Hieronder is de volledige tekst van mijn eerste column voor de NOS-rubriek "Amerika kiest". Ik ga om de twee weken een stuk schrijven over de Amerikaanse presidentsverkiezingen.
Voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen van komende november bestaat in Nederland opmerkelijk veel belangstelling – zelfs al in de huidige fase waarin nog niet eens duidelijk is tussen welke twee kandidaten de race zal gaan, omdat de strijd binnen het Democratische kamp tussen Hillary Clinton en Barack Obama nog niet is beslist.
Die belangstelling heeft ongetwijfeld te maken met de zucht naar verandering na acht jaar Bush, en met de hoop dat de betrekkingen tussen Europa en de Verenigde Staten onder een nieuwe president genormaliseerd zullen worden.
De Democratische voorverkiezingen kunnen volgende week al beslist worden wanneer de kiezers in de staat Pennsylvania naar de stembus gaan. Hillary Clinton is daar de favoriet, maar zij zal met ruime cijfers moeten winnen om het Democratische establishment van haar kandidatuur te overtuigen.
En zelfs als zij wint, zal zij de achterstand in delegates die ze in de race met Barack Obama heeft opgelopen, niet goed maken. Er zijn Amerikaanse commentatoren die voorspellen dat Hillary bij een nederlaag of een krappe winst uit de race zal stappen en zichzelf dan bij Obama als vice-president zal aanbieden.
Obama moet dan de vraag beantwoorden of een duo dat gevormd wordt door een vrouw en een zwarte man de Amerikaanse bevolking werkelijk representeert. Waarschijnlijker is dan ook dat Obama bij winst voor John Edwards als running mate zal kiezen.
Pennsylvania is een bijzondere staat. Met ongeveer 12,5 miljoen inwoners is het de zesde staat van de VS wat inwonersaantal betreft, maar het speelt politiek en cultureel geen grote rol. De staat is gesticht door de religieuze en tolerant sekte van de Quakers, en de grootste stad van Pennsylvania – Philadelphia - is de plaats waar zowel de Onafhankelijkheidsverklaring als de Constitutie is geschreven.
Maar de staat heeft sindsdien geen grote schrijvers of filosofen voortgebracht. In economisch opzicht neemt de staat sinds de jaren dertig geen belangrijke positie meer in, toen de kolenindustrie rond Pittsburgh tot stilstand kwam. De bevolking groeit nauwelijks nog. Pennsylvania is geen staat van grote bedrijven maar vooral van kleine zelfstandigen. En ze zijn er dol op wapens. Tijdens een recent bezoek aan Pennsyvania haalde een goede vriend met een grijns een koffer onder zijn bankstel vandaan en liet hij mij trots twee karabijnen en twee pistolen zien.
Tijdens mijn bezoek viel het me op dat er opvallend weinig verkiezingsborden in de tuinen langs de wegen stonden. Volgens één van mijn gastheren was dat omdat iedereen alleen maar bezig was met het Masters golftoernooi dat het afgelopen weekeinde in Georgia is gespeeld, maar de meeste anderen wisten mij te vertellen dat de bevolking vooral verkiezingsmoe is.
Maar toen kwam The Bulletin (‘Philadelphia’s Family Newspaper’) met het nieuws over de uitspraken die Obama had gedaan tijdens een besloten fondsenwervingsavond in San Francisco. Hij had daar gesproken over economisch gefrustreerde mensen in kleine plaatsen die zich ‘bitter vastklampen aan wapens en hun geloof’.
Zoiets moet je in Amerika niet zeggen, waar de bevolking terecht een hekel heeft aan politici die niets blijken te begrijpen van het leven van miljoenen gewone Amerikanen. Hillary was er dan ook als de kippen bij om zichzelf als de grote vriend van de middenklasse te portretteren en haar tegenstrever weg te zetten als een elitair figuur die de Amerikaanse samenleving alleen maar verdeelt.
Hoe desastreus de uitgelekte uitspraken van Obama voor zijn campagne zullen zijn, zullen we dinsdagavond (22 april) pas weten. Voor conservatieven (zoals ik) gaat de keuze in november tussen de Stupid Party (de Republikeinen) en de Evil Party (de Democraten).
Wanneer één van de kandidaten zich ontpopt als zowel stupid als evil wordt de keuze voor hen wel erg gemakkelijk. De strijd op leven en dood in het Democratische kamp, de blunder van Obama (die Republikeinen opnieuw een goede ingang verschaft bij de zogenaamde Reagan-democraten, kiezers die sociaal-economisch links maar cultureel conservatief zijn), en het vooruitzicht op een eindstrijd tussen John McCain en de gehate Hillary, heeft het zelfvertrouwen in het Republikeinse kamp weer doen toenemen.
Niet dat McCain niet stupid zal blijken, maar hij zal, anders dan activistische Democraten, weinig kwaad doen. En dat is in de politiek vaak het hoogst bereikbare.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
1 comment:
McCain is niet stupid, hij is modern en pragmatisch, in tegenstelling tot de conservatieve vleugel van de republikeinen, die eerder stupid en evil te noemen is.
Het is voor Amerika te hopen dat Hillary het iig niet wordt, Obama mag dan linkser zijn, gezien zijn stemgedrag in de senaat, Hillary zal door machtspolitiek en een middelmatig talent en vermogen om te besturen, veel schadelijker zijn voor de VS dan de bindende en idealistische Obama.
Post a Comment