18.1.07

Weimar in aanbouw (deel 2)

Voorzover er enig nieuws vanuit de provinciale achterkamers tot ons doordringt, moeten we uit de berichten concluderen dat de heren Balkenende, Bos en Rouvoet het aardig kunnen vinden – ondanks een uitgelekt CDA-campagneplan. De formatie van een nieuw kabinet onder leiding van de heer Wijffels heeft dus nog steeds kans van slagen. In mijn vorige column betoogde ik dat zo’n kabinet geen oplossing zal bieden voor de constitutionele crisis waarin wij ons bevinden. Nu de ontzuiling een point of no return heeft bereikt, en de oude politieke partijen dus pretenderen iets te representeren dat niet meer bestaat, is er sprake van een verwijdering tussen burgers en politiek, van een leger centrum en sterkere vleugels, en creëert het uit die vervreemding voortvloeiende wederzijdse onbegrip een kruitvat dat tot onaangename uitbarstingen kan leiden.

In een brief vanuit Washington – gepubliceerd in het vandaag voor het eerst verschenen nieuwe opinieweekblad Opinio - schrijft Ayaan Hirsi Ali volkomen terecht dat Nederland van een homogene samenleving (het ‘Land van ooit’) veranderd is in een immigratieland met scherpe tegenstellingen. Die verandering vraagt om aanpassingen, waaronder een herziening van het kiesstelsel. Ik ben dat volledig met haar eens.

De nadelen van ons huidige bestel liggen voor het oprapen. Kiezers mogen bijvoorbeeld wel hun stem uitbrengen, maar moeten daarna werkloos toezien wat politici in Beetsterzwaag of elders met die stem doen. Wie in november op het CDA stemde in de hoop op een voortzetting van een centrum-rechts kabinet, moet nu lijdzaam toezien hoe datzelfde CDA een ongeloofwaardige draai naar links aan het maken is om dit nieuwe kabinet mogelijk te maken.

Een nieuw systeem, het districtenstelsel, is oneindig veel gezonder en effectiever. Wie het kiesstelsel werkelijk wil hervormen, verdele het land in 150 districten, en hantere het first-past-the-post-principe: degene die in een district de meeste stemmen verwerft komt in de Kamer. We raken dan verlost van de Byzantijnse fase van maandenlange kabinetsformaties. Het zal de nodige vitaliteit in het debat terugbrengen. Het voorkomt dat er mensen in de Tweede Kamer komen die niet zelf gekozen zijn maar meeliften op het electorale succes van de lijsttrekker. Bij de laatste verkiezingen hebben, afgezien van de lijsttrekkers, slechts enkele kandidaat-kamerleden met voorkeurstemmen op eigen kracht een zetel veroverd.

Een duidelijker mandaat leidt bovendien tot de noodzaak nadrukkelijker verantwoording af te leggen aan de kiezers. En dat zal de betrokkenheid van de kiezer weer groter maken. En zo’n stelsel schept een nieuw soort politici. Zij dienen zich duidelijk uit te spreken, onafhankelijk te zijn, en een nauw contact met de kiezer te onderhouden.

De kampen die als gevolg van zo’n nieuw bestel zullen ontstaan, zullen een meer adequate weerspiegeling van de eigenlijke tegenstelling in de Nederlandse samenleving zijn. Conservatieven zullen een cultuurkritische partij vormen die op het belang van gedeelde waarden en normen hamert en zich niet in de luren zal laten nemen door valse noties over multiculturaliteit, die mensen niet als slachtoffers en zieligerds zal benaderen maar hen op hun plichten en verantwoordelijkheden zal aanspreken, die een einde maakt aan Nederland als subsidiestaat door ruimte te laten aan eigen initiatief en creativiteit (onder andere door de invoering van een vlaktaks), en de overheid weer streng zal aanspreken op een veel beperkter maar helder gedefinieerd takenpakket. Niet de overheid zal centraal staan, maar de burger en zijn instituties. Het is een programma waar liberalen bij aan kunnen sluiten, wanneer ze tenminste gaan inzien dat het klassieke liberalisme in hun handen in zijn tegendeel is omgeslagen en zij bereid zijn dat te herstellen.

De tegenpartij zal zich kosmopolitisch noemen en de cultuurkritiek van de conservatieven afdoen als boers provincialisme, ingegeven door boze xenofobie. Zij zal een sterke overheid bepleiten en uitgaan van het adagium ‘ieder voor zich en de staat voor ons allen’. Om een ‘vernederende afhankelijkheid’ van anderen te voorkomen zal zij hoge belastingen en een fijn vertakt netwerk van voorzieningen bepleiten. Voor ieder probleem zal de overheid een oplossing aanreiken.

Je hoort beroepspolitici en andere belanghebbenden vaak zeggen dat zo’n nieuw kiesstelsel vooral een opening voor een gevaarlijk populisme zal bieden. Waarom is dat baarlijke nonsens?

(Wordt vervolgd)

*) Een versie van deze column verscheen in Binnenlands Bestuur.

2 comments:

ACP said...

Erg jammer dat een Ayaan Hirsi Ali, tijdens de voor haar zo leerzaam verblijf in Nederland, nauwelijks heeft ondekt dat het letterlijk nog steeds de zelfde feodale monarchie is van twee eeuwen geleden. Dus hoezoo veranderd?

Dat het land haar indenteit inmiddels heeft verloren is echter helaas een feit. Met name niet zozeer door de golf van immigrantan, maar vooral vanwege de gestadige terugdringing van de meer behoudende christelijke culturisten door de Nederlandse koorknapen van het sjosjialisme. E.e.a., zodra Nederland haar kolonies was kwijt geraakt en de vakbondsleiders hun kans kregen, omdat het land zich toen aan de eigen veters moest zien op te trekken en het meer van haar eigen arbeiders moest hebben.

Nederland is en blijft echter een monarchie van zuiver monolitische gezags-totemstructuur, en dat betekend dus dat geen serieuze politieke oppositie noch directe verkiezingen van volksvertegenwoordigers, al dan niet op districtbasis, kon en kan worden toegestaan. Anngezien het rechtstreeks de macht en het gezag van de majesteit en haar politieke pachters zou ondermijnen en ook zondermeer bedreigt.

Open en echt vrije districtsverkiezingen (van niet-door-partijen naar voren geschoven kandidaten) zijn niet in belang van de monarch noch van de Politieke Pachters en zullen daarom niet plaatsvinden.

ACP said...

Indachtig het gezegde dat "all politics are local", dient vermeld te worden dat de enige vorm van minimale democratie in Nederland welke ooit heeft bestaan, dat van de gemeente verkiezingen zijn. Met name, vooral wanneer de zogenaamde landelijke partijen geen wezenlijke rol in spelen.

Aldus kunnen uit de gekozen (gemeenteraads)lieden door het volk ook de regionale (of districts) vertegenwoordigers ge-electeerd worden en naar het parlement afgevaardigd. En zie daar ... een geheel nieuwe stelsel van landelijke volksvertegenwoordiging, van het volk, voor het volk en door het volk.

Want, in plaats dat politieke pachterpspartijen hun benoemen kunnen deze nieuwe soort volksvertegenwoordigers (zuiver op basis van gemeente, regionale en nationale belangen en prioriteiten, in plaats van dat van de partij) zich zodanig lieeren dat daardoor een twee-partijen systeem onstaat, waardoor wij eindelijk afkomen van de eeuwenoude coalitie-oplichterijen binnen dezelfde machtspyramide.

Te ver gezocht? Ik dacht van niet, maar wie bindt de kat de bel aan, en wat zegt de monarchie ervan. Want wat de politieke pachterspartijen daar van zeggen kan men gevoegelijk aan zijn laars lappen als zijnde niet in landsbelang. Is de monarchie daar vierkant tegen dan blijkt daaruit wiens belangen zij werkelijk voor ogen hebben, en dient het zonodig gelijk afgeschaft te worden ...