zeven jaar lang als politiek redacteur. Tussen die Kerst en mijn indiensttreding waren inmiddels 20 jaar verstreken. Halverwege die periode was het proefschrift van C. S. L. Janse verschenen, de toenmalige hoofdredacteur van de krant. Dat boek (<em>Bewaar het pand</em>) heeft mij altijd droevig gestemd. In de eerste plaats omdat het verschijnen alleen al van dat boek mij een keerpunt leek: een moment in een emancipatieproces dat iedereen eigenlijk met zorg moest vervullen (dankzij dr. W. Aalders kenden we immers het boekje <em>In heilige roeping</em> van ds. J. C. Sikkel over de kwalijke gevolgen van de emancipatie in gereformeerde kring), maar niemand daadwerkelijk enige zorgen baarde. Er was eerder sprake van een soort trots, omdat we nu ook met mes en vork konden eten en geen boeren en vissers meer waren maar ict’ers en accountants in mooie auto’s.<br /><br />In de tweede plaats omdat het boek een sociologisch proefschrift was waardoor het geloof van een bepaalde gemeenschap in uiterlijke kenmerken werd vastgelegd. Je had een groep, die gedroeg zich op een bepaalde manier, en had bepaalde eigenschappen. Zolang ze die eigenschappen behielden en zich op een bepaalde manier zouden blijven gedragen zouden zij als groep kunnen blijven bestaan. Niet assimileren maar persisteren. Het RD heeft zich sindsdien opgeworpen als de waarschuwende hoedster die een groep mensen bij een bepaalde levensstijl en bij bepaalde waarden heeft willen behouden.<br /><br />Deze manier van denken is nu, wat mij betreft, geculmineerd in de uitspraken die belangrijke vertegenwoordigers van het RD onlangs in deze krant (van 1 oktober 2011) hebben gedaan. De mensen in Apeldoorn zijn er niet gerust op. De binding met de reformatorische zuil – de wereld van RD, SGP en Gereformeerde Gemeenten, van familiebladen en Banierboeken, Wegwijsbeurzen en Kliksafe – wordt langzaam maar zeker minder. Wat doe je in zo’n geval? Je kiest voor de sociologische oplossing. Mensen, weten directeur Bart Visser en de huidige hoofdredacteur Wim Kranendonk, willen nu eenmaal graag ergens bij horen. En dus gaat de Erdee Media Groep dingen bieden waar mensen bij willen horen. Het gaat om de groep. Het voortbestaan van de groep is het doel. Maar waarom eigenlijk? Dat antwoord weten ze in Apeldoorn niet meer te geven.<br /><br />Ik vind deze reformatorische strategie schokkend. De eerste fout die hier wordt gemaakt, is duidelijk. Binnen een zuil wordt het geloof niet het doel op zich maar een middel om een ander doel te realiseren. Het geloof wordt een functie in een sociologisch proces, een functie om iets anders in stand te houden, een maatschappelijke positie en de posities daarbinnen. Wanneer die positie desondanks verdwijnt, verliest ook het geloof zijn functie, en zal het kaartenhuis binnen korte tijd imploderen. Het geloof is alleen maar artificieel beschermd en nooit versterkt.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhLchB_46HD2vW7VUwWxfvAkvvqZHeZERIjuLaU9PTRqqO6hbQbyCMBfGea0IgoTRcb_cbwJBNS434JwKI0abENOunu0mT_GP5gA-C22_mUtrk6bKBF7kcUpHcVNJ5p0cs1-fG1MQQqZmGd/s1600/guido.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 300px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhLchB_46HD2vW7VUwWxfvAkvvqZHeZERIjuLaU9PTRqqO6hbQbyCMBfGea0IgoTRcb_cbwJBNS434JwKI0abENOunu0mT_GP5gA-C22_mUtrk6bKBF7kcUpHcVNJ5p0cs1-fG1MQQqZmGd/s400/guido.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5663670861608646370" /></a><br /><br /><br />Bovendien is het – dat erken ik ook volmondig – weliswaar van het grootste belang om christelijke instituties te koesteren, te beschermen en te versterken, maar het doel moet daarbij in het oog worden gehouden. De reformatorische wereld is mij lief. Ik heb drie jaar reformatorisch onderwijs genoten en die hebben mij meer dan wat ook gevormd. Ik kerk er, ik geef er les, ik hoor er. Maar het doel van al die instituties – kerken, scholen, verenigingen – is het vormen van een bedding waarin een traditie wordt geërfd en doorgegeven en waarin het Koninkrijk Gods zich vormt en uitbreidt. Het gaat om een bedding waarin individuele gelovigen de diepte en breedte van de eigen traditie zo kunnen verinnerlijken dat zij voor elkaar en voor de samenleving levende en leesbare brieven van Christus zijn. Voor heel de kerk en heel het volk, niet alleen voor het kleine eigenbelang van de eigen groep.Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-26666245052247089432011-09-12T18:35:00.006+01:002011-09-12T18:50:36.408+01:00Frits Bolkestein, intellectuelen en de politiek<strong>Frits Bolkestein heeft vorige week zijn boek <em>De intellectuele verleiding </em>gepubliceerd en in de Amsterdamse Rode Hoed de derde H. J. Schoolezing uitgesproken. Behalve mijn column in <em>Elsevier</em> schreef ik twee stukken over Bolkestein in het <em>Nederlands Dagblad</em>. Hieronder volgen de tekst van de boekrecensie en van de column over Bolkesteins optimisme.</strong><br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjxXKs_cVGEYaMlQGxSqoR4lAFLgRp1zeSYHhzZ1rpdCQTvwbZvDIawFueISsP5PMciwT2QtJRwGgpciwMD6Bi4RmRrwBChPEeVGB6nXo32JlmfOTvhxzsahU1mi8EY8FeS2B7TA7YURvlW/s1600/bolk.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 226px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjxXKs_cVGEYaMlQGxSqoR4lAFLgRp1zeSYHhzZ1rpdCQTvwbZvDIawFueISsP5PMciwT2QtJRwGgpciwMD6Bi4RmRrwBChPEeVGB6nXo32JlmfOTvhxzsahU1mi8EY8FeS2B7TA7YURvlW/s400/bolk.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5651528939741296146" /></a><br /><br /><br /><strong>Bolkestein, de ideeën van een gentleman-politicus</strong><br /><br />Toegegeven, deze bespreking gaat over het boek van een schrijver-politicus die ik bewonder: Frits Bolkestein. Ik herinner me nog goed dat ik eind jaren tachtig als geschiedenisstudent een bezoek aan het Rijksarchief in Den Haag had gebracht, en op de terugweg naar het Station een ommetje maakte via het Plein. Het was een mooie avond en het was stil op dat Plein. Toen zag ik een heer, lang van gestalte, mooie regenjas, zonder tas, de handen vrij, het gebouw van de Tweede Kamer verlaten en haast soeverein het Plein oversteken, blijkbaar ook op weg naar het station. Ik had weinig benul van politiek, maar begreep dat dit dus die Bolkestein moest zijn en ik zag dat die man iets te vertellen moest hebben.<br /><br />Enkele jaren later kreeg ik als politiek journalist alle gelegenheid Bolkestein (1933) beter te leren kennen. Onder het eerste paarse kabinet (1994-1998) vierde hij zijn grote politieke en electorale triomfen. Hij was zo slim geweest als politiek leider van de VVD (sinds 1990) niet tot dat kabinet toe te treden maar de liberale fractie in de Tweede Kamer aan te voeren. Zo hield hij zijn handen vrij om zichzelf en zijn partij inhoudelijk te profileren, in debatten in de Tweede Kamer en ook – en dat was het bijzondere – via artikelen en essays op de opiniepagina’s van de grote kranten. Bolkestein was in de jaren negentig de onbetwiste opinieleider in politiek Nederland.<br /><br />Wat ik zag wandelen op dat Plein en bezig zag in en buiten de Kamer is een typisch specimen van een mensensoort waarvan we er in Nederland maar één hebben gehad: de gentleman-politicus. ‘Ik kom uit een calvinistische traditie. Mijn ouders hoorden bij wat de Duitsers het Bildungsbürgertum noemen: de gegoede bourgeoisie, die meer op culturele ontwikkeling dan op geld verdienen is gericht’, vertelde Bolkestein zijn biografen Max van Weezel en Leonard Ornstein. In dat milieu is eruditie vanzelfsprekend maar ook een kwaliteit die licht wordt gedragen. Een echte geleerde worden aan een universiteit behoort niet tot de idealen. Kennis schept beschaving en is, evenals financieel vermogen, een noodzakelijke voorwaarde voor een leven in de publieke dienst aan de gemeenschap en de politiek.<br /><br />Bolkestein heeft met deze toerusting politiek bedreven zoals het moet: niet als ambtenaar of een overjarige student bedrijfskunde maar als debater (zoals na hem Ayaan Hirsi Ali). In de loop van zijn politieke leven heeft hij een reeks van boeken gepubliceerd. Daaruit blijkt dat hij altijd op zoek was naar contact met levenden en doden die hem iets konden leren over de maatschappelijke werkelijkheid. Hij interviewde mensen, las boeken, publiceerde, debatteerde. Deze week twintig jaar geleden zette hij als eerste de ergernis over de multiculturele samenleving op de agenda, in een lezing in het Zwitserse Luzern. Hij stuitte op onbegrip en kritiek, naar hij deze week nog in herinnering riep in de derde H. J. Schoolezing van Elsevier die hij in Amsterdam heeft uitgesproken. Hij was een halve racist die slechts onderbuikgevoelens bespeelde. Met zijn kritiek stond Bolkestein aan de wieg van het populisme, al is hij altijd kritisch geweest op Pim Fortuyn en Geert Wilders.<br /><br />Die oriëntatie op ‘het beste dat gedacht en gezegd is’ heeft hem overigens niet weerhouden van fouten. Hij verliet in 1999 de Nederlandse politiek om in Brussel commissaris in de Europese Commissie te worden (en daarna is hij college gaan geven in Delft en Leiden). Hij liet de VVD toen achter in de handen van de sociaalliberaal Hans Dijkstal. Hij had toen al nagelaten de verkiezingen van 1998 uit te roepen tot een tweestrijd tussen hem en Wim Kok over de multiculturele samenleving (en vervolgens premier te worden). En hij bleef zitten toen de VVD hem niet wilde volgen in zijn herhaalde pleidooien voor een cultureel fundament van waarden en deugden dat zowel de democratische rechtsstaat als de vrije markt moest schragen. Bij de VVD hielden ze niet van dat ‘gemoraliseer’ en zijn voorstellen werden afgekapt. Bolkestein zweeg en noemde dat de grote fout die hij als VVD-leider heeft gemaakt.<br /><br />De gentleman-politicus weet dat de politiek het sluitstuk is van culturele ontwikkelingen. Vandaar zijn interesse voor het maatschappelijk debat en een cultureel fundament. Ideeën hebben gevolgen, luidt de titel van een boek van de Amerikaanse conservatief Richard M. Weaver. Slechte ideeën net zo zeer als goede. En helaas is de politiek de eeuwen door vooral ook bestookt door intellectuelen met slechte ideeën.<br /><br />Het was bekend dat Bolkestein (78 jaar oud inmiddels) een boek in de pen had waarin hij dit grote thema, dat hem al decennia fascineert, uitvoerig wilde toelichten: intellectuelen in de politiek. Dat boek ligt er sinds deze week. Het biedt een historisch overzicht, van Rousseau en Mandeville in de achttiende eeuw tot fascisme, communisme en de tegencultuur van 1968 in de vorige eeuw. En het behandelt de zeven belangrijkste politieke thema’s in het naoorlogse Europa, zoals Ontwikkelingssamenwerking, de EU, het kapitalisme en het multiculturalisme.<br /><br />De centrale stelling van het boek is dat ideeën op zich natuurlijk het probleem niet zijn. Politiek zonder een ideologische basis is immers nauwelijks voorstelbaar. Het probleem schuilt in ‘de aard van de intellectueel en de soort ideeën waartoe zij zich doorgaans aangetrokken voelen’. Intellectuelen als handelaren in tweedehandsideeën plegen vooral in ‘abstracte ideeën met een algemene strekking’ geïnteresseerd te zijn. De werkelijkheid wil maar zelden aan deze blauwdrukken beantwoorden. Het toch doorvoeren van die ideeën, al dan niet met geweld, heeft in de geschiedenis veel lijden en schade veroorzaakt.<br /><br />Bolkestein verdedigt de politiek als de zorg voor concrete zaken. Politiek bedrijven is boren in hard hout. Daarvoor moet je weten hoe de dingen in elkaar zitten en hoe de dingen in de wereld geregeld worden. Intellectuelen als koekoeksnestbewoners hebben daar zelden enig benul van. En Bolkestein wil, in de tweede plaats, ‘de centrale uitgangspunten van de moderniteit’ bevestigen. Die centrale uitgangspunten zijn gelegen in het rationalisme en de idee van een niet-relatieve grondslag van ons samenleven, van waarden die benoemd en verdedigd moeten worden. Deze verlichte erfenis moet tegen elke vorm van irrationalisme worden verdedigd, of die zich nu in de vorm van Romantiek, postmodernisme, vitalisme of religieus fundamentalisme aandient. In het kader van dat fundamentalisme bespreekt Bolkestein overigens ook de Reformatie, die hij ziet als een zuiverheidsbeweging die zich nogal eens toelegde op de ‘gewelddadige onderdrukking’ van ‘onzuiver’ gedrag.<br /><br />Dit nieuwe boek lees je niet in de eerste plaats wanneer je belangstelling hebt voor de Europese intellectuele geschiedenis, en de kwalijke relatie tussen intellectuelen en politiek is door Mark Lilla (<em>The Reckless Mind</em>) helderder en wel zo beknopt beschreven. Het boek van Bolkestein is het fascinerende verslag van de speurtocht van een Nederlandse politicus die minimaal twee dingen heel goed heeft gezien en qua niveau en stijl in de Nederlandse verhoudingen een eenzame hoogte bereikte: dat cultuur aan politiek vooraf gaat en dat slechte ideeën een zeer schadelijke en zelfs mensonterende invloed op de politiek hebben. En dat politiek een ambacht is, door Churchill ooit getypeerd als ‘gewoon doormodderen’. <br /><br />Frits Bolkestein, <em>De intellectuele verleiding: gevaarlijke ideeën in de politiek</em><br />(uitgeverij Prometheus, Amsterdam; geb. met stofomslag, 344 blz.; € 25,00)<br />ISBN 978 90 351 3667 0<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjTcVK9z87l_MHbKM6TBjGpHiobscP49kvUTE-ZI7CuFeb17VYwQ13TmGgN4d10tRMF1v32Zs0P9BjlguUilst1YJRANTCNMVX6lW9F-Wtx7HuzZZou8Ish-5UtmeYHiixNFf3hI_OWpYZR/s1600/bolk2.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 266px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjTcVK9z87l_MHbKM6TBjGpHiobscP49kvUTE-ZI7CuFeb17VYwQ13TmGgN4d10tRMF1v32Zs0P9BjlguUilst1YJRANTCNMVX6lW9F-Wtx7HuzZZou8Ish-5UtmeYHiixNFf3hI_OWpYZR/s400/bolk2.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5651531185172398370" /></a><br /><br /><br /><strong>Niet zo optimistisch als Bolkestein</strong><br /><br /><br />Niet de islam vormt een gevaar voor het Westen, maar het Westen vormt een gevaar voor de islam. Deze krasse stelling betrok oud-VVD-leider Frits Bolkestein deze week in een lezing georganiseerd door Elsevier.<br /><br />Bolkestein sprak precies twintig jaar na zijn beroemde rede in het Zwitserse Luzern, waar hij als eerste aandacht vroeg voor de schaduwzijden van het multiculturele project. Die lezing veroorzaakte veel commotie, en er is sindsdien veel gezegd en veel gebeurd. Bolkestein is nu optimistischer dan hij destijds was. In het onderwijs doen allochtone kinderen het steeds beter, steeds meer niet-westerse immigranten spreken Nederlands, steeds minder immigranten halen een bruid uit het land van herkomst, steeds meer migranten kunnen tot de middenklasse worden gerekend. Kortom, de ‘strapatsen’ van Wilders over een dreigende tsunami worden door de feiten ontkracht.<br /><br />Er is alle reden tot hoop: ‘het is het Westen met zijn ideeën over democratie, individualisme en pluralisme dat een gevaar inhoudt voor de islam’. Radicale moslims weten het en zijn wanhopig. De aanslagen van 11 september 2001, tien jaar geleden, waren geen teken van kracht maar van zwakte.<br /><br />Het betoog van Bolkestein getuigt van een oer-liberaal optimisme. En hij kreeg bijval, uit onverdachte hoek zelfs. PvdA-Kamerlid Ahmed Marcouch twitterde: ‘Bolkestein heeft gelijk. Moslims kunnen de westerse samenleving niet weerstaan maar omarmen die want ze willen deel uitmaken van die beschaving’.<br /><br />De observatie van Bolkestein is overigens niet geheel origineel. In zijn boek over democratie in Amerika betoogde Tocqueville al dat islam en democratie niet samengaan. Niet omdat de islam inherent anti-democratisch is en zich daarom nooit in een democratische samenleving zou voegen, maar omdat de verleiding van de democratie zo sterk is dat de islam geen stand zal houden.<br /><br />Deze observaties zijn interessant en zo u wilt bemoedigend, maar is er reden het liberale optimisme van Bolkestein in zijn geheel over te nemen?<br /><br />Ik denk dat er genoeg aspecten aan het islamitische geloof verbonden zijn die een bedreiging vormen voor onze pluriforme democratie. Het moge waar zijn dat moslims het sociaaleconomisch steeds beter doen, en dat is natuurlijk verheugend, maar het normen- en waardenpatroon van moslims wijkt op essentiële punten nog altijd grondig af van het westerse, christelijke, democratische. Wie dat dreigt te vergeten moet de column van Gert-Jan Segers (20 mei 2011) nog maar eens herlezen. Komt dat vanzelf goed als moslims maar emanciperen en welgestelder worden?<br /><br />En dan is er nog iets, iets wat een beetje buiten het blikveld en de belangstelling van Bolkestein zal vallen, en wat ik in de discussie over deze zaken zelden of nooit ben tegengekomen. Ik bedoel het seculariserende effect van de aanwezigheid van de islam op christenen.<br /><br />Ik bedoel niet de verleiding die er van de islam op sommige christenen uitgaat, zozeer dat zij zich tot de islam bekeren. Het komt voor, en dat is pijnlijk genoeg, maar het lijkt me geen trend. Ik bedoel het volgende: tot nog toe had je in Nederland ongelovigen en gelovigen. De ongelovigen, dat werden er steeds meer en de meesten hadden nog een grootmoeder die de Trouw vroeger had gelezen. De gelovigen, dat waren de christenen. Tussen hen liep het geschil, over geloof en ongeloof.<br />Nu er een miljoen moslims in Nederland zijn komen wonen is de tegenstelling vervaagd tot een duel tussen ongelovigen enerzijds en religie anderzijds. Religie, dat is het christendom en de islam. Volgens sommigen is het allebei niets, volgens anderen is het allebei prachtig. Christenen zitten niet meer in een uniek schuitje maar zitten samen met de islam in een schuitje van premodern denken, geloven en handelen. Islam en christendom zijn twee varianten van een vergelijkbare, anti-moderne mentaliteit, en dat uit zich vooral in de visie op het bekende rijtje: vrouwen, homo’s, seks en de politiek.<br /><br />Er zijn zelfs christenen dom genoeg om de overeenkomsten te benadrukken en op te roepen tot een strategisch bondgenootschap. Dat is een strategische blunder die verhult dat het christendom essentieel anders is, met een Zoon van God die voor ons is gestorven, en dat alle overeenkomsten – met name op het gebied van de kuisheid – vooral schijn zijn en dat de duivel in het detail verstopt zit.<br /><br />Die verschillen moeten christenen weer scherper benadrukken - als we tenminste willen voorkomen dat christen zichzelf wegrelativeren als niet meer dan een premoderne ongerijmdheid.Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com2tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-50843705424482121392011-07-28T11:22:00.004+01:002011-07-28T11:33:16.367+01:00Nihilisme, populisme, Breivik en Nederland<strong>In de discussie die is losgebrand over Anders Breivik, 'Oslo' en het rechts populisme is het dienstig om te herinneren aan een tekst van de Joods-Amerikaanse politiek filosoof Leo Strauss ('German Nihilism'). Ik schreef daar dit voorjaar over in het blad ChristenDemocratische Verkenningen. De (lange) tekst volgt hieronder, voor de liefhebbers.</strong><br /><br /><br />Het is onder ons, nette mensen, tot de goede toon gaan behoren om woordvoerders en aanhangers van het populisme te beschouwen als de slecht opgevoede en slecht geschoolde, luidruchtige en onbeschaamde binnendringers in een politieke wereld die wij voor onszelf zo netjes op orde hadden. Deze barbaren duw je weg achter een cordon sanitair of je verleidt ze tot participatie, in de hoop dat ze zichzelf kapot regeren of gedogen. Geen mogelijkheid om de opmars van het populisme te keren, mag onbenut worden gelaten. Want ze deugen niet. Volgens Rob Riemen zijn Geert Wilders en zijn beweging het ‘prototype van hedendaags fascisme’, en daarmee niets anders dan de politiek logische consequentie van de nihilistische massamaatschappij die wij zijn geworden. Frits Bolkestein denkt dat Wilders niet meer is dan een ‘kortstondige komeet’ en dat zijn kiezers bestaan uit people with a grudge. ‘Ze zijn werkloos en hun dochter is aan de drugs en hun zoon is weggelopen.’ En James Kennedy, om alleen hem nog te noemen, betoogt dat het Nederlandse populisme ‘gevaarlijk’ is omdat het ons zal verleiden zijn visie op immigratie en islam in ons systeem te absorberen. Dat zal uiteindelijk tot een situatie leiden ‘waarin sommige burgers veel minder rechten zullen krijgen dan anderen’.<br /> <br />In het beste geval erkennen we schoorvoetend dat er geen enkele reden is om de PVV te vergelijken met het vooroorlogse fascisme of nationaalsocialisme en dat er nog wel wat te leren valt van de successen die Wilders boekt: hij heeft de politieke urgentie van de kwestie van de immigratie ‘beter tot zich laten doordringen dan andere partijen’. <br /><br />Zelf ben ik van mening dat we het populisme veel serieuzer moeten nemen. In de eerste plaats omdat het is ontstaan als gevolg van fouten en tekortkomingen in de politiek van andere partijen in het recente verleden. Het populisme heeft de neiging deze fouten onbeperkt en genadeloos te exploiteren, en excelleert niet direct in pogingen om anderen ervan te overtuigen dat het vooral in oplossingen geïnteresseerd is, maar toch: het breekt binnen dankzij een bres die die anderen zelf hebben laten ontstaan.<br /><br />In de tweede plaats omdat populisten erkenning verdienen, gulhartige erkenning, voor hun bereidheid een thema te agenderen waarvoor zij aanvankelijk allerminst de kiezersgunst verwierven. Dat thema betreft een reële kwestie, en verdient daarom een legitieme plaats binnen ons politieke bestel. Samenwerking met Geert Wilders moet niet gericht zijn op de uiteindelijke uitschakeling van de PVV maar op integratie van de problematiek en de inhoudelijke bijsturing van het populisme (wat in 2005-2006al tevergeefs is geprobeerd). Het populisme beter begrijpen dan het zichzelf begrijpt, dat is de uitdaging van het populisme aan ons.<br /><br />Wat is – zo luidt dus de vraag – dat thema dat het populisme heeft willen agenderen en waarvoor het erkenning verdient? Wat is ten diepste de achtergrond van de opkomst en het succes van het populisme?<br /><br />Ronald Havenaar betoogt dat de bron van het populisme bestaat uit ‘een brede ontevredenheid over culturele thema’s, in het bijzonder de positie van immigranten’. Net als het fascisme in het interbellum – en alleen in dit opzicht daarmee vergelijkbaar – appelleert het populisme aan ‘een breed verlangen van de massa naar idealisme’. Nodig is een ‘eigentijds cultuurideaal dat zonder mitsen of maren immigranten verwelkomt die zich loyaal aanpassen aan Nederlandse wetten en waarden, dat wil zeggen die bereid zijn zich te verheffen tot leden van de nationaal-culturele gemeenschap die wordt bepaald door het Nederlanderschap in al zijn facetten, inclusief godsdienstvrijheid’.<br /><br />Deze woorden van Havenaar zijn een late weerklank van de politiek filosoof Jacques de Kadt (1897 – 1988), die van 1948 tot 1963 voor de PvdA in de Tweede Kamer zat maar in 1970 zijn lidmaatschap van de partij opzegde uit afkeer van het nieuwlinkse ‘puberiaat’. Zijn twee belangrijkste werken zijn Het fascisme en de nieuwe vrijheid (1939) en De politiek der gematigden (1972). Hij liet zien dat het fascisme een volksbeweging was die zich verzette tegen ‘de wereld van de nooit ernstig genomen idealen en tegen de wereld van de massa; tegen de wereld der klerken en tegen de wereld der maagvergoders’. Fascisme zouden we kunnen omschrijven, in lijn met De Kadt, als de idealistische reactie op een liberale samenleving waarin alleen materiële welvaart geldt. Een samenleving heeft behoefte aan een ‘hoger ideaal’, aan ‘een perspectief dat over materiële doelstellingen heen reikt’. Alleen is dat idealisme in het fascisme ‘tot een haatgrens verwrongen en verstard’, vervormd tot een ‘paniekconservatisme’ dat grenst aan het contrarevolutionaire denken. ‘Alleen een cultuursocialisme dat deze motieven overnam en er een beschaafde inhoud aan gaf, zou naar de overtuiging van De Kadt het fascisme kunnen weerstaan’, schreef Havenaar in zijn boek over De Kadt, en hij volgt deze aanbeveling in zijn eigen weerwoord op het populisme van de PVV. <br />Een analyse die in sommige opzichten aan die van Jacques de Kadt doet denken, maar nog iets dieper gaat en, naar mijn mening, ook een betere uitweg biedt dan het ‘cultuursocialisme’ dat De Kadt en Havenaar voorstellen, is in februari 1941 gegeven door Leo Strauss (1899 – 1973). Strauss was een Duitse Jood die nazi-Duitsland ontvluchtte en via Parijs en Cambridge naar de Verenigde Staten wist te ontkomen. Hij vond daar onderdak bij de New School for Social Research in New York, waar hij een lezing gaf over het Duitse nihilisme. Later werd Strauss hoogleraar politieke filosofie aan de universiteit van Chicago.<br /><br />In zijn lezing over het Duitse nihilisme, volgens de Parijse filosoof Pierre Manent de meest diepzinnige analyse van de geestelijke context van het nazisme, betoogt Strauss dat de jongere generatie in Duitsland in de jaren dertig behept was met een nihilistische geest die een uitlaatklep vond in het fascisme van Hitler. Dat nihilisme keerde zich tegen de moderne samenleving voor zover die opgaat in het streven naar niet meer dan het grootst mogelijke geluk voor het grootst mogelijke aantal mensen. Zo’n samenleving ontkent basale feiten van de menselijke natuur. Het vooruitzicht van een gepacificeerde planeet, een planetaire gemeenschap die zich alleen maar toelegt op de productie en consumptie van geestelijke en materiële handelswaar, was voor vele jonge Duitsers afschrikwekkend. Zij haatten het vooruitzicht van een wereld waarin iedereen gelukkig en tevreden zou zijn en zijn kleine pleziertjes zou hebben. Deze komst van de laatste mens (Nietzsche) was voor hen de grootste vernedering van de mensheid. Het betekende een wereld ‘waarin een groot hart niet kon slaan en een grote ziel niet kon ademen, een wereld zonder echte, onmetaforische offers, dat wil zeggen: een wereld zonder bloed, zweet en tranen’. Dat was de wereld waartegen jonge Duitsers in de jaren dertig ‘nee’ zeiden. Zij wisten echter niet wat zij wel wilden. Waar hun ‘ja’ zich op richtte, dat wisten zij eigenlijk niet. En daarom kwamen zij uit bij een vernietigingsdrang, bij een verheerlijking van militaire deugden, en dus bij de gewelddadige ideologie van het fascisme.<br /><br />Wat had kunnen voorkomen dat het nihilisme van deze jonge Duitsers in het fascisme van Hitler uitmondde? Waar het deze jongeren in de eerste plaats aan ontbrak, volgens Strauss, waren leraren - leraren die een zelfde twijfel aan de principes van de moderne samenleving hadden gekend, maar die twijfel door diep en onafhankelijk nadenken hadden overwonnen en hun daarom in duidelijke taal de positieve en niet alleen destructieve betekenis van hun aspiraties konden uitleggen. Zij hadden deze jongeren een ‘rustige en gepaste trots’ op de Westerse beschaving kunnen bijbrengen, en daarmee weerstand tegen het nihilisme. ‘Conservatisme’ in de betekenis van een terugkeer zonder meer naar een specifieke traditie, bood volgens Strauss geen oplossing, hoe groot de verleiding ook is om het onindrukwekkende heden in te ruilen voor een indrukwekkend verleden. Beschaving zoekt wat goed is in de erfenis die de mens toevalt. Dat goede vond Strauss onder andere in de Engelse, zeer on-Duitse deugd van de prudentie en gematigdheid die in moderne idealen een redelijke aanpassing ziet aan veranderde omstandigheden van ‘het oude en eeuwige ideaal van fatsoen, van de rechtsstaat en van die vrijheid die geen ongebondenheid is’. Dit denken is niet radicaal, maar was een zegen voor het leven. Zij die het naar voren brachten waren volgens Strauss uitmuntend geverseerd in het tegengif van de klassieke traditie. <br /><br />Het klassieke denken als tegengif tegen een modern ideaal waarin het materiële, handelswaar en vrijheid in de zin van ongebondenheid het één en het al is, dit culturele ideaal zoals Strauss dat formuleerde, herinnert aan klassieke opvattingen over de voorwaarden waaraan voldaan moet zijn om een samenleving op orde te houden. In de moderne opvatting gaat het altijd om de sociaal-economische en politieke voorwaarden waaronder een democratie goed functioneert; in het klassieke denken gaat het ook, en vooral, om culturele voorwaarden. Wanneer die voorwaarden ontbreken is er geen sprake van een democratie maar van een ochlocratie, regeert niet het volk maar de massa, leven wij niet in een democratische orde maar in een staat van anarchie waarin de massa, vroeg of laat, om een Grote Leider gaat roepen om de chaos te beteugelen en de orde te herstellen. (Het is niet overbodig erop te wijzen dat mensen die de posities van de traditionele elite innemen, moreel en intellectueel natuurlijk tot de soort van de massamens kunnen behoren en vaak ook behoren.)<br /><br />In de geschriften van Griekse denkers en schrijvers als Thucydides, Plato, Aristoteles, Isocrates en Polybius komen we beschouwingen tegen over de overgang van democratie (regering door het volk) naar iets anders, dat soms anarchie heet, soms (bij Polybius) ochlocratie, d.w.z: de regering door de massa (ochlos), of soms zelfs cheirocratie, de heerschappij van de vuist. In die overgangsfase verandert de sociale en morele zowel als de institutionele huishouding van een samenleving zodanig dat een gezond politiek systeem (democratie) plaats maakt voor een gevaarlijke fase van chaos en anarchie waarin de tirannieke verleiding levensgroot op de loer ligt.<br /><br />Wanneer we de verschijnselen die deze overgang kenmerken – zoals beschreven door genoemde auteurs – op een rijtje zetten, dan komen we tot de volgende opsomming:<br />• In een democratie worden bepaalde tradities in ere gehouden, in een ochlocratie niet meer. ‘Alleen daar waar het als traditie geldt de goden te vrezen, de ouders te eren, oudere mensen te respecteren en de wetten te gehoorzamen, wanneer onder zúlke voorwaarden de wil van de meerderheid beslist, mag men van democratie spreken’, schrijft Polybius.<br />• In een democratie is een geheel ander vrijheidsbegrip in zwang dan in een ochlocratie. In een gezonde democratie wordt vrijheid gedefinieerd als het recht om te doen wat men behoort te doen. In een ochlocratie is vrijheid niet meer dan de eis om te kunnen doen en te kunnen zeggen wat men wil doen of zeggen omdat men dat leuk en lekker vindt en daarom ook goed. Vanuit het perspectief van een gezonde democratie is het vrijheidsbegrip in een ochlocratie ontaard in vrijblijvendheid en vrijpostigheid, wetteloosheid, ongebondenheid, onverantwoordelijkheid.<br />• In een overgangsfase van democratie naar ochlocratie slaat het gelijkheidsdenken door. Vaders gaan op voet van gelijkheid met hun kinderen om. Leraren zijn bang voor hun leerlingen en praten hen naar de mond. Oudere mensen gaan zich aan de jongeren aanpassen door zo geestig en aardig mogelijk over te komen. Om toch maar niet onsympathiek en autoritair te lijken doen ze de jongeren na.<br />• In een ochlocratie verandert het taalgebruik: deugden worden ondeugden, ondeugden deugden. Wat onder gewone omstandigheden normaal is, krijgt in een ochlocratie een nieuwe, depreciërende benaming. Wat normaal ‘overmoedig’ heet, heet in een ochlocratie ‘dapper’; wat normaal ‘prudent’ is, wordt ineens ‘laf’. De schaamte wordt een ‘stommeling die moet worden verbannen’. Wie onbeschaamd is, heet moedig. Wie zichzelf beheerst, is een lafaard. Geen maat kunnen houden, is het echte leven. Anarchie wordt vrijheid zonder meer.<br />• In de chaos die ontstaat door deze herwaardering van alle waarden, staan politici op die zich als sterke man presenteren en die met voorbijzien aan bestaande wetten de orde zullen herstellen. Wat voor soort man is dat? Zo’n man is de verongelijkte, want voorheen buitengeslotene, en klassieke vrijheden en gelijke rechten zijn voor hem niet zo belangrijk meer als dat zij in de voorafgaande periode van de democratie waren. Bij Polybius heet hij ambitieus en onverschrokken, iemand die uitgesloten is geweest van eervolle functies in de politiek en die het volk misleidt en door het volk wordt gebruikt om een alleenheerschappij te vestigen.<br />• Want uiteindelijk is ochlocratie oftewel anarchie niet meer dan een tussenfase in de eeuwige cyclus van regeringsvormen, in dit geval tussen de regeringsvorm van de democratie en de alleenheerschappij die (op haar beurt) weer in despotie en tirannie ontaardt. <br /><br />We hebben weinig fantasie of verbeelding nodig om te kunnen zien dat dit in Nederland precies is gebeurd. Onze democratie is een ochlocratie geworden, en daarmee is de weerstand tegen de verleiding van het populisme verdwenen: of men is voor het populisme bezweken of men had het er geen antwoord op (anders dan het ‘antwoord’ van de morele verontwaardiging of een neerbuigendheid uit verlegenheid). Het echte antwoord is dus gelegen in een klassiek ideaal om het culturele fundament onder de samenleving in stand te houden.<br /><br />Frits Bolkestein was de laatste Nederlandse politicus die dat ideaal expressis verbis heeft uitgedragen, en daar ook bij zei dat het liberalisme dat ideaal niet kon onderhouden. Dat Bolkestein het daar als liberaal voor het laatst over heeft gehad, bevreemdt omdat dit ideaal ten grondslag ligt aan het ontstaan van de christendemocratische politiek. Het uitgangspunt in het denken van de grondlegger van de antirevolutionaire en christelijk-historische richting in Nederland, Groen van Prinsterer (1801-1876), bestond in het gevaar van ochlocratie, populisme en tirannie: ‘het exces van democratie, de consequente toepassing van het beginsel der volkssoevereiniteit leidt eerst tot anarchie, later tot autocratie of dictatuur’. <br /><br />De sleutel tot dit antwoord van een hoger gestemd populisme ligt in de handen van de christendemocratie, al schijnt zij zelf niet of maar hoogst zelden te beseffen dat zij die sleutel in handen heeft. Maar vanuit haar traditie kan zij het idealisme weer terugbrengen in de politiek, als cultuurideaal dat een bezielend verband schept door democratie en vrijheid moreel te begrenzen en de natie met bescheiden en gepaste trots te zien als een gemeenschap met een eigen historische identiteit.Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-43969105858112724062011-07-27T11:23:00.009+01:002011-07-27T13:47:23.461+01:00Wilders, de PVV, de apocalyps en Breivik<strong><br /><br />Na de aanslagen in Oslo is er een discussie op gang gekomen over de mogelijke relatie tussen het gedachtegoed van de dader, Anders Breivik, en de ideeën en voorstellingen die de afgelopen jaren zijn verbreid door partijen en bewegingen die zich tegen immigratie, de islam en socialistisch links hebben gekeerd, waaronder de PVV van Geert Wilders.<br />In 2002, na de dood van Pim Fortuyn, is er pittig gediscussieerd over de vraag of het toenmalige politieke klimaat (inclusief de 'demonisering' van Fortuyn) een sfeer had doen ontstaan waarin de moord op Fortuyn had kunnen plaatsvinden. Geert Wilders zelf heeft in november 2009 <a href="http://www.nu.nl/politiek/2114104/wilders-noemt-van-laan-handlanger-mohammed-b.html">betoogd</a> dat uitlatingen van politici als Eberhard van der Laan (PvdA) en Alexander Pechtold (D66), 'politieke handlangers' van Mohammed Bouyeri, een 'klimaat van haat en geweld tegen mij en de PVV' deden ontstaan, dat tot gewelddadigheden kon leiden. De vraag of de ideeënwereld van politici, in dit geval van Wilders/de PVV, een bijdrage heeft geleverd aan de kortsluiting in de hersens van Breivik mag dus worden gesteld.<br /><br />Naar mijn mening kan het zo zijn dat het apocalyptische visioen dat Wilders stelselmatig heeft geschilderd, en de gedachte dat het probleem met de moslimimmigranten zo groot was dat een politieke oplossing niet meer tot de mogelijkheden behoorde, de gedachte doet ontstaan dat een oplossing met on-politieke middelen moet worden gerealiseerd - in ieder geval in het hoofd van een Noorse romanticus die denkt dat hij als kruisridder de rest van Europa met een grootse heldendaad moet waarschuwen. Het gedachtegoed van de PVV is dus indirect, intellectueel medeverantwoordelijk voor mogelijke ontsporingen, zoals bij Breivik.<br />Gisteren heb ik mijn <a href="http://www.binnenlandsbestuur.nl/home/all/opinie/twee-lessen-uit-oslo.1505599.lynkx">column voor Binnenlands Bestuur </a>aan deze kwestie gewijd en daarna mocht ik deze analyse links en rechts op radio en tv komen verkondigen. <a href="http://nos.nl/artikel/259271-volledige-gesprek-met-bart-jan-spruyt.html">Hier</a> is het gesprek dat het NOS Journaal met mij opnam, <a href="http://nieuwsuur.nl/video/259460-de-kogel-kwam-van-rechts.html">hier</a> mijn bijdrage aan Nieuwsuur.<br /><br />En zo kan-ie wel weer. Nu gewoon weer aan het werk.</strong>Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com5tag:blogger.com,1999:blog-1322296939168510604.post-36666775825625506242011-07-18T19:04:00.011+01:002011-07-18T19:36:48.251+01:00Doop en Grondwet<strong>In <em>Ecclesia</em>, het blad van <a href="http://www.ecclesianet.nl/begin">de Vrienden van Kohlbrugge</a>, heb ik een nogal uitvoerig artikel geschreven over de Grondwet en het christelijk geloof, en over de vraag wat de 'ontdoping' van Nederland kan (gaan) betekenen voor de omgang met klassieke rechten en vrijheden. In het <a href="http://www.refdag.nl/kerkplein/kerknieuws/kerk_te_slap_in_debat_om_bezwaarde_ambtenaar_1_577196">Reformatorisch Dagblad van vandaag </a>staat een samenvatting van het artikel; hieronder volgt de volledige tekst.<br />(Maar als ik u raden mag, neemt u ook een <a href="http://www.ecclesianet.nl/?page=295214">abonnement op Ecclesia</a>!) </strong><br /><br /><br />In dit artikel wil ik proberen iets te zeggen over het gegeven dat een land dat voorheen als christelijk en gedoopt gold, nu een land is geworden dat zich wil ‘ontdopen’ en een tiranniek bestel wil introduceren waarin klassieke rechten en vrijheden worden ingeperkt en afgeschaft.<br /><br />Ik beschrijf eerst enkele recente voorbeelden die duidelijk maken dat een nieuwe ideologie – het dogma van de gelijkheid – tot een nieuw despotisme leidt.<br /><br />In het tweede gedeelte laat ik Groen van Prinsterer, C. S. Lewis, de mediëvist Richard Southern en Romano Guardini ons te hulp schieten om te duiden wat er precies aan de hand is.<br /><br />In het derde gedeelte, tot slot, probeer ik de keuze te schetsen waar ons land, en eigenlijk de gehele westerse cultuur, voor geplaatst is: de keuze voor een herbevestiging van de doop van onze cultuur door het christelijke geloof, de keuze voor christelijke vrijheid en tolerantie, of de keuze voor ‘ontdoping’, voor afrekening en ontwijding, en daarmee voor de slavernij van de ongebondenheid en de tirannie van een seculiere meerderheid.<br /><br /><br />I<br /><br />Het zal vrijwel niemand zijn ontgaan dat de Tweede Kamer onlangs een ingrijpende beslissing heeft genomen. Met een grote meerderheid van stemmen (116 tegen 30) namen onze volksvertegenwoordigers een wetsvoorstel aan dat was bedacht en ingediend door de Partij voor de Dieren. De nieuwe wet verbiedt de rituele slacht van dieren, een praktijk die in Nederland al eeuwen onder de Joden bekend is en ook in islamitische kring wordt beoefend. De gedachte achter de rituele slacht is dat het bloed de ziel van het dier is en dat de mens dat niet mag consumeren. Deze geloofsopvatting heeft altijd respect en erkenning gevonden. De wet voor de praktijk van het slachten, die voorschrijft dat dieren verdoofd moeten worden geslacht, bevatte een uitzonderingsbepaling voor de rituele slacht, die verbiedt dat de dieren voor de slacht worden verdoofd.<br /><br />Daaraan is nu dus een einde gekomen. Een oude praktijk die door de Grondwet werd beschermd (in het artikel over de godsdienstvrijheid) is nu verboden. De gedachte daarachter was dat het welzijn van dieren (die bij de rituele slacht meer zouden lijden dan wanneer zij voor de slacht eerst worden verdoofd) uiteindelijk toch zwaarder moet wegen. Omwille van een nieuw geloofsartikel, de rechten en het welzijn van het dier, is een klassiek grondrecht dus ingeperkt. Met name voor de Joodse minderheid is deze beslissing schokkend en vervreemdend. Zij zien zich nu gedwongen vegetariër te worden of hun vlees vanuit het buitenland te betrekken.<br /><br />Maar voor iedere Nederlander heeft deze beslissing iets schokkends, als het goed is. Het was al schokkend om te zien dat mevrouw Thieme, de leider van de Partij voor de Dieren, bij de verdediging van haar wetsvoorstel werd bijgestaan door de heer Bart Labuschagne, een docent van de Leidse universiteit die tot voor kort heel aardige stukken schreef over de publieke rol van religie en voor de SGP nog een studie schreef over het belang van het sacrale domein waar ‘hedonisten’ en ‘secularisten’ vanaf moesten blijven. Het gedachtegoed waarop het wetsvoorstel van Thieme berust – de idee dat dieren niet essentieel van mensen verschillen, dat zij ook dragers van rechten zijn, en dat dit in de politiek veel meer erkenning moet vinden – is in Nederland verbreid door een directe collega van Labuschagne, Paul Cliteur. Cliteur heeft ook voorgesteld om de vrijheid van godsdienst af te schaffen omdat dit Grondwetsartikel toch niets aan de vrijheid van meningsuiting zou toevoegen. Gelukkig heeft dit voorstel geen navolging gevonden. Aan het voorbeeld van de rituele slacht kunnen we zien dat het geloof nogal iets meer is dan het hebben van een mening, maar een overtuiging is die het denken en het leven geheel doortrekt.<br />Maar al is het dat de vrijheid van godsdienst niet uit onze Grondwet is geschrapt, zij is nu wel beperkt. Als het welzijn van dieren in het geding is, kan die vrijheid worden opgeschort of begrensd. Er zijn uit het recente verleden meer voorbeelden aan te voeren waaruit blijkt dat traditionele vrijheden in Nederland een onrustig bezit zijn geworden. In de naam van de emancipatie en de strijd tegen discriminatie is de strijd aangebonden tegen verenigingen en scholen. Een politieke partij die vrouwen al ruim 90 jaar niet op de eigen lijsten wil kandideren, een kerk die al 2000 jaar het sacrament weigert aan mensen die zich niet in ‘de staat der genade’ bevinden en dat vorig jaar zomer ook nog deed (de ‘hostierel’), en scholen voor bijzonder onderwijs die al 100 jaar hun eigen ‘onderwijzers’ mogen aanstellen, hebben te horen gekregen dat de staat weliswaar geen religie aanhangt maar wel waarden heeft (bedoeld wordt: de waarde van het niet discrimineren). Christelijke scholen, de SGP en de Rooms-Katholieke Kerk moeten zich wel aan de waarden van de huidige seculiere meerderheiden houden, ook al staat in de Grondwet dat zij dat niet hoeven te doen. Ambtenaren die zich in hun geweten niet vrij voelen om homohuwelijken te sluiten, worden door de gemeente Amsterdam voor de keuze gesteld: die opvatting opgeven of een andere baan zoeken. (Het is overigens onbegrijpelijk dat de kerken geen enkele vorm van protest tegen deze ontwikkeling aantekenen. Dat protest en het voortdragen van een traditie willen zij blijkbaar overlaten aan enkelingen, leken – net zoals de traditie in de negentiende eeuw is doorgegeven vanuit de smalle gemeente van eenvoudige maar getrouwe gelovigen.)<br /><br />Een modern ideaal – het ideaal van de gelijkheid, tussen mens en dier, man en vrouw, homo en hetero – ontpopt zich nu als een aanslag op oude vrijheden die bescherming boden aan minderheden en als zodanig nooit ter discussie hebben gestaan. Concreet betekent dit dat één Grondwetsartikel, het eerste artikel dat alle vormen van discriminatie verbiedt, is gaan heersen over klassieke grondrechten als de vrijheid van meningsuiting, geloof, vereniging en onderwijs. Als die klassieke grondrechten in strijd komen met dat eerste artikel dat elke vorm van discriminatie, dan moeten die rechten wijken of beperkt worden. En we moeten vrezen dat zich de komende jaren nog tal van nieuwe voorbeelden zullen gaan aandienen, niet alleen op het terrein van de dierenrechten (als we nu vanwege het korte lijden van een dier aan het einde van zijn leven een grondrecht willen beperken, waarom zouden we dan geen maatregelen tegen de jacht of de bio-industrie nemen?) maar ook op het terrein van de godsdienstvrijheid. Vanuit de kringen van de VVD heeft zich al een publicist aangediend die schreef dat na het verbod op de rituele slacht een verbod op de besnijdenis aan de orde moet komen. En als we de besnijdenis verbieden, waarom daarna dan ook niet de doop? Is het niet in strijd met de rechten van het kind om het kort na zijn geboorte een identiteit op te dringen? In Engeland is de verontwaardiging daarover nu al zo groot dat er een beweging is ontstaan die zich inzet voor de ‘ontdoping’ van de natie.<br /><br />II<br /><br />Wie tot zich door laat dringen hoezeer het denken in Europa op hol is geslagen, denkt als vanzelf aan een auteur die in de kring van Vrienden van Kohlbrugge een goede bekende is: Groen van Prinsterer.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEisxaHqCx9L_mJfRSkWKvB7dy6pXDByVMj1sFJy2ATzVLcWUrdCpkNZw0SkzntV_d_06BCHkYu75g8fxF2NgfedAP52vRUxEq8UWO4lnIGkQ9Rxdd9XAOhJNE_Og456i2mElOvp-KgXukcv/s1600/Groen.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 258px; height: 355px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEisxaHqCx9L_mJfRSkWKvB7dy6pXDByVMj1sFJy2ATzVLcWUrdCpkNZw0SkzntV_d_06BCHkYu75g8fxF2NgfedAP52vRUxEq8UWO4lnIGkQ9Rxdd9XAOhJNE_Og456i2mElOvp-KgXukcv/s400/Groen.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5630760081750273746" /></a><br /><br /><br />De vrees van deze christelijk-conservatieve politiek filosoof bestond heel concreet in een gevoel van diepe onrust bij de gedachte aan een toekomstig Europa waarin centrale, vanouds christelijke waarden eerst lege begrippen zouden worden die daarna een ideologische inhoud zouden krijgen. Groen had tegen een Grondwet als zodanig geen bezwaren. Een Grondwet zou volgens Groen de uitkomst van een historische ontwikkeling moeten vastleggen. De auteur moet opschrijven wat geworden is, en niet schrijven vanuit de gedachte dat alles moet worden zoals hij het opschrijft. Dat wil zeggen: de Grondwet mag geen instrument in de handen van activistische politici worden om de staat opnieuw te stichten, ‘een vorm, een kleed waarin men de natie verwringt’. Wanneer een abstract, ideologisch beginsel een blauwdruk wordt om de samenleving opnieuw in te richten en een breuk met het verleden te voltrekken, dan is voor Groen wel duidelijk wat er dan zal gebeuren. ‘Een staatsrecht dat zich boven de geschiedenis verheft, begint met de vertreding van alle rechten’. De geschiedenis (Er is geschied) en de natuur zijn voor Groen belangrijke leidraden in de politiek. Als de politiek wordt afgeschaft, verdwijnt ook de natuur (de natuur in de betekenis van een voorgegeven, morele orde, de schepping). Waar het natuurrecht verdwijnt, blijft niets anders over dan de natuurdrift, aldus Groen (<em>Proeve over de middelen waardoor de waarheid wordt gekend en gestaafd </em>[tweede druk; Amsterdam, 1858], pp. 67, 74-75).<br /><br />De ontwikkeling die Groen vreesde en op tal van plaatsen heeft voorspeld en beschreven, zien we belichaamd in de geest van onze tijd. We bevinden ons in een proces van ontdoping, van ontwijding en afrekening. Behalve Groen zijn er nog andere schrijvers die ons kunnen helpen om onze tijd te peilen. Ik noem C. S. Lewis en Romano Guardini.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjifdI_CE1x57gMYLEdCMPO-eEwVadTqYRByhRHl75oL_tQ-xm-aLs4R3cRMakngPO61wYacjqTda6hCrvNY6h5ZOMX82myXc4OvmwTAtz_3Zp4XWdIHyP1oto6xEk8fMTLcS9AIQ7TojCk/s1600/CSLewis.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 400px; height: 327px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjifdI_CE1x57gMYLEdCMPO-eEwVadTqYRByhRHl75oL_tQ-xm-aLs4R3cRMakngPO61wYacjqTda6hCrvNY6h5ZOMX82myXc4OvmwTAtz_3Zp4XWdIHyP1oto6xEk8fMTLcS9AIQ7TojCk/s400/CSLewis.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5630760720512825154" /></a><br /><br /><br />In een van zijn brieven schrijft Lewis dat hij zich wel eens een beetje ergert aan predikanten die protesteren tegen de tijdgeest van secularisatie en daaraan toevoegen dat Europa terugkeert tot het heidendom. Wie dat zegt, aldus Lewis, heeft er eigenlijk nog nooit veel van begrepen. Was het maar waar dat Europa terugkeerde tot het heidendom van Socrates, Plato en Cicero. Het tegendeel is het geval. De Europese cultuur is met de natuur begonnen, met de beschaving van de klassieke oudheid, met het natuurrecht, de ontdekking dat er een orde is die de mens leert wie hij is en hoe hij zich moet gedragen. Paulus heeft het daarover in zijn brief aan de Romeinen. De heidenen die de wet niet hebben, doen van nature wat de wet zegt (2:14). Toen kwam het christendom. Het christelijk geloof heeft de natuur gewijd en verheven, vervolmaakt. Het geloof is een gave en een regeneratieve kracht die niet alleen individuele mensen bekeert en in een nieuw leven doet wandelen, maar ook een hele cultuur een nieuwe wijding kan schenken. Christelijke tijden (tempora christiana) noemde Augustinus de periode na Hemelvaart, nu Christus aan de rechterhand van God regeert en Zijn Koninkrijk vestigt en uitbreidt.<br /><br />De Britse mediëvist Richard Southern heeft prachtig beschreven hoe de kerk in de Middeleeuwen de grote en beschavende institutie van het Westen was, het blijvende fundament van onze cultuur. De mens, aldus Southern, is een redelijk schepsel, en die redelijkheid bestaat vooral in zijn capaciteit God te leren kennen en eren. De dienst aan God is de enige vaste basis waarop de menselijke cultuur kan worden gebouwd, zei Southern in een preek in Oxford, de stad die als het ware de belichaming vormt van de juistheid van Southerns stelling.In de christelijke Middeleeuwen zijn de denkbeelden en instituties geschapen die de cultuur van Europa hebben geschapen en tot het einde van de achttiende eeuw hebben beheerst.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi6g02oxPovyyI5p47S_w-M0idn9F57xt0pqSWRLCUlS_r_xhIo7eC-xGr5jr9uZ0pJDcgEedbsRzswiY8Rlsem3kaM4N5qFoIOryGEq1HBuVbO3EooRJ68PaZQ7w1jjDusWslVgZHNtrmg/s1600/Southern_Richard.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 150px; height: 191px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi6g02oxPovyyI5p47S_w-M0idn9F57xt0pqSWRLCUlS_r_xhIo7eC-xGr5jr9uZ0pJDcgEedbsRzswiY8Rlsem3kaM4N5qFoIOryGEq1HBuVbO3EooRJ68PaZQ7w1jjDusWslVgZHNtrmg/s400/Southern_Richard.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5630761267148312722" /></a><br /><br /><br />Een heidense cultuur was gekerstend. Die gekerstende cultuur – een cultuur beschaafd en gewijd door het christelijk geloof – is nu ontkerstend, geseculariseerd geraakt. Betekent dit dat we nu weer tot de cultuur van de heidenen terugkeren? Nee, zegt Lewis. Een cultuur die van het christelijk geloof scheidt, wordt niet heidens, net zo min als een vrouw die van haar man scheidt weer maagd wordt. In een ontkerstende cultuur keert niet het natuurlijke terug, maar het onnatuurlijk en tegennatuurlijke treedt daar aan. Een nieuwe mensensoort breekt zich baan, mensen zonder hart, zonder natuur, ontworteld, leeg, het gemakkelijke slachtoffer van elke ideologie en van elk geloof dat niet christelijk is. Wie het doopwater van zijn voorhoofd afveegt, schudt meer van zich af dan een als een last ervaren traditie; hij verliest zijn humaniteit. (C. S. Lewis heeft deze ontwikkeling vooral beschreven in het boekje <em>De afschaffing van de mens</em> uit 1943, een boekje – tussen haakjes – dat altijd op het bureau van dr. W. Aalders lag).<br /><br />Romano Guardini heeft deze huiveringwekkende ontwikkeling ook zeer scherp aangevoeld. In zijn boekje over <em>De gestalte der toekomst </em>(1962) schrijft hij over de liefde die uit de ‘algemene houding van de wereld zal verdwijnen’. De ‘omgevende christelijke cultuur en de bevestigende traditie’ zullen aan kracht verliezen. Van christenen zal veel moed en vertrouwen worden gevraagd, want ‘de eenzaamheid van het geloof zal verschrikkelijk zijn’.<br /><br /><br /><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEip5h8FiWfk2dk7tCWF8ZFTDcN20YgYVc85FjwrWmGgukL9PjuGFSq4sw0HJe6Dvd66jZgZYtxIYIuGo8amswKTSxDzCABjQszDfwhXUjlOBl3DOFb43uuYjdgS7WLoEODVR8vcqDYiZu-D/s1600/guardini.jpg"><img style="display:block; margin:0px auto 10px; text-align:center;cursor:pointer; cursor:hand;width: 165px; height: 250px;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEip5h8FiWfk2dk7tCWF8ZFTDcN20YgYVc85FjwrWmGgukL9PjuGFSq4sw0HJe6Dvd66jZgZYtxIYIuGo8amswKTSxDzCABjQszDfwhXUjlOBl3DOFb43uuYjdgS7WLoEODVR8vcqDYiZu-D/s400/guardini.jpg" border="0" alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5630761932953207634" /></a><br /><br /><br />III<br /><br />Onze Grondwet is in de handen van ideologisch geplaagde politici een activistisch instrument geworden om een nieuwe ideologie van gelijkheid en non-discriminatie in te voeren. Zij voltrekken een bewuste breuk met het verleden, met een cultuur, een geloof, en daarmee ook met een vroegere interpretatie van de klassieke grondrechten die de kern van onze Grondwet vormen. Grondrechten moeten wijken of worden beperkt omdat andere waarden zijn gaan domineren.<br /><br />Wat was die vroegere, oorspronkelijke uitleg van die waarden die in de Grondwet zijn neergeslagen, eigenlijk precies? Om die vast te stellen, moeten we weten hoe de waarden in onze Grondwet eigenlijk zijn ontstaan en vastgelegd. Op 14 september 1940 (oorlog en bezetting waren dus een lange zomer oud) heeft de rechtsgeleerde Paul Scholten een toespraak gehouden over de grondslagen van de Nederlandse geschiedenis. En hij verdedigde toen de stelling dat de christelijke vrijheid ons land tot een eenheid en gemeenschap heeft gesmeed. Ons land is uit een vrijheidsstrijd ontstaan. Maar die vrijheid werd begrensd door de waarden van het christelijk geloof, en die vrijheid heeft zich geuit in het vastleggen van de klassieke vrijheden. En Scholten benadrukte (NB: in september 1940) dat de conservatieve strijd voor geestelijke vrijheid weer aan de orde van de dag was. Waar die strijd niet werd gevoerd, ontstond tirannie.<br /><br />We zijn geneigd te denken dat die vrijheden en onze Grondwet verworvenheden zijn van de Verlichting en de Franse Revolutie. Maar niets is minder waar. De juistheid van Paul Scholtens opvattingen over de christelijke grondslagen van onze cultuur, wordt nergens duidelijker dan op dit punt. Klassieke rechten en vrijheden zoals wij die nu kennen, hebben een lange ontstaansgeschiedenis gehad en zijn nauwelijks denkbaar zonder de strijd om christelijke vrijheid. In de tekst van de Unie van Utrecht (1579) is bijvoorbeeld voor het eerst het principe van de vrijheid van godsdienst vastgelegd. Elke burger was ‘vry in syn religie’, en de overheid mocht niemand om zijn geloof ‘achterhaelen ofte onderzoecken’(artikel XIII).<br /><br />Een andere ‘fundamentele wet’ van Nederland was het beroemde Plakkaat van Verlatinge uit 1581. Ook daarin staat al zeer helder, met verwijzingen naar de natuurwet en het christelijk geloof, dat de overheid een goede herder moet zijn, en dat die herder er is voor de schapen. De schapen zijn er niet voor de herder. Dat stelt duidelijke grenzen aan de macht van de overheid, en creëert een domein dat de overheid niet mag betreden, het domein van de rechten en vrijheden van burgers.<br /><br />Deze context van een christelijke cultuur waarin de waarden zijn ontstaan die onze Grondwet belichaamt, wordt in de tekst van de Grondwet nog altijd weerspiegeld. Onze Grondwet geeft een opsomming van onze vrijheden, bijvoorbeeld de vrijheid onze mening te uiten. Anders dan menig opinievormer ons heeft willen doen geloven, is die vrijheid niet absoluut en onbeperkt. Letterlijk staat er in onze Grondwet dat niemand ‘voorafgaand verlof’ nodig heeft om zijn ‘gedachten te openbaren’, maar er staat achter dat iedereen wel zijn eigen ‘verantwoordelijkheid volgens de wet’ heeft. Die beperkende bijzin staat ook in de grondwetsartikelen over de vrijheid van godsdienst, van vereniging en van vergadering. Er zijn dus wettelijk normen die onze vrijheid begrenzen. We mogen bijvoorbeeld niet beledigen, geen haat zaaien. Vrijheid is niet het recht om zo maar alles te zeggen wat we maar willen. Vrijheid behoort door fatsoen te worden ingetoomd.<br /><br />Onze Grondwet vraagt ook van ons dat we niet discrimineren en tolerant zijn. Tolerantie bestaat in het besef dat we anderen niet mogen of kunnen dwingen – ook al hebben we daartoe de macht – om tegen hun geweten in te gaan. Waar dat besef verdwijnt kunnen mensen gaan denken, bijvoorbeeld, dat ze ambtenaren mogen dwingen homohuwelijken te sluiten.<br />Die Grondwet van ons is oorspronkelijk dus verankerd in christelijke opvattingen over vrijheid en tolerantie. Die christelijke cultuur is de legger van onze rechtsstaat. Waar de borging van onze vrijheden in dit cultuurchristelijke verhaal verdwijnt of verzwakt, gebeuren er gekke dingen. Dan gaan mensen denken dat ze alles mogen zeggen, of dat zij andere mensen mogen en kunnen dwingen om tegen hun diepste overtuigingen in te gaan.<br /><br />Onze cultuur staat dus op een tweesprong. We kunnen kiezen voor een herbevestiging van de doop van onze cultuur door het christelijke geloof. Dan kiezen we voor vrijheid in gebondenheid, voor tolerantie, voor ruimte, licht en leven. Of we kiezen voor ontdoping, voor afrekening en ontwijding, en daarmee voor de slavernij van de ongebondenheid en de tirannie van een seculiere meerderheid.<br /><br />De historicus wiens oeuvre ook als het ware gedoopt en geheiligd is door zijn zelden zeer nadrukkelijk beleden geloof, A. Th. van Deursen, sprak in 1994 in de Leidse Pieterskerk een Huizingalezing uit waarin hij Isaäc da Costa en Johan Huizinga met elkaar vergeleek. Hij had het over hun analyse van hun tijd, en concludeerde ‘met Huizinga’ dat de patiënt, onze cultuur, er eigenlijk slechter voor stond dan ooit. De patiënt heeft echter zelf voor zijn ziekte gekozen, en het enige medicijn dat hem kan genezen weigert hij.<br /><br />Zal dat nu nog steeds het geval zijn? Als dat zo zou zijn, hoeft dat ons ook weer niet te verbazen. Johannes Calvijn heeft ons een politiek testament nagelaten, een preek uit 1562 over II Samuël 5:4, over David wiens rijk nog maar zeer gedeeltelijk gevestigd was. Een gedeelte uit deze (‘lutherse’) preek wil ik hier tot slot citeren, omdat de eenzaamheid van het geloof er duidelijk in naar voren komt, en de gedachte dat een door het christelijk geloof gestempelde cultuur een wonder is waar wij niet van uit kunnen gaan en niet op kunnen rekenen, een tijdelijke vluchtheuvel, een herberg, een oase in deze turbulente en chaotische wereld, een wonder zoals dat in de <em>Gedenkklank</em> van Valerius en in het Wilhelmus wordt bezongen (Aalders, <em>Theocratie of ideologie</em>, p. 296) :<br /><br />‘Wij weten dat God regeert, maar omdat onze Here Jezus Christus in Hem verborgen is en Zijn volkomen heerschappij in deze wereld verborgen is, heeft zij geen glans en wordt zij maar weinig geacht, ja zelfs door de meerderheid verworpen. Daarom moeten wij het niet voor iets zeldzaams houden, dat onze Here Jezus Christus, alhoewel Hij door God, Zijn Vader, tot Koning is aangesteld, nu nog niet die autoriteit onder de mensen heeft die Hem toekomt. Daarbij komt nog dat ons nu nog geen zeker, beslissend tijdstip (van de volkomen openbaring van Zijn heerschappij) is gegeven. We zien namelijk dat de heerschappij van onze Here Jezus Christus begrensd is, daar slechts een handjevol mensen Hem heeft aangenomen en daar er tegenover iedere stad die het Evangelie heeft ontvangen, grote landen staan waarin afgodendienst heerst. Wanneer wij nu zien dat de heerschappij van Jezus Christus zo klein en naar de maatstaf van de wereld veracht is, zo laat ons de blik richten op het voorbeeld dat ons hier gegeven is (in de heerschappij van David) en laat ons op het einde wachten, dat God kent, want voor ons is het verborgen. Ik zeg, laten wij wachten in geduld, totdat Zijn Koninkrijk in volkomenheid zal zijn opgericht, en God hen verzamelt die verstrooid zijn, herstelt wat vernietigd is en op orde brengt wat in verwarring is. Dit is de ellende dat wij altijd maar vooruit willen, dat wij een heerschappij in deze wereld willen zien bloeien en slechts vreugde en zachtheid willen. Ondertussen echter overwegen wij niet waarom God het soms niet toestaat dat de heerschappij van Christus meer openbaar komt – dat is, opdat wij niet zouden slapen, waartoe wij maar al te zeer geneigd zijn. God wil dus dat de heerschappij van Jezus Christus in het midden van Zijn vijanden zal zijn. Laten wij ondertussen niet ophouden, zoveel het aan ons ligt, God te bidden dat Hij voortgang make en Zijn Koninkrijk uitbreide, en dat een ieder zich met al zijn kracht daarop richte. En laten wij zelf ons door Hem zo laten regeren dat Hij altijd in ons verheerlijkt wordt, zowel in het leven als ook in de dood.’Redacteurhttp://www.blogger.com/profile/12870321042936366817noreply@blogger.com0