13.6.08

Oude rot in paradijselijk Californië

Op de website van de NOS is vandaag mijn nieuwe column over de Amerikaanse verkiezingen verschenen - over Californië, een boekpresentatie, de kansen van Obama en McCain, en de verdeeldheid binnen het conservatieve kamp.



Het dorp Rancho Santa Fe in de staat Californië is een van de rijkste en mooiste van Amerika. Wie door de dorpsstraat wandelt en in de etalages het aanbod van onroerend goed bestudeert, ziet dat een beetje woning al gauw meer dan 10 miljoen dollar doet. Maar dan heb je natuurlijk ook wat: een groot en comfortabel huis op een paar hectaren grond, citroenen- en sinasappelbomen in de tuin, een zwembad, en dat alles in een vallei die aan alle kanten door heuvels wordt omringd, op nog geen half uur rijden van de mooie stranden aan de westkust. Het klimaat is er paradijselijk: altijd mooi weer zodra de zon ’s morgens rond een uur of negen de bewolking heeft weggebrand, en door de altijd aanwezige zeebries krijgt de luchtvochtigheid er geen kans.

In het plaatselijke hotel – The Inn – weten ze wat de uitdrukking some of life’s deserved pleasures betekent. Het hotel heeft geen kamers maar cottages: kleine, geschakelde woningen in Spaans-koloniale stijl, stijlvol ingericht, met een open haard voor de frisse avonden, en een service die even vanzelfsprekend als onnadrukkelijk wordt aangereikt.

In de voortuin van het hotel met het frisgroene grasveld, de oude bomen en de prachtige planten en bloemen, staat een wat groter cottage voor bruiloften en partijen. Een deel van spraakmakend conservatief Amerika was daar eind vorige week bijeen voor een receptie en een diner, de presentatie van een boek over de eigen geschiedenis, en een conferentie over Amerika, Europa en de islam voor sponsors die vanuit heel Amerika hier naar toe waren gekomen.
Een van de helden van de conservatieve beweging binnen de Republikeinse Partij was er en hij sprak. Oude rot Alfred S.Regnery (1942) heeft zojuist een boek over de succesvolle opkomst van de conservatieve beweging geschreven (Upstream) en hield tijdens het dessert een speech van een half uur waarin hij het grote succesverhaal nog eens vertelde aan een publiek dat dat verhaal zo graag nog eens hoort. Buiten in de tuin keek de jeugd van Rancho Santa Fe met hun ouders naar een film en speelde er op een beschaafde manier American football.

Alf Regnery, een kleine, wat streng ogende man, is de zoon van Henry Regnery, die in 1947 in Chicago een uitgeverij begon. Diens vader had hem gewaarschuwd: als hij geld zou verdienen, zou dat alleen maar betekenen dat hij de verkeerde boeken uitgaf. Henry Regnery zette zijn bedrijf dan ook op als een non-profit organisatie – niet dat hij enig ideologisch bezwaar tegen het maken van winst koesterde, maar omdat hij wist dat de markt een slechte beoordelaar is van wat goed is en wat slecht, en dat belangrijke boeken daarom vaak slechts een beperkte oplage hebben.
Conservatieve boeken waren volgens Regnery belangrijk voor Amerika, en dus gaf hij twee boeken uit die later tot de classics van het Amerikaanse conservatisme zouden gaan behoren: God and Man at Yale van de jonge Bill Buckley (over de dominantie van het socialisme en atheïsme aan Amerika’s topuniversiteiten) en The Conservative Mind (een ideeëngeschiedenis van het conservatisme als politieke filosofie) van Russell Kirk. Samen met enkele andere boeken die in die jaren verschenen, hebben deze de grondslag gelegd voor het conservatisme als intellectuele beweging.

Daarmee was het conservatisme nog geen krachtige politieke factor. Dat begon pas met Barry Goldwater (1909 – 1998), de senator van Arizona die in 1964 als eerste conservatief de Republikeinse kandidaat voor het presidentschap was. Goldwater – bijgenaamd Mr. Conservative – kreeg in dat jaar, volgend op dat van John F. Kennedy’s dood, een vreselijk pak slaag van de Democraat Lyndon B. Johnson (68 tegen 32 procent), maar leidde wel een ontwikkeling binnen de Republikeinse Partij in die haar van het midden naar conservatief rechts deed opschuiven.

Alf Regnery was erbij, alhoewel hij toen nog student was. Hij voerde campagne voor Goldwater in de staat Wisconsin en leidde er de ‘Youth for Goldwater’-beweging. Toen hij Goldwater eind jaren zeventig tegen kwam en hem zei dat Goldwater en zijn campagne zijn leven hadden veranderd, antwoordde Goldwater dat er geen dag voorbij ging of iemand zei zoiets wel tegen hem.
Alf Regnery was er ook bij toen Ronald Reagan als eerste conservatieve Republikein de presidentsverkiezingen won. Hij was toen als jurist werkzaam in de Senaat, voerde campagne voor Reagan en kreeg daarna zes jaar lang een baan op het ministerie van Justitie. Nadien nam Alf de uitgeverij van zijn vader over. Tegenwoordig is hij uitgever van The American Spectator.
De periode van Reagan vormde het hoogtepunt van zijn politieke leven, vertelde Regnery in Rancho Santa Fe. Reagan was zowel in zijn economische beleid als in zijn buitenlandse politiek een echte conservatief geweest, en zijn opvolgers (vader en zoon Bush) konden niet in zijn schaduw staan. George H. W. Bush was een man van het midden, die zich als vice-president onder Reagan (1981 – 1989) altijd ongemakkelijk heeft gevoeld. George W. Bush was nooit ‘one of our own’, aldus Regnery. In zijn economisch beleid heeft hij de overheid laten groeien en de staatsschuld doen stijgen, en in zijn buitenlands beleid heeft hij zich verloren in de neoconservatieve droom van democratisering en ‘nation-building’.

En dan nu John McCain? Bij iemand als Alf Regnery gaan beweging en partij en de veroverde macht boven alles, dus hij verdedigt hem. Hij heeft geen aansluiting bij een nieuwe generatie van conservatieven (zie hier en hier en hier en hier) die van oordeel is dat de macht de partij heeft gecorrumpeerd en heeft afgesloten voor nieuwe ideeën over de onderwerpen die nu aan de orde zijn. En zolang mensen als Alf Regnery toonaangevend blijven, en blijven vertellen dat het verhaal van de conservatieve beweging binnen de Republikeins Partij één groot succesverhaal is, zolang zal de behoefte aan een herbronning van de eigen traditie geen algemene bijval krijgen.
McCain is geen ‘voorspelbare conservatief’, aldus Regnery. Hij is in ieder geval ‘geen filosoof’. De manier waarop hij jarenlang in de Senaat heeft gestemd, levert geen eenduidig beeld op. Hij was goed op de terreinen van de overheidsuitgaven, de groei van de overheid, de benoeming van rechters en gezinszaken. Maar op het gebied van de immigratie en de opwarming van de aarde vinden conservatieven hem veel te links.
En hij kan in november zeker winnen. Het Amerikaanse publiek weet wat het aan McCain heeft. Barack Obama is veel kwetsbaarder. De Amerikanen zullen de komende maanden gaan zien dat Obama heel erg links is en zich daarmee ‘really outside the mainstream of American politics’ bevindt, meer dan welke eerdere Democratische kandidaat ook.
En hoe McCain zich ook ontpopt, hij zal in het Congres een democratische meerderheid tegenover zich vinden, en hij zal dus zo goed als niets kunnen uitrichten. Veel Amerikanen bevalt dat wel. ‘Kijk’, legt Regnery mij uit, ‘Amerikanen geloven in hun Grondwet, die het individu tegen het optreden van de overheid beschermt. Europeanen geloven in een Grondwet die de overheid opdraagt allerlei dingen voor hen te doen. Dat is het kardinale verschil tussen jullie en ons. We houden er niet van wanneer de overheid in onze vrijheden treedt.’

No comments: